Operation Manual

3
Netwerk Functies
Vóór gebruik van de netwerk functies…
Om de netwerk functies van deze projector te gebruiken, moet de projector
gecongureerd zijn om op uw netwerk te passen. Consulteer met uw
netwerkbeheerder voor het verbinden van de projector met uw netwerk.
Incorrecte netwerk conguratie van deze projector zou problemen kunnen
veroorzaken op uw netwerk.
Verbindt aan uw Gateway (De router/PC dat verkeer voortbeweegt naar een
bestemming buiten het subnet van het verzendende apparaat) van de netwerk
terminal op de projector met een CAT-5 kabel en congureer de volgende
instellingen.
Bij gebruik van een netwerk met DHCP ingeschakeld:
De netwerk instellingen van de projector kunnen automatisch worden
gecongureerd, als [DHCP] in het netwerk menu is ingesteld op [TURN ON].
Gelieve te verwijzen naar DHCP in het Menu NETWERK. (Gebruiksaanwijzing -
Gebruikershandleiding : Menu NETWERK) Als een vast / statisch IP-adres is vereist,
gelieve uw projector te congureren volgens de stappen in de volgende paragraaf.
Bij gebruik van een netwerk systeem dat niet DHCP heeft
ingeschakeld of bij gebruik van een vast IP-adres op een netwerk
systeem uitgerust met DHCP ingeschakeld:
Congureer van de volgende instellingen in het Menu NETWERK.
(Gebruiksaanwijzing - Gebruikershandleiding : Menu NETWERK)
1.
[DHCP]: Schakel DHCP uit (Stel [DHCP] in op [TURN OFF]).
2.
[IP ADDRESS]: Voer een passend IP-adres in voor de projector om aan uw
netwerk te verbinden.
3.
[SUBNET MASK]: Voer een passend Subnetmasker voor de projector in om
aan uw netwerk te verbinden.
4.
[DEFAULT GATEWAY]: Voer een passend Gateway (de router/PC dat
verkeer voortbeweegt naar een bestemming buiten het subnet van het
verzendende apparaat) adres in voor de projector om aan uw netwerk te
verbinden.