Operation Manual
Bediening “Data Terminal”
invoertoetsen, functievelden
enter, esc, clear, help, sel, sto, clr, sym, asy,
, eE/A, ->
Principes achter de bediening van de software
De programmering vindt plaats via slechts vier toetsen aan de linkerkant van het display, maar met name via het
draaielement ( “3D-Rotary”) aan de rechterkant van het display.
invoertoetsen:
• Enter
door indrukken van de toets enter komt u vanuit de basisaanduiding van het display als eerste in de
multifunctie-menu’s. Op dezelfde manier kan het oproepen van een uitgekozen menu via enter plaatsvinden.
• Esc
indrukken van de esc-toets heeft een stapsgewijs terugkeren naar de functiekeuze als effect, resp. ook terug
tot aan de basisaanduiding.
• Clear
zet tijdens de programmering een veranderde parameter-waarde terug naar de standaardwaarde. Met clear
wordt ook in de helpfunctie teruggebladerd.
• Help
op iedere plaats bieden duidelijke teksten tijdens de programmering na een druk op de knop hulp bij de
diverse menu’s en hun bediening. Binnen een hulptekst kunt u met de help-toets verder- en met de clear-
toets een beeldschermpagina terugbladeren.
functievelden
Afhankelijk van het menu verschijnen er in de onderste display-regel functievelden, die via het draaielement
opgeroepen worden:
Wisselen tussen de functievelden: draaielement draaien
Activeren van een functieveld: draaielement indrukken
functievelden:
• SEL (select): uitkiezen
• STO (store): opslaan (b.v. positie stuurelement)
• CLR (clear): wissen (b.v. steunpunt)
• SYM: instelling van symmetrische waarden
• ASY: instelling van asymmetrische waarden
•
: schakelaarsymbool-veld (toewijzing van externe- en stuurelement-schakelaars)
• E/A: menu’s tonen/verbergen
• ⇒
⇒⇒
⇒: wissel naar de tweede pagina binnen een menu (vervolgmenu)










