Operation Manual
De welfkleppen-mixers en de welfkleppen-differentiatie verschijnen alleen in de lijst, wanneer u bij het
modeltype “delta/staartloos” ook “2 WK” in de regel “rolr./welfkl.” heeft ingevuld.
Aanwijzing:
Ook wanneer u “2QR. 2 WK”(2 rolroeren 2 welfkleppen) heeft gekozen, heeft de( digitale) trimming van
hoogte- en rolroeren alleen effect op rol/hoogte (servo 2 + 3). Wilt u dit omzeilen, dan is het eenvoudiger om uw
model zoals hier onder beschreven wordt te programmeren.
Programmering van een deltamodel met staart-instelling “normaal”
Werd er daarentegen in het menu “basis-instelling” het staartype “normaal” gekozen en de
ontvangeruitgangen volgens het onderste aansluitschema op de vorige bladzijde bezet, dan functioneert de
rolroersturing weliswaar normaal, maar nog niet de hoogteroerfunctie van de beide rolroerservo’s.
In de staarttype-instelling “normaal” wordt het gewenste hoog- resp. laageffect van de bijbehorende
stuurknuppel op de daarvoor bedoelde twee rolroer- en twee welfkleppenservo’s pas dan bereikt, wanneer bij de
apart in te stellen vleugelmixers “HR → NN” in het menu …
“vleugelmixers” (bladzijde 61 … 65)
van nul afwijkende waarden werden ingesteld.
(De volgende instellingen zijn modelspecifiek en mogen niet zonder meer worden overgenomen.)
Bij dit soort instellingen wordt het staartloze model als een “normale” vierkleppen-vleugel (2 rolroeren en twee
welfkleppen) met al haar mogelijkheden beschouwd! Bij deze manier van beschouwen worden de oorspronkelijk
alleen voor moment-compensatie en het verkrijgen van speciale effecten bedoelde mixers “Hr → NN” door de
instelling van hogere waarden dan gebruikelijk “misbruikt” voor de overdracht van het hoogteroersignaal op de
roeren van het staartloze model.
Omdat bij geen van de vleugelmixers de trimming van de digitale hoogteroer-trimhevel door de desbetreffende
mixer wordt meegenomen, hebben we een alternatief nodig.
Wissel dus naar het menu …
“instelling stuurelement” (bladzijde 50)
en wijs aan de ingangen 5 en eventueel 6 telkens hetzelfde stuurelement toe, b.v. de INC/DEC-toets CTRL 6.
Daarna wisselt u naar de kolom “uitslag” en reduceert u de uitslag van het stuurelement van deze beide
uitgangen symmetrisch naar ca. 50% … of nog minder, want: hoe kleiner deze is, des te fijngevoeliger kunt u
trimmen.
Wanneer u daarentegen liever de gewone hoogteroer-trimhevel wilt gebruiken, zet u – of laat u - de
vleugelmixers “hoogteroer → NN” op 0% en definieert daarvoor in de plaats vrije lineaire mixers.
Roep daarvoor het menu …
“vrije mixers” (bladzijde 77 … 80)
op en maak een lineaire mixer “Tr HR→ 5” en eventueel “Tr HR → 6”. Op de bladzijde met de grafiek van dit
menu stelt u de benodigde mixpercentages in. Controleer de instellingen en de richtingen van de uitslagen in de
“servo-aanduiding” resp. bij het model. Verander eventueel het + of – teken.










