Operation Manual

vastleggen van het motortoerental (positie van de gasstuurknuppel om de instellingen te activeren)
CLEAR = OF alleen bij LDA. In dit geval AAN / UIT van de automaat via schakelaar 5.
16
MIX SRA
kunstvluchtautomaat (Snap Roll)
Bij bedienen van de Snap-Roll-schakelaar (schakelaar aan bus 3) lopen de servo’s van rol-, hoogte- en richtingsroer naar een
voorgeprogrammeerde positie (letten op dubbele bezetting met “MIX A”).
Om onbedoeld inschakelen van het programma te voorkomen, kan de functie via CLEAR afgeschakeld worden (display-
aanduiding “OF”). Uit veiligheidsoverwegingen alleen de momentschakelaar Best.-nr. 4160.11 gebruiken.
aan- / uitschakelen van het Snap-Roll-programma
voorinstelling rolroer (Aileron) OF = uitgeschakeld
voorinstelling hoogteroer (Elevator) OF = uitgeschakeld
voorinstelling richtingsroer (Rudder) OF = uitgeschakeld
CLEAR schakelt alle functies tegelijk op OF.
17
MIX WNG
vleugelprogramma’s (DLT, FPR)
Twee verschillende vleugelprogramma’s staan ter beschikking, die door indrukken van de toetsen INC resp. DEC kunnen
worden uitgekozen. CLEAR schakelt het programma uit (aanduiding: “OF”).
Bij het programma “DLT” vindt de uitslag-instelling voor servo 2 plaats via “TRV ADJ. CH2”, terwijl “TRV ADJ. CH6”
beide servo-uitslagen beïnvloedt, maar echter alleen betrekking heeft op de welfkleppenfunctie draaimodule 6. Bij foutieve
draairichting van de hoogteroerservo’s in het programma “DLT” zie aanwijzing bladzijde 55.
vleugelprogramma (Wing) kiezen
Delta mixt de functies rol- en hoogteroer. Mixverhouding via Dual-Rate stuurfuncties 2+3 instelbaar.
Flaperon De ontvangeruitgangen 2+6 worden via de stuurknuppel 2 als rolroeren en via het draai-stuurelement of een
schakelmodule aan CH 6 als welfkleppen aangestuurd.
7
MIX A, B, C
vrij programmeerbare mixers
Zowel het mixprogramma (servo-functies 1…7) als ook het mixpercentage ( 0 tot ±125%) kunnen individueel gekozen
worden. De mixers kunnen voortdurend op “ON” staan of via externe schakelaars aan- en uitgezet worden.
Opmerkingen:
Bij toepassen van een kant-en-klare mixer in verbinding met een vrij programmeerbare mixer moet u er op letten, dat mixfuncties elkaar dan
overlappen, zie bladzijde 27. Bij het inschakelen van de functie “LDS” in de automatische landingshulp kan een aan CH7 op de zenderprint
aangesloten stuurelement niet gebruikt worden.
mixer externe schakelaar letten op dubbele bezetting
C aan bus 3 mixer “SRA/E/R
B aan bus 4 mixer “E-F”
A aan bus 5 mixer “LDE/F/S”
geïnitialiseerde standaardwaarde A11, B11 resp. C11
INC instelling
DEC mixpercentage
OFFSET:
INC of DEC indrukken en daarbij het desbetreffende stuurelement in de gewenste positie brengen,
echter eerst stuurfunctie en –kanaal vastleggen.
vastleggen stuurfunctie Voorb.: mixer 2-3
vastleggen stuurkanaal
keuze: mixer voortdurend AAN (ON) of schakelbaar via externe schakelaar (hier 5)
mixer B resp. C
ontvangertoewijzing Type ACROBATIC – NAUTIC – CAR
Wanneer de extra kant-en-klare programma’s niet gebruikt worden, zijn alle ontvangeruitgangen van elkaar losgekoppeld en
daardoor met name voor auto- en scheepsmodellen bedoeld. Bij een omschakelen naar DELTA zijn de uitgangen 2 + 3 voor
een gelijktijdige rol- en hoogteroersturing softwarematig verbonden. FLAPERON verbindt de ontvangeruitgangen 2 + 6
dusdanig, dat de aaangesloten servo’s voor een rolroer- en / of welfkleppensturing bruikbaar zijn.