Operation Manual

NEDERLANDS
15
NEDERLANDS
15
14: Date For
mat
Display: »TTMMJJ« of »JJMMTT«
1
5: Time Display »on«, »off« of »RDS« (RDS-
synchronisatie)
Aanwijzing: Bij RDS-synchronisatie verdwijnen
de instellingen 16 18 van het scherm, bij tijd =
uit verdwijnen de instellingen 1519 van het
scherm.
1
6: Tme instellen
1
7: Year instellen
1
8: Date instellen
1
9: Standby ti
me aan of uit, weergave van de
tijd bij ingeschakeld contact.
20: Ignition
in- en uitschakelen
Display: »Ignition On«, de autoradio kan met
het contact van het voertuig in- en uitgescha-
keld worden.
Display: »Ignition Off«, in- en uitschakelen
van het toestel alleen met »IO«.
21: CD-Level
instellen
Aanpassing van het volume van het CD-deel.
22: MCD/AUX/MP3-Level
instellen
Aanpassing van het volume van het extra
apparaat (indien aangesloten).
23: Display positieve, negatieve weergave van
het display instellen (inverse schakeling)
Display: »Blue« of »White«.
24: Dis
playcontrast contrast van het dis-
playveld instellen
Display: »Disp Contrast«, balkindicatie
25: Da
g/Night aanpassing aan de instru-
mentenverlichting
Display: »on« of »off«
26: AF Enable
Aan of uit, DAB-module mag
alternatieve frequenties gebruiken indien die
voorhanden zijn.
27: DAB > RDS
(indien 26: aan) Aan of uit.
Bij slechte DAB-ontvangst mag naar een RDS-
zender teruggeschakeld worden.
28: RDS > DAB
(indien 26: aan) Aan of uit,
is bij FM dezelfde zender op DAB beschikbaar,
dan wordt op DAB overgeschakeld.
29: DAB Linkin
g (indien 26: aan) Programma-
opsporing bij slechte ontvangst; omschakelen op
programmas met dezelfde inhoud (hard),
omschakelen op programmas met gelijkaardige
inhoud (soft), of uit (uit).
EXPERT-BEDIENINGSNIVEAU
___________________________________________________________________________________
30: DRC Aan of uit, Dynamic Range Control.
Zorgt bij uitzendingen met hoge dynamiek (b.v.
klassieke muziek) voor een natuurlijke weerga-
ve. Deze extra informatie moet de DAB-zender
aanbieden.
31: Rec. Limit
Aan of uit, omschakeling van de
zoeksnelheid, controleert de ontvangstwaardig-
heid van een DAB-ensemble.
Receive Limit = uit: Elke frequentie wordt op ont-
vangstwaardigheid getest.
Receive Limit = aan: Enkel de veldsterkte wordt
getest. Dit versnelt over het algemeen de zoe-
kloop.
32: Shor
t IS Aan of uit
Na het inschakelen wordt altijd de laatst geho-
orde zender ingesteld.
Short IS = Aan: Na het inschakelen worden bij-
komend de laatste 5 ensembles op ontvangst-
waardigheid gecontroleerd.
Short IS = Uit: Enkel het laatste ensemble is
beschikbaar.