User manual
67
Programmabeschrijving: model- en faseninstelling - vliegtuigmodel
Aanwijzingen:
•
In de middenpositie van SW 4/5 moeten
dan de schakelaarsymbolen overeenko-
men met de afbeelding hierboven.
• Let u op de prioriteit van de verschillende vliegfasen,
zoals op de vorige bladzijden uitvoerig beschreven is.
Instellen van de vliegfasentrimming
In dit menu “Fasentrimming” kunnen de eerder gekozen
vliegfasen getrimd worden.
Schakel daarvoor via de door u aangewezen schakelaar
naar de gewenste vliegfase (de * helemaal links geeft de
op het moment actieve fase aan):
FASENTRIMMING
normaal
0%
0%
0%
RO HOWK
Start
Speed
0%
0%
0%
0%
0%
0%
Nu eventueel met de pijltoetsen van de linker vier-
weg-toets de gewenste roerfunctie selecteren en dan na
een kort indrukken van de ENT-toets () van de rechter
vier-weg-toets met de pijltoetsen ervan de benodigde
trimwaarden in het inverse veld instellen.
Door omzetten van de vastgelegde schakelaar(s) kan
de bijbehorende fase geactiveerd worden, waarbij aan
de servokant de omschakeling niet “hard” plaatsvindt,
maar met een vast ingestelde omschakeltijd van ca.
1 seconde.
Er kunnen waarden worden ingesteld – net als bij de
instelling van de offset en de instelling van het midden-
punt van de stuurelementen – tussen -99 % en +99 %.
Normaliter zijn de ze waarden echter niet veel groter
dan enkele tientallen procenten.
FASENTRIMMING
normaal 0%
0%
0%
RO HOWK
Start
Speed
+2%
4%
+8%
–3%
–5%
–7%
Gelijktijdig indrukken van de toetsen van de linker
vier-weg-toets (CLEAR) zet een eventueel ingestelde
waarde weer terug naar de standaard van 0 %.
Aanwijzing:
Afhankelijk van uw invoer in de regel “rolr./
welfkl.” van het ondermenu “Modeltype”,
bladzijde 64, kunt u bij de “Fasentrimming”
slechts beschikken over de kolom “HO”, de kolommen
“RO” en “HO” of zoals hierboven afgebeeld “WK”, “RO”
en “HO” op het display.