Operation Manual
64
Storingen verhelpen
Verschijnselen Gevallen waarbij er geen machinedefect is opgetreden
Verschijnselen die gemakkelijk aangezien worden als machine-defecten
Voordat u om reparatie vraagt, gelieve eerst de situatie te onderzoeken gebruik
makend van de volgende tabel. Deze actie lost soms het probleem op.
Als een situatie niet kan worden opgelost, moet misschien de microprocessor van
de projector worden gereset, of de instellingen zouden incorrect kunnen zijn.
Om de microprocessor te resetten, zet de projector een
keer uit, en zet hem opnieuw aan (
20
). Als de projector
niet kan worden uitgezet, gebruik de restart-schakelaar.
Drukken op de restart-schakelaar met een speld of iets
dergelijks zal de projector herstarten
(7, 23)
.
Om alle instellingen te resetten naar de standaard
fabrieksinstellingen, gelieve het FABRIEKSRESET
onderdeel in het SPEC.INST.W. menu in het OPT.
menu (55) te gebruiken.
Vervolgens, indien het probleem niet is opgelost na behandeling, neem contact op
met uw dealer of service-bedrijf.
►
Gebruik de projector nooit als er zich abnormale omstandigheden
voordoen zoals rook, een vreemde lucht, overmatig geluid, beschadigde buitenkant of elementen
of kabels, penetratie van vloeistof of andere vreemde materie, enz. In dergelijke gevallen, zet
onmiddellijk de stroom uit en haal vervolgens de stekker uit het stopcontact. Nadat u er zeker van
bent dat de rook of lucht gestopt is, dient u contact op te nemen met uw dealer of service-bedrijf.
WAARSCHUWING
Het apparaat krijgt
geen spanning.
Er worden geen
beelden getoond.
Het netsnoer zit niet in het stopcontact.
Sluit op de juiste wijze het netsnoer aan (17).
De aanschakelaar staat niet op de aan positie.
Zet de aan/uit-schakelaar op [ | ] (Aan positie) (20).
De hoofdstroom is onderbroken gedurend het gebruik door
bijvoorbeeld een stroomstoring (blackout), enz.
Schakel de netvoeding uit (23), en laat de projector vervolgens
ongeveer 20 minuten afkoelen.
Nadat de projector voldoende is afgekoeld, kunt u de stroom weer
aanzetten (20).
Of de lamp of lampdeksel is niet juist vastgemaakt.
Schakel de netvoeding uit (23), en laat de projector vervolgens
ongeveer 45 minuten afkoelen.
Nadat de projector voldoende is afgekoeld, verzeker u ervan dat de
lamp en lampdeksel juist zijn vastgemaakt (58). Zet vervolgens
de stroom weer aan (20).
De lensdeksel is gesloten.
Haal het lenskapje eraf (6).
De signaal-kabels zijn niet op de juiste manier aangesloten.
Sluit de signaal-kabels op de juiste manier aan (13-16).
(Wordt vervolgd op volgende pagina)
Y
CB/PB
CR/PR
COMPONENT VIDEO
S-VIDEO
VIDEO
COMPUTER
CONTROL
HDMI
TRIGGER
AC IN
I O
Restart-schakelaar










