Operation Manual

50
Vlak-vandikteschaafmachine
A3-26 / A3-31 / A3-41
9.6 Boren
Aanwijzing: het werkstuk ligt op de boortafel, wordt met de excentriek werkstukklem vastgeklemd en
alleen aan de voorkant bewerkt.
9.6.1 Werkplaats/Werkpositie
Afb. 9-20: Werkplaats/Werkpositie
Met de booreenheid zijn alleen de volgende
bewerkingstechnieken toegestaan:
• Boren van gaten met of zonder diepteaanslag
• Uitboren van knoestgaten
• Drevelboorbewerkingen
• Sleuven en langgaten maken
Met de booreenheid zijn de volgende
bewerkingstechnieken principieel verboden:
• Gebruik van allerhande schuurelementen
• Freesbewerkingen met freesgereedschappen
9.6.2 Werkstukafmetingen
9.6.3 Toegestane en verboden werktechnieken
Lengte max. 1500 mm
Breedte max. 200 mm
Dikte max. 100 mm
Opgelet! Verwondingsgevaar!
De boor kan het werkstuk doorboren. Hand niet in de buurt van het boorgat op het werkstuk leggen.
Tijdens de werkzaamheden een werkpositie aannemen
zoals hiernaast afgebeeld.
Er mogen uitsluitend originele HAMMER-boren gebruikt
worden (zie Toebehorencatalogus) Alleen de volgende
gereedschappen mogen worden gebruikt:
Drevelboren Ø 4–6 mm
Langgatboren Ø 4–16 mm
Knoestgatboren Ø 15–35 mm
Penfrezen Ø 10–35 mm
Bediening