Operation Manual
83
INSTALLATIE - KOFIEMOLEN - AFSTELLING KOFFIEDOSIS
reservoir niet te vol te maken. Zet het reservoir weer 
op zijn plaats en plaats het deksel (8) erop.
Doe uitsluitend vers water zonder koolzuur 
in het reservoir (9). Warm water of andere 
vloeistoffen  kunnen  het  reservoir  en/of  het 
apparaat beschadigen. Schakel het apparaat niet 
in zonder water: controleer of er voldoende water 
in het reservoir zit.
•   Verwijder het deksel (2) en doe de koffiebonen 
in de houder (1).
Alléén koffiebonen in de houder (1) doen. 
Gemalen en gelyofiliseerde koffie of ander 
materiaal berokkenen het apparaat schade.
•  Plaats het deksel (2) op de koffiehouder (1).
•  Steek de stekker (11) in een geschikt stopcontact.
•  De hoofdschakelaar (7) van het apparaat staat 
gewoonlijk op -0-. Men zet het apparaat aan door 
op de  knop (7) te drukken; het lampje (29) van het 
bedieningspaneel gaat dan branden.
•   Om het circuit te vullen richt u het stoompijpje 
(15)  op  de  druppelopvangbak,  plaatst  u  een 
kopje of een geschikte bak onder de tuit van het 
stoompijpje en drukt u op knop (27). Led (28) gaat 
branden. 
  Draai de knop tegen de wijzers van de klok  in 
en wacht tot er op regelmatige wijze water  uit 
het  stoompijpje  loopt.  Om  de  waterafgifte  te 
onderbreken draait u de knop met de wijzers van 
de klok mee.
•  Druk opnieuw op knop (27) om het apparaat weer 
in de normale werkwijze te zetten.
Opmerking: alvorens het apparaat voor het 
eerst aan te zetten, in het geval het lange 
tijd niet wordt gebruikt of als het waterreservoir 
helemaal leeggeraakt is,  is  het raadzaam  het 
circuit te vullen.
•  Als de bovenstaande handelingen zijn voltooid, is 
het apparaat klaar voor het gebruik.
•  Voor de afgifte van koffie, warm water of stoom en 
voor het juiste gebruik van het apparaat dient men 
zich zorgvuldig aan de hieropvolgende instructies 
te houden.
5  KOFIEMOLEN
Let  op!  Men mag  alleen  draaien  aan  de 
knop  voor de afstelling  van  de  maling, 
die zich aan de binnenkant van de koffiehouder 
bevindt,  wanneer  de koffiemolen in werking is. 
Geen gemalen en/of  glyofiliseerde koffie in  de 
koffiebonenhouder doen.
Het is verboden om iets anders dan koffie-
bonen te gebruiken. De koffiemolen bevat 
elementen die bewegen en die gevaarlijk kunnen 
zijn. 
Het is verboden om er de vingers of voorwerpen 
in  te stoppen. Alvorens werkzaamheden  in  de 
koffiehouder uit te voeren dient men de hoofd-
schakelaar uit te schakelen en de stekker uit het 
stopcontact te halen. Geen koffiebonen toevoegen 
gedurende de werking van de koffiemolen.
De kwaliteit en de smaak van de koffie zijn behalve 
van de melange ook  afhankelijk  van  de  maling. 
Het apparaat heeft een knop (3) om de maling in 
te  stellen.  Men  dient  daaraan te draaien als  de 
koffiemolen  in werking is. De  cijfers op  de  knop 
duiden op de mate van maling. 
Elke  machine is  in  de  fabriek  afgesteld  op  een 
gemiddelde maling. Als de maling te fijn  is, dient 
men de knop naar de hogere cijfers te draaien, als 
de maling te grof is naar de lagere cijfers.
Men merkt het verschil in maling pas na de afgifte van 
drie/vier kopjes koffie.
Gebruik een koffiebonenmelange voor espresso-
apparaten. 
Stel niet af op te hoge of te lage nummers (bijv. 1 
–16). Gebruik in deze gevallen ander koffiemelanges. 
Bewaar de koffie op koele plaatsen, in een hermetisch 
afgesloten houder.
De maling moet afgesteld worden indien de koffieafgifte 
niet goed is.
Te snelle afgifte = maling is te grof- De knop moet op 
de lagere nummers gezet worden.
Geen afgifte of druppelsgewijs = maling is te fijn- De 
knop moet op de hogere nummers gezet worden. 










