Installation Instructions

Segment 2 (Omcirkel nummers om te programmeren)
1 “Naar programmacode” inschakelen voor partitienr. 1
2 “Naar programmacode” inschakelen voor partitienr. 2
3 “Naar programmacode” inschakelen voor partitienr. 3
4 “Naar programmacode” inschakelen voor partitienr. 4
44 DWANGCODE
15-15-15-15-15-
15
EXTERNE UITGANGEN 1-2 PARTITIESELECTIE
Segmenten 1 2
Partitie 1 1 1
Partitie 2 2 2
Partitie 3 3 3
45
Partitie 4 4 4
EXTERNE UITGANGEN 1-2 SPECIALE TIMING
Segmenten 1 2
Externe uitgangstijd in minuten 1 1
Externe uitgang om te volgen 2
2
Externe uitgangstijd stoppen wanneer gebruikercode wordt
ingevoerd
3
3
Externe uitgang alleen activeren tussen sluitings- en
openingstijden
4 4
Externe uitgang alleen activeren tussen openings- en
sluitingstijden
5 5
Externe uitgang omkeren (van 0V naar 12V bij activering) 6
6
Gereserveerd 7 7
46
Gereserveerd 8 8
EXTERNE UITGANG 1, GEBEURTENIS & TIJD (relais 1)
Segment 1
Programmeer het gebeurtenisnummer voor
uitgang 1
7=Elke sireneactivering
47
Segment 2
Programmeer de tijd voor uitgang 1
0 sec.=volg gebeurtenis
EXTERNE UITGANG 2, GEBEURTENIS & TIJD (relais 2)
Segment 1
Programmeer het gebeurtenisnummer voor
uitgang 2
7=Elke sireneactivering
48
Segment 2
Programmeer de tijd voor uitgang 1
0 sec.=volg gebeurtenis
AUTOTESTCONTROLE
Segment 1
Programmeer een "1" indien de interval in uren
moet zijn of een “0” voor dagen. Voeg een "2" toe
om de dagelijkse test te onderdrukken of een “3”
om de test om het uur te onderdrukken
0
Segment 2
Programmeer de autotest interval van 1-255
dagen of uren
1
Segment 3
Programmeer de autotestrapportering in 24-uurs
tijdnotatie
2
51
Segment 4
Programmeer de autotest rapporteringstijd, het
aantal minuten na het uur
0
OPENINGSTIJD / AUTOMATISCHE UITSCHAKELINGSTIJD 52
Segment 1
Programmeer het uur van de openingstijd
8