Operation Manual

6 = servouitslag-instelling
7 = vrij programmeerbare mixer
8 = Timer-functie
9 = welfkleppen- / hoogteroermixer
10= rolroerdifferentiatie
14= hoogteroer - / welfkleppenmixer
15= automatische landingshulp
16= kunstvluchtautomaat
17= vleugelprogramma’s
schakelbare functies
gasstuurknuppel
Instelschema modeltype AC = Acrobatic – Nautic – Car
1…6, 8
Instellingen 1 tot 6 en 8 zijn beschikbaar bij alle modeltypen
1 DUAL RATE functie 2 tot 4, bladzijde 21 0 tot +125%, schakelbaar
2 EXPONENTIAL functie 2 tot 4, bladzijde 21 lineair (LN) tot +100%, schakelbaar
3TRIMOFFSETGEHEUGEN functie 2 tot 4, bladzijde 22, ca. –50 tot +50 stappen
4 SERVO-OMKEER kanaal 1 tot 7, bladzijde 24 Reverse / Normal
5
SERVOUITSLAG-MIDDENVERSTELLING kanaal 1 tot 7, bladzijde 24, -150 tot +150 stappen
6 SERVOUITSLAG-INSTELLING kanaal tot 7, bladzijde 25 0 tot ±150%
8 STOPWATCH en ALARMTIMER , bladzijde 28 vooruit-achteruit max. 900 s schakelbaar ook met stuurf. 1
14 MIX E-F
Hoogteroer – welfklep (Elevator – Flap)
Bij bedienen van de hoogteroer–servo worden de welfkleppen met een programmeerbaar mixpercentage (0% tot ± 125%)
beïnvloed. De mixer kan met een aan bus 4 aangesloten externe schakelaar worden aan- en uitgeschakeld (letten op dubbele
bezetting met “MIX B”).
aan- / uitschakelen van de mixer
mixpercentage 0 tot ±125%
15
MIX LDE
automatische landingshulp (Auto-Landing)
Bij bedienen van de gasstuurknuppel in richting stationair worden automatisch, bij het bereiken van een van te voren
ingesteld toerental, de Flap (LDF) en het hoogteroer (LDE) uitgeslagen. De Spoiler (remklep) kan naar keuze ook
meegeschakeld worden (LDS). Deze functie wordt via een aan bus 5 aangesloten externe schakelaar aan- resp. uitgeschakeld
(letten op dubbele bezetting met “MIX A”).
In het onderprogramma “LDA” (Auto-Landing) vastleggen, onder welk motor-toerental de automaat effect moet hebben. De
gas-stuurknuppel in de gewenste positie brengen en INC of DEC indrukken. (CLEAR schakelt landingsautomaat weer uit,
aanduiding “LDA” op “OF”).
Na selectie van “LDE” (Landing Elevator) en “LDF” (Landing Flap) via CH kunnen de servo-posities voor het hoogteroer en
de welfklep worden ingesteld (0…
±
125 stappen).
De keuze van het onderprogramma “LDS” (Landing Spoiler) maakt het mogelijk, een aan kanaal 7 aangesloten remkleppen-
servo naar keuze aan- (“ON”) of uit te schakelen (“OF”). De stuurelement-ingang 7 is afgesloten, zolang “LDS” = “ON”.
Opmerking:
Werd “LDA” via CLEAR op “OF” gezet, zodat de gasstuurknuppel de landingsautomaat niet langer schakelt, dan kunnen
hoogteroer, Flap en Spoiler via de schaklaar 5 in de voorgeprogrammeerde posities worden uitgeslagen.
activeren / deactiveren van de landingsautomaat
hoogteroer van tevoren instellen
OF = uitgeschakeld CLEAR = 0
welfkleppen van tevoren instellen
OF = uitgeschakeld CLEAR = 0
bij- / uitschakelen van de remkleppenservo (Spoiler –servo)
CLEAR = OF