Operation Manual
GMC-I Messtechnik GmbH 63
Onderhoud – Rekalibratie
9 Onderhoud en kalibratie
Let op!
!
Koppel het apparaat van de meetkring af voordat u het batterijen-
of zekeringenvakje openmaakt om de batterij of de zekering te
vervangen!
9.1 Signaleringen – Foutmeldingen
9.2 Batterijen
Aanwijzing
Batterijen ontnemen tijdens gebruikspauzes
De ingebouwde kwartsklok heeft ook hulpenergie nodig als
het apparaat is uitgeschakeld en belast de batterijen. Wij
raden u daarom aan de batterijen uit het apparaat te halen
als u het lange tijd (bijv. tijdens de vakantie) niet gebruikt.
Hiermee voorkomt u volledige ontlading en uitgelopen
batterijen, hetgeen in bepaalde ongunstige omstandigheden
beschadigingen tot gevolg kan hebben.
Aanwijzing
Batterijwissel
Bij een batterijwissel gaan de opgeslagen meetgegevens
verloren. Om gegevensverlies te voorkomen, raden wij u aan
de gegevens vóór een batterijwissel met behulp van de
software METRAwin 10 op uw pc te laden.
De ingestelde gebruiksparameters blijven behouden, maar u
moet de tijd en de datum opnieuw instellen.
Laadtoestand
In het menu „1nfo “ kunt u informatie krijgen over de huidige
laadtoestand van de batterijen:
1nFo bAtt
:
2.75 V.
Voordat u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt of nadat u
het langdurig ongebruikt bewaard heeft, moet u er zich eerst van
overtuigen dat de batterijen van uw apparaat niet zijn uitgelopen.
Herhaal deze controle daarna met regelmatige korte
tussenpozen.
Als de batterij is uitgelopen, moet u, voordat u het apparaat
opnieuw in gebruik neemt, het elektrolyt uit de batterij zorgvuldig
en volledig met een vochtige doek verwijderen en een nieuwe
batterij in het apparaat plaatsen.
Als op het display het symbool „ “ verschijnt, dan moet u zo
snel mogelijk de batterij wisselen. U kunt weliswaar doorgaan met
meten, maar u moet wel rekenen met verminderde
meetnauwkeurigheid.
Het apparaat werkt met twee 1,5 V-batterijen volgens IEC LR 6
(of met twee dienovereenkomstige NiCd-accu's).
Melding Functie Betekenis
FUSE
Stroommeting Zekering defect
in alle bedrijfsmodi de batterijspanning is tot onder de 1,8 V gedaald
0L
Meten Signalering van een overloop
ur
M
ISO
-meting Meetwaarde kleiner dan 10% van het
meetbereik
error
M
ISO
-meting Er is stoorspanning waargenomen
MEASURE
SETUP
FUNC
ENTER