Operation Manual

Dual Rate/Expo
Stuurkarakteristiek voor roll, nick en hekrotor
De Dual-Rate/Expo-functie maakt een omschakelen resp. beïnvloeden van de stuuruitslagen voor roll-, nick- en
hekrotorservo’s mogelijk, d.w.z. destuurfuncties 2 … 4, tijdens het vliegen via een externe schakelaar. Een
individuele karakteristiek voor stuurfunctie 1 (motor/pitch) wordt apart voor gas, pitch en hekrotor in het menu
“helimixers” via maximaal 3 in te stellen punten ingesteld.
Dual Rate heeft het effect van de servo-uitslag-instelling in het menu “servo-instelling; de Dual-Rate-functie
heeft echter geen betrekking op de servo, maar op de bijbehorende stuurfunctie, onafhankelijk van het feit, of
deze één servo of via een aantal koppel- en mixerfuncties meerdere servo’s aanstuurt.
De stuuruitslagen zijn per schakelaarpositie tussen 0 en 125% van de normale stuuruitslag instelbaar.
De exponentiële sturing maakt voor waarden groter dan 0% een fijngevoelig sturen van het model rond de
middenpositie van de desbetreffende stuurfunctie (roll, nick en hekrotor) mogelijk, zonder de volledige uitslag
bij een volledige stuurknuppeluitslag te hoeven missen. Omgekeerd wordt voor waarden kleiner dan 0% het
effect van het stuurelement rondom de neutraalpositie vergroot en in de richting van de volledige uitslag weer
verkleind. De waarde van de “progressie” kan dus van – 100% tot + 100% worden ingesteld, waarbij 0 %
overeenkomt met de normale, lineaire stuurkarakteristiek.
Een verdere toepassing vloeit voort uit het gebruik van de tegenwoordig vaak gebruikte draaiservo’s: de
roeraansturing verloopt namelijk niet-lineair, d.w.z. met een toenemende draaihoek van de stuurschijf resp. van
de servohevel wordt de roeraansturing via de stuurstang - afhankelijk daarvan, hoe ver naar buiten de stuurstang
aan de servohevel is bevestigd – steeds kleiner. Met Expo-waarden groter dan 0% kan dit effect worden
tegengegaan, zodat bij een groter wordende knuppeluitslag de draaihoek meer dan proportioneel toeneemt.
Ook de Expo-instelling heeft direct betrekking op de bijbehorende servo, onafhankelijk van het feit, of deze
effect heeft op één servo of via willekeurige koppel- en mixfuncties op meerdere servo’s. De Expo-functie kan
net als de Dual-Rate-functie tijdens het vliegen worden omgeschakeld, wanneer aan deze functie een schakelaar
werd toegewezen.
Omdat de schakelaartoewijzing zowel voor de Dual-Rate- als ook voor de Expo-functies volledig vrij is, kunnen
ook meerdere functies via eén en dezelfde schakelaar bediend worden. Daardoor bestaat ook de mogelijkheid,
om Dual Rate en Expo via één enkele schakelaar met elkaar te verbinden, wat vooral bij heel snelle modellen
een groot voordeel is.
In de display-grafiek worden de curven-karakteristieken direct zichtbaar gemaakt. De middelste verticale lijn
beweegt na keuze van de bijbehorende regel synchroon met de desbetreffende stuurknuppel, om de van de het
stuurelement afhankelijke curvenwaarde beter te kunnen beoordelen.
Programmering:
Dual-Rate-functie
Indien u een omschakelen tussen twee mogelijke varianten wenst, kiest u het schakelaarsymbool en wijst u,
zoals op bladzijde 29 in onderdeel “ toewijzing externe- en stuurelementschakelaars”, een externe schakelaar toe.
De toegewezen schakelaar verschijnt op het display samen met een schakelaarsymbool, dat de schakelrichting bij
het bedienen van de schakelaar aangeeft.
Wisselt u naar het sel-veld, om apart voor elk van de beide schakelaar-posities de Dual-Rate-waarde met het
draaielement in het inverse veld te veranderen.
De Dual-Rate-curve wordt gelijkertijd in de grafiek afgebeeld. (clear = 100%).
Voorbeelden van verschillende Dual-Rate-waarden:
servo-uitslag stuurknuppel-uitslag
Let op:
De Dual-Rate-waarde moet uit veiligheidsoverwegingen minstens 20% van de totale stuuruitslag bedragen.