Installation Instructions
NX-10 Installateurhandleiding
121
ingeschakeld te blijven)
8 =
Lokaal (inschakelen als deze zone niet moet worden gerapporteerd)
Opmerking: voor een vaste sleutelschakelaar (AAN/UIT), programmeer zowel
"sleutelschakelaar" en "lokaal"
Segment 2
1 =
Aan: indien configuratiegroep een pieptoon laat horen op het bediendeel bij een alarm
2 =
Aan: indien configuratiegroep de 2-tonige sirene moet laten horen bij een alarm
3 =
Aan: indien configuratiegroep de 1-tonige sirene moet laten horen bij een alarm
4 =
Aan: indien configuratiegroep de deurbel moet laten horen
5 =
Aan: indien configuratiegroep kan worden geblokkeerd
6 =
Aan: indien configuratiegroep onderdeel vormt van de groepsshunt
7 =
Aan: indien configuratiegroep geforceerd kan worden ingeschakeld
8 =
Aan: indien configuratiegroep is aankomstbewakingsmode
Segment 3
1 =
Aan: schakelt Snelle zonereactietijd in. (50mS) - Uit = 500mS
2 =
Aan: schakelt dubbele EOL-sabotagezone in. (Hoofdzakelijk voor sabotage van draadloze
zones)
3 =
Aan: schakelt Storingrapporteringszone in. (Dagzone en brandzones)
4 =
Aan: indien configuratiegroep een Combinatiezone is
5 =
Aan: schakelt Kiezervertraging-zone in. (Zie adres 40)
6 =
Aan: indien configuratiegroep gebruik maakt van alarmbegrensteller. (Zie adres 38)
7 =
Aan: schakelt Herstelmelding in
8 =
Aan: schakelt Inluisteren in. (Zie adres 40)
Segment 4
1 = Aan: schakelt zoneactiviteitsbewaking in
2 = Aan: schakelt geen eindelusweerstand in voor brandvrije/sleutelschakelaarvrije zones
3 = Aan: schakelt zone in om te fungeren als Deurvrijgavezone / uitschakelen voor
alarmactivering
4 = Aan: schakelt zone in om te fungeren als toegangscontrolepunt (deurstand) (*)
5 = Gereserveerd
6 = Gereserveerd
7 = Gereserveerd
8 = Gereserveerd
Segment 5
1-8 Gereserveerd
(*) Opmerking:
Raadpleeg de installateurhandleiding voor de NX-17xx deurlezer. Schakel dit segment alleen in
als het is geconfigureerd met een deurcontrolelezer of -interface.
ADRES 112 - RAPPORTCODE ALARM CONFIGURATIEGROEP 2 (1 segment, numerieke data)
Adres 112 bevat de rapportcode die wordt verstuurd voor een Contact ID of SIA rapportering. De
gewenste rapportcode moet worden gekozen uit de lijst op Tabel 38 of Tabel 39 in Appendix 1. Het
zone ID is de zone waarvoor het alarm geldt.
Dit adres wordt niet gebruikt voor langzame protocollen (zoals 4+2 en 3+1). Dit adres mag ook de
alarmrapportcode bevatten voor het Robofon-protocol (waarde 00-99).
ADRES 113 - KENMERKSELECTIE CONFIGURATIEGROEP 2 (5 segmenten, functieselectiedata)
Gebruik de “Kenmerkselectie Configuratiegroep”, zoals beschreven op adres 111.