Operation Manual
40 GMC-I Messtechnik GmbH
Metingen V/Hz –
– – Temp – – m – A/Hz
5.7.2 Wisselstroom en frequentie meten rechtstreeks A AC en Hz
Ð Schakel eerst de stroomtoevoer naar de meetkring c.q. naar
de verbruiker uit (1) en ontlaad, voor zover aanwezig, alle con-
densatoren.
Ð Zet de draaischakelaar in functie van de meten stroom c.q. de
te meten frequentie op A~ resp. Hz.
Ð Kies de gewenste meetgrootheid door telkens even op de mul-
tifunctionele knop FUNC | ENTER te drukken. Telkens als u op de
knop drukt, schakelt het apparaat heen en weer tussen AC-
TRMS
en Hz en wordt het omschakelen bevestigd met een ge-
luidssignaal.
Ð Sluit het meetappraat veilig (zonder overgangsweerstand) en
zoals afgebeeld aan in serie met de verbruiker.
Ð Zet de stroomtoevoer van de schakelkring weer aan (3).
Ð Lees het display af. Noteer de meetwaarde als u niet in de be-
drijfsmode Opslaan of Verzenden bent.
Ð Schakel de stroomtoevoer naar de meetkring c.q. naar de ver-
bruiker weer uit (1) en ontlaad, voor zover aanwezig, alle con-
densatoren.
Ð Haal de meetpennen van het meetpunt af en breng de meet-
kring weer in zijn normale toestand.
COM mA A
V
Tem p
aEb
~
R
x
~
R
x
1
3
2
A~
Hz
A~
Hz
003
.
50
mA
AC
TRMS
0050
.
1
Hz
AC
88
.
8
.
8
.
8
!
!
I > 1,2 A
Meet alleen stroom als er
batterijen in het apparaat
zitten!
Stroom
FUNC
ENTER
Meetbereiken:
Hz: 1 Hz . . . 31 kHz
A ~: 3 A . . . 1,1 A
5 bereiken: 300 A / 3 mA / 30 mA / 300 mA / 1 A
3 bereiken: 300 Hz / 3 kHz / 30 kHz