Operation Manual
Gebruikershandleiding voor DS-7200HVI/HFI-SH-serie-DVR
119
4) Klik in de systeeminterface voor DDNS-beheer op het tabblad Apparaatbeheer in de
linkermenubalk en klik op
om het apparaat te registreren.
Afbeelding 9.11 Het apparaat registreren
Opmerking: Alleen Engelse kleine alfabetletters, cijfers en ‘-' kunnen worden gebruikt in de alias van
het apparaat. De aliasnaam moet beginnen met Engelse kleine alfabetletters.
5. Klik op de knop Toepassen om de instellingen op te slaan en de interface af te sluiten.
9.2.3NTP‐serverconfigureren
Doel:
U kunt een NTP-server (Network Time Protocol) configureren op het apparaat om zeker te zijn van de juistheid
van de systeemdatum en -tijd.
Stappen:
1. Open de interface voor netwerkinstellingen.
Menu > Configuratie > Netwerk
2. Selecteer het tabblad NTP om de interface voor NTP-instellingen te openen.
Afbeelding9.12InterfacevoorNTP‐instellingen
3. Schakel het selectievakje NTP inschakelen in om deze functie in te schakelen.
4. Configureer de volgende NTP-instellingen:
• Interval: Het tijdsinterval tussen twee synchronisatieacties van de NTP-server. De waarde wordt
uitgedrukt in minuten.
• NTP-server: Het IP-adres van de NTP-server.
• NTP-poort: De poort van de NTP-server.
5. Klik op de knop Toepassen om de instellingen op te slaan en de interface af te sluiten.
Opmerking: Het interval voor tijdssynchronisatie kan worden ingesteld op een waarde van 1-10080 minuten.
De standaardwaarde is 60 minuten. Als het apparaat is verbonden met een openbaar netwerk, moet u een
NTP-server met een functie voor tijdsynchronisatie gebruiken, zoals de server van het National Time Center
(IP-adres: 210.72.145.44). Als het apparaat is ingesteld in een aangepast netwerk, kan NTP-software worden
gebruikt om verbinding te maken met een NTP-server voor tijdsynchronisatie.