Instructions

2. Bouwfase II
Aansluiting/Ingebruikname
2.1 Nadat de printplaat bestukt en op eventuele fouten is gecontroleerd
(slechte soldeerverbindingen of kortsluitingen), kan men de bouwset in
werking nemen.
Let erop dat deze schakeling alleen maar met een afgevlakte
gelijkspanning uit een netadapter of een batterij/accu gevoed mag
worden. Deze spanningsbron moet ook de benodigde stroom kun-
nen leveren.
Auto accu-laadapparaten of speelgoedtreintrafo’s zijn hiervoor als
spanningsbron niet geschikt. Zij leiden tot beschadiging van de
componenten of tot het niet functioneren van de bouwset.
LEVENSGEVAAR!
Gebruikt u een netvoeding of een trafo van een speelgoedtrein als
spanningsbron dan moeten deze absoluut voldoen aan de VDE-
voorschriften.
2.2 Draai m.b.v. een kleine schroevendraaier de loper van de instelpot-
meter ongeveer naar het midden.
2.3 Sluit op de met “LS” (luidspreker) aangeduide soldeerpennen een
miniatuur luidspreker aan met een impedantie van 8 Ohm.
2.4 Sluit nu de voedingsspanning (gelijk-, of wisselspanning) aan op de
met “UB” aangeduide soldeerpennen. Bij het aansluiten van een
gelijkspanning hoeft niet op de polariteit gelet te worden.
2.5 Sluit op de met “FS” aangeduide soldeerpennen de van 0 tot 15 Volt
instelbare gelijk-, of wisselspanning (rijspanning van de locomotief)
aan. Stel deze eerst in op nul Volt.
2.6 Draai nu de spanning van de netadapter langzaam omhoog, uit de
luidspreker moet nu al het sissen hoorbaar zijn en moet sneller worden,
naarmate de rijspanning opgevoerd wordt.
2.7 Als tot hier alles in orde is, kunt u de navolgende checklist overslaan.
2.8 Mocht er tegen alle verwachting in geen geluid uit de luidspreker
klinken of treedt er een andere functiefout op, schakel dan meteen de
voedingsspanning uit en controleer de schakeling aan de hand van de
volgende checklist.
Controlelijst voor het opsporen van fouten
Streep elk punt af!
Schakel voordat u met de controle begint de voedingsspanning uit.
Staat er op de uitgang van de spanningsstabilisator 12 V?
Op pin 4 van IC2 moet ongeveer 8 Volt staan.
Licht de led op bij toenemende rijspanning?
Is de gebruikte luidspreker wel heel?
Ligt de voedingsspanning bij ingeschakeld apparaat nog steeds op
ongeveer 15 Volt?
Schakel de voedingsspanning weer uit.
Zijn de weerstanden overeenkomstig hun waarde geplaatst?
Controleer de waarden nog een keer m.b.v. 1.1 van de bouwhandleiding.
Zitten de diodes er goed in?
Komt de op de diode aangebrachte kathode-ring overeen met de
afbeelding op de print?
De kathode-ringen van D1 t/m D8 moeten allemaal in dezelfde richting
wijzen.
28
29