Operation Manual
11
IMPULSE SYSTEEM
NL
NL
3 EERSTE STAPPEN
3.1 BOUTEN EN MOEREN
CONTROLEREN
Controleer voor gebruik of alle bouten en
moeren en andere belangrijke onderdelen
goed vastzitten.
3.2 PEDALEN MONTEREN
Het kan zijn dat bij uw ets nog achteraf
de pedalen moeten worden gemonteerd.
Het rechterpedaal (markering “R”) wordt
met de klok mee in de rechter crank
geschroefd. Het linker pedaal (markering
“L”) wordt tegen de klok in/op de linker
crank geschroefd. Beide pedalen worden
met een steeksleutel of een geschikte
inbussleutel in de richting van het voor-
wiel vastgeschroefd. Het aanhaalkoppel
bedraagt 40 Nm.
Door scheef inschroeven kan de
schroefdraad in de krukarm worden
beschadigd.
3.3 ZADELHOOGTE VERANDEREN
3.3.1 Klemschroef
Wanneer op de klem van de zadelpen een
aandraaimoment (in Nm) is aangegeven,
draait u de klemschroef met deze waarde
vast. Als geen aanhaalkoppel is aangege-
ven, draait u een M6-schroef (Ø 6 mm) en
een M5-schroef (Ø 5 mm) met 5,5 Nm vast.
3.3.2 Snel spanner
Om deze te openen moet de spanhendel
180° worden omgeklapt – u ziet de tekst
“OPEN”. Om deze te sluiten klapt u de
spanhendel weer 180° dicht – u ziet de
tekst “CLOSE”.
Er kan grofweg worden bepaald dat
het zadel stevig genoeg zit vastge-
klemd, wanneer de spanhendel alleen met
de bal van de hand en enige kracht kan
worden gesloten. Bij het sluiten voelt u dan
een toenemende tegendruk van de hendel
op het moment dat u de hendel ongeveer
half heeft gesloten. Wanneer de zadelpen
niet stevig of veilig genoeg wordt vastge-
klemd, draait u bij geopende snelspanner
de klemmoer of schroef met de klok mee
telkens een halve slag verder. Sluit de
snelspanner en test opnieuw of het zadel
stevig genoeg zit.
Telkens voordat u gaat etsen en wan-
neer de ets zonder toezicht ergens heeft
gestaan, dient u te controleren of alle snel-
spanners goed en stevig vastzitten.
3.3.3 Zadelhoogte
Wat betreft de zadelhoogte is er een een-
voudige test: zittend op het zadel moet
het gestrekte been met de hak de laagste
pedaalstand bereiken. Een andere manier
is: als de bal van de voet op het pedaal in
de laagste stand rust, moet het been ter
plaatse van de knie licht gebogen zijn.