Operation Manual

04-6
Bandenreparatieset
Gebruik de bandenreparatieset niet
wanneer de band ten gevolge van
rijden zonder lucht is beschadigd.
Kleine sneden, in het bijzonder in
het bandloopvlak, kunnen met de
bandenreparatieset afgedicht wor-
den. Verwijder geen voorwerpen (b.v.
schroeven of spijkers) uit de band. De
bandenreparatieset is te gebruiken bij
buitentemperaturen tot ca. –30°C.
U dient te allen tijde te beschikken
over een gebruiksklaar reservewiel.
Laat daarom een defect wiel onmid-
dellijk vervangen.
A
Schud de es vóór gebruik. Schroef de vulslang
j
op de es (foliesluiting wordt daarbij door-
boord).
B Schroef de ventielklep van het bandventiel af.
Schroef het ventiel
k
met de ventieluitdraaier
l
uit. Leg het ventielstuk
k
niet op zand of op
een vuile ondergrond neer.
C Trek de sluitplug
m
van de vulslang
j
. Schuif
de vulslang op het bandventiel.
• Wielbouten met wielsleutel gelijkmatig aanhalen.
De instelwaarde van het aandraaimoment van de
wielbouten bedraagt bij staalvelgen 110 Nm en
bij aluminiumvelgen 120 Nm.
• Zet de handrem los en activeer de stabilisatie-
inrichting weer.