Operation Manual

K1 gas (gascurve)
Deze instelling heeft alleen betrekking op de stuurcurve van de gasservo.
Op dezelfde manier als de instelling van de pitchcurve (zie vorige bladzijde) kan ook de gascurve door
maximaal 5 punten worden vastgelegd.
In ieder geval moet in de eindpositie van de gas-/pitchstuurknuppel de carburateur helemaal open zijn
(behalve bij de autorotatie, zie bladzijde 74).
Voor het hoverpunt, dat normaal gesproken in de middenpositie van de stuurknuppel ligt, moet de opening
van de carburateur zó aan de pitchcurve zijn aangepast, dat het gewenste toerental van het systeem bereikt
wordt.
In de minimum-positie van de gas-/pitchstuurknuppel moet de gascurve dusdanig zijn ingesteld, dat de
motor met een ten opzichte van de stationairloop duidelijk hoger toerental draait en de koppeling aangrijpt.
Het starten en afzetten van de motor vindt in ieder geval plaats via de gaslimiter (zie verder hieronder) .
Een eventueel van andere radiobesturingssystemen overgenomen programmering van twee vliegfasen – “met
gasvoorkeuze (idle-up)” en “zonder gasvoorkeuze” – is dan overbodig.
Overtuig uzelf ervan dat bij het starten van de motor de gaslimiter gesloten is, en de carburateur dus alleen nog
maar met de stationairtrimming rondom de stationairpositie kan worden ingesteld. Let in ieder geval op de
veiligheidsaanwijzingen op bladzijde 72. Is de stationairpositie bij het aanzetten van de zender te hoog ingesteld,
dan wordt u optisch en akoestisch gewaarschuwd!
De volgende 3 diagrammen tonen (typische) 3-punts-pitchcurven voor verschillende vliegfasen zoals hover,
kunstvlucht en 3D-vlucht.
Voorbeeld-gascurven van verschillende vliegfasen:
hover kunstvlucht 3D-vlucht (afgeronde curve)
Aanwijzingen bij het toepassen van de “gaslimiet”-functie:
In ieder geval moet u van de gaslimiet-functie gebruik maken (menuinstelling stuurelement”, bladzijde 54).
Daarmee is aan de onderste aanslag van het gaslimiet-stuurelement – standaard de proportionele draaiknop
CTRL 7- de gasservo helemaal van de gas-/pitchstuurknuppel gescheiden; de motor loopt op een stationair
toerental en reageert alleen nog op de K1-trimming. Deze voorziening maakt het mogelijk, om vanuit iedere
vliegfase de motor te kunnen starten. Na het starten schuift u de gaslimiter naar de tegenoverliggende aanslag,
om de gasservo weer geheel via de gas-/pitchstuurknuppel te kunnen bedienen. Om er voor te zorgen ,dat de
gasservo aan de bovenste aanslag niet door de gaslimiter wordt begrensd, moet u in het menu “instelling
stuurelement” de uitslag van het stuurelement op 125% zetten.
Aanwijzing:
Parallel met het vrijgeven van het gas resp. het opnieuw begrenzen wordt het schakelpunt van de stuurelement-
schakelaar “G3”gepasseerd, waarmee u b.v. automatisch de stopwatch voor het opnemen van de vliegtijd kunt
starten en stoppen, zie bladzijde 54.
Bij de autorotatie wordt vanuit deze mixer automatisch naar een vooraf ingestelde vaste waarde
omgeschakeld, zie bladzijde 74 e.v.