Installation Instructions
NX-10 Installateurhandleiding
191
(NX-7002 Module>Rapportering>Rapporteermanier). Bijvoorbeeld, indien een partitiegebeurtenis
zoals Inschakelen/Uitschakelen, doorgemeld dient te worden dan moet dit geactiveerd worden in
zowel Centrale>Communicatie>Rapportering>Partitie Rapport>In/Uitschakelen en in NX-7002
Module>Rapportering>Rapporteermanier>Gebeurtenissen>In/Uitschakelen. Hetzelfde geldt voor
systeemmeldingen zoals Sabotage behuizing, Programmering of Storing Uitbreiding.
SMSText
SMSText is een nieuw rapporteringsprotocol waarbij een gebeurtenis wordt gemeld door een SMS-
bericht te verzenden naar een telefoonnummer. De SMSText-rapporteringen lijken op de
rapporteringen in het gebeurtenislogboek die kunnen worden bekeken op het bediendeel.
Bij SMSText worden SMS-berichten gebruikt voor het verzenden van een rapport in de opgegeven
taal. Bij SMSText kunnen zes rapporteringsbestemmingen worden ingesteld.
Elke rapporteringsbestemming bestaat uit:
• een primaire rapporteringstransportoptie (SMSText-groepen 1 - 8, SMS 1, SMS 2,
enz.); en
• een gebeurtenissenlijst.
U kunt in SMSText maximaal 16 telefoonnummers voor rapportering opslaan. Elk telefoonnummer
kan worden toegewezen aan elke willekeurige combinatie van de acht SMSText-groepen en moet
worden toegewezen aan een van de 12 beschikbare talen.
Een SMSText-groep kan worden verzonden naar een van de rapporteringsbestemmingen voor het
rapporteren van bepaalde gebeurtenissen. SMS-berichten voor gerapporteerde gebeurtenissen voor
een groep worden verzonden naar alle telefoonnummers die behoren tot de SMSText-groep.
SMSTekst controle
Met SMSText kan de gebruiker het beveiligingssysteem beheren door SMS-berichten te verzenden
met en te ontvangen op een mobiele telefoon.
Berichten kunnen uit een geregistreerd telefoonummer dat is toegewezen aan een bepaalde gebruiker,
een wachtwoord, commando's en waarden bestaan.
• Het telefoonnummer is alleen noodzakelijk als het systeem is geconfigureerd voor het
verwerken van commando's van niet-geregistreerde telefoons en telefoongesprekken
vanaf een telefoon waarmee het systeem niet bekend is. Als u een telefoonnummer
invoert, is eveneens een wachtwoord vereist. Zie de beschrijvingen in de woordenlijst
voor de menuopties Toegang Geregistr.Tel.Nrs en Toegang alle Tel.Nrs.
• Het systeem kan worden ingesteld dat altijd een wachtwoord is vereist. In dat geval
moet een wachtwoord worden ingevoerd voor het commando.
• Commando's zijn instructies die worden verzonden naar het beveiligingssysteem.
• Waarden zijn gegevens die de gebruiker wil verzenden naar of verkrijgen van het
systeem.
Opmerking: Meer informatie over SMSText-controle vind u in het gedeelte Rapportprotocollen en -formaten op
pagina
201.