User manual

a) … genoegen nemen met één positie per vliegfase, door alleen de desbetreffende trimwaarden in te
voeren.
b) … de zoals onder a) gepositioneerde welfkleppen met een willekeurig, in het menu “Instelling
stuurelement”, bladzijde 96, aan de “ingang 6” toegewezen stuurelement, eventueel door keuze van
“FA” in de kolom “Type” vliegfasen-specifiek variëren. Bij voorkeur dient dit één van de proportionele
draaiknoppen CTRL 6 … 8 te zijn.
Het gekozen stuurelement stuurt direct de beide aan de ontvangeruitgangen 6 en 7 aangesloten
welfkleppenservo’s en de eventueel aan de uitgang 9 en 10 aangesloten WK2-servo’s aan, in zoverre
deze in het menu “Modeltype” in de regel “rolr./welfkl.” zijn ingevoerd. Indirect stuurt dit stuurelement de
welfkleppenpositie van de rolroeren volgens het in de kolom “RO” en eventueel “RO2” van de regel “WK”
van het multikleppen-menu ingevoerde percentage. Om de kleppen exacter te kunnen aansturen moet
wel in de regel “Ing.6” van het menu “Instelling stuurelement” de uitslag tot ca. 25% verkleind worden.
c) …echter ook de standaardwaarde van “0%” in de kolom “RO” en eventueel “RO2” van de regel “WK” van
het multikleppen-menu zo laten en als alternatief in het menu “Instelling stuurelement” zowel aan de
ingang 6 als ook aan de ingang 5 hetzelfde stuurelement toewijzen. De hoeveelheid effect op de beide
kleppenparen bepaalt u dan, eventueel door de keuze van “FA” in de kolom “Type” vliegfasen-afhankelijk,
via de bijbehorende uitslag-instelling.
Principes van de programmering
1. Met de pijltoetsen ▲▼ van de linker of rechter touch-toets de gewenste regel uitkiezen. Afhankelijk van de
gekozen regel verschijnt er onderaan het display óf het symbool voor “volgende bladzijde” óf een
schakelaarsymbool.
2. Afhankelijk van de gekozen regel komt er óf nu een wissel naar de volgende bladzijde, waar u op dezelfde
manier te werk kunt gaan, óf het gewenste waardenveld wordt door een aantippen van de centrale SET-
toets van de rechter touch-toets geactiveerd.
3. Met de pijltoetsen de mate van differentiatie resp. mixerpercentage instellen.
Voor het instellen van symmetrische waarden brengt u het stuurelement of de stuurknuppel naar het
midden, zodat het markeringskader de beide waardenvelden omsluit. Voor het instellen van
asymmetrische waarden beweegt u het stuurelement of de stuurknuppel naar de in te stellen kant.
Negatieve en positieve waarden zijn mogelijk, om de desbetreffende functie aan de draairichting van de
servo resp. de uitslagrichting van de roeren aan te kunnen passen.
4. Gelijktijdig aantippen van de toetsen ▲▼ of ◄► van de rechter touch-toets (CLEAR) zet een veranderde
waarde weer terug naar de standaardwaarde.
5. Invoer beëindigen door aantippen van de centrale ESC-toets van de linker of de centrale SET-toets van de
rechter touch-toets.
Schakelaar toewijzen
De vleugelmixers “RO RI” en “WK HO” zijn via een schakelaar of een uitgebreide schakelaar optioneel aan
of uit te schakelen. Bij keuze van de desbetreffende regel verschijnt daarom het bekende schakelaarsymbool
onderaan het display.
Omschakelvertraging
De in het menu “Faseninstelling”, bladzijde 128, voor de desbetreffende vliegfase ingestelde vertragingstijd
resp. omschakeltijd heeft effect op alle vleugelmixers en verhindert zo abrupte veranderingen van kleppenposities
bij het omschakelen tussen vliegfasen.
Mixer-neutraalpunten (Offset)
Bij alle mixers van het ondermenu “Reminstellingen” moet de in het menu “Modeltype” in te stellen “remoffset” in
die positie van het stuurelement worden geplaatst, waarbij de remkleppen zijn ingedraaid.
Leg daarom in het menu “Modeltype” in de regel “Remoffset” de ingang 1, 7, 8 of 9 en de Offset volgens uw
gewoonten vast, zie bladzijde 82. Bij de keuze van “Ingang 1” moet u er nog op letten, dat u vóór het vastleggen
van het Offsetpunt in de regel “Motor aan K1” eventueel de gewenste Gas min”-positie “naar voren/achteren”
vastlegt.
Aanwijzing:
Wordt de Offset niet helemaal aan het einde van de uitslag van het stuurelement gelegd, dan is de rest van de
uitslag “loos bereik”, d.w.z. het stuurelement beïnvloedt dan geen van de mixers van het ondermenu
“Reminstellingen”. Bovendien wordt de mixer-uitslag weer automatisch over 100% verdeeld.
Alle andere mixers in het menu “Vleugelmixers” hebben hun neutraalpunt in de nul-positie van het
stuurelement, d.w.z. ze hebben geen effect in die positie van het stuurelement. Bij een volledige uitslag wordt de
ingestelde waarde bij-gemixt.