Operation Manual
11
Gebruiksaanwijzing
Bediening
U regelt de temperatuur in de koelkast met de
knop rechts bovenin de koelkast (draaibaar van
STOP (0) tot 7 en terug).
Temperatuurkeuze
• De hogere standen van de
temperatuurkeuzeknop (naar 7) betekenen
lagere temperaturen (koeler) in alle delen
van het apparaat. De temperatuur in de
koelkast kan ook beneden 0° dalen.
Gebruik de hogere stand alleen wanneer
een lagere koeltemperatuur gewenst en
aan te bevelen is.
Bij een normale temperatuur van
de omgeving is aan te bevelen, de
temperatuurkeuzeknop op de middenstand
te zetten.
• Een verandering van de temperatuur van
de omgeving beinvloedt de temperatuur
in het apparaat. Pas de afstelling van de
temperatuurkeuzeknop hierbij aan.
• In de STOP (0) stand functioneert het
apparaat niet (het koelsysteem staat niet
aan). Het apparaat staat echter onder
spanning (het verlichtingslampje gaat aan
wanneer u de deur van de koelkast opent).
• De temperatuur in de koelkast en in het
vriesvak is ook afhankelijk van hoevaak de
deur geopend wordt.
Temperatuurindicator
(hebben slechts enkele modellen)
Als hulp voor de juiste bediening is in het
koelgedeelte van het apparaat in het koudste
deel een temperatuurindicator aangebracht.
Het koudste deel van het
koelgedeelte bevindt zich
vlak boven de plaat boven de
groentenlade, ongeveer 20 cm
hoog. Het wordt aangeduid door
een sticker aan de binnenkant
van het apparaat met een
temperatuurindicator in het
midden (zie afbeelding).
De juiste temperatuur wordt
aangeduid met het teken OK. Als
dit teken niet zichtbaar is, dan is
de temperatuur in dit vak te hoog.
Stel de thermostaatknop op een
hogere stand in. Verander de
instelling niet te vaak en wacht
minstens 12 uur alvorens de
temperatuur weer te controleren
of opnieuw in te stellen.
Opmerking! Na het vullen van het apparaat met
nieuwe levensmiddelen of als de deur te vaak
geopend wordt of te lang open staat, is het OK
teken niet zichtbaar.
Gebruik
Het bewaren van levensmiddelen in de
koelkast
Het juiste gebruik van de koelkast en ook een
goede verpakking van de levensmiddelen,
handhaving van de goede temperatuur
en inachtneming van de hygiënische
voorschriften voor de levensmiddelen zijn van
doorslaggevende invloed op de kwaliteit van
het bewaren van levensmiddelen.
• De levensmiddelen die u in de koelkast
bewaart moeten vers, van goede kwaliteit
en voldoende verpakt zijn zodat ze geen
geur en vocht afgeven of opnemen. Zorg
ervoor, dat andere levensmiddelen altijd
goed verpakt (in plastic zakjes of folie,
aluminiumfolie, papier met een waslaagje
enz.) of afgedekt zijn.
• Alvorens de levensmiddelen in de koelkast
te leggen, dient de verkoopverpakking
te worden verwijderd (bijv.
yoghurtverpakking).