Operation Manual
externe- en stuurelement-schakelaars
principes achter het toewijzen van schakelaars
Op veel andere plaatsen in het programma bestaat de mogelijkheid, om een functie via een externe- of de al
eerder genoemde stuurelement-schakelaar (zie verder hieronder) te bedienen, of tussen instellingen om te
schakelen, zoals b.v. bij curven-instellingen, de DUAL RATE/EXPO-functie, vliegfasenprogrammeringen,
mixers enz. Daarbij is een meervoudige toewijzing mogelijk.
Omdat de stuurelement- en schakelaartoewijzingen in alle desbetreffende menu’s op dezelfde manier
plaatsvinden, worden hier alleen de principes achter de programmering verklaard, zodat de lezer zich bij het
doornemen van de gedetailleerde menu-beschrijvingen kan concentreren op de speciale inhoud.
Op de plaatsen, waar schakelaars toegewezen kunnen worden, verschijnt in de onderste displayregel een
schakelaarsymbool:
Wissel met behulp van het draaielement naar dit veld. Het schakelaarsymbool wordt nu invers afgebeeld:
Zo wijst u een externe schakelaar toe:
1. Kort indrukken van het draaielement:
2. Op het display verschijnt het volgende veld:
Gewenste schakelaar naar de AAN positie
Volkomen onafhankelijk van het feit, in welke stekkerbuspositie 0 … 7 de schakelaar werd aangesloten, moet nu
de desbetreffende externe schakelaar naar de “AAN”-positie worden omgezet, of de K1- resp. bij auto- en
scheepsmodellen ook de K3-knuppel vanuit de gewenste schakelaar “uit” positie naar de richting “aan” worden
bewogen. Hiermee is de toewijzing afgesloten.
aanwijzing:
Voordat u het schakelaarsymbool door een kort indrukken van het draaielement activeert en daardoor naar het
waardenveld wisselt, moet de externe schakelaarresp. K1- of (bij auto- en scheepsmodellen ook) de K3-knuppel
zich in de gewenste UIT-positie bevinden, omdat de schakelaarpositie, waarin de schakelaar daarna gebracht
wordt, door de zender gezien wordt als de AAN-positie.
3. schakelrichting veranderen:
Zou de bediening desondanks toch in de verkeerde richting moeten plaatsvinden, dan moet u de schakelaar in de
gewenste UIT-positie brengen, het schakelaarsymbool opnieuw uitkiezen en de schakelaar nu met de gewenste
schakelaarrichting toewijzen.
4. schakelaar wissen:
Na het activeren van het schakelaarsymbool, zoals onder punt 2 beschreven, de CLEAR-toets indrukken.










