Operation Manual

Camera 281
AUG-2.3-103-NL Gebruikershandleiding voor Android
Een foto nemen
1 Sleep indien nodig het besturingselement naar de camerapositie.
2 Pas desgewenst de belichting, flitser en andere instellingen aan. Of laat de
instellingen op 'Automatisch' staan.
Zie 'Camera-instellingen wijzigen' op pagina 284. Het voorbeeld wordt gewijzigd
wanneer u de instellingen wijzigt.
3 Richt de lens op uw onderwerp.
Afhankelijk van de functies van uw telefoon, kunt u instellen of u de camera aan de
voorkant of aan de achterkant wilt gebruiken. Dit doet u door het pictogram voor
het selecteren van de camera aan de voorkant of de achterkant aan te
raken, of in of uit te zoomen door het pictogram voor de zoomfunctie 1x aan te
raken en vervolgens een zoomniveau aan te raken.
4 Raak het sluiterpictogram op het scherm aan.
Als uw telefoon is voorzien van een trackball of een aparte cameraknop, kunt u
daarop drukken om de foto te nemen (zie de handleiding voor eigenaren voor
gedetailleerde informatie over deze knoppen).
Het beeld wordt door de camera scherpgesteld. Wanneer het beeld is
scherpgesteld, worden de focusindicatoren in alle hoeken groen en neemt de
camera een foto.
U kunt ook het sluiterpictogram (of de knop op uw telefoon) blijven aanraken om
eerst scherp te stellen voordat er een foto wordt genomen; laat vervolgens het
pictogram of de knop los om sneller een scherpgestelde foto te nemen.
Schuif uw vinger van het sluiterpictogram af en til uw vinger op om het nemen van
de foto te annuleren.
De foto die u zojuist heeft genomen, wordt even weergegeven en verschijnt
vervolgens als miniatuur.
5 Raak de miniatuur aan om de foto te bekijken, te delen en te bewerken in de
toepassing Galerij.
Zie 'Galerij' op pagina 289.