Operating Instructions and Installation Instructions
22
G DATA Software
Modus: Hier ziet u met welke basisinstelling uw firewall werkt. U kunt hier kiezen
tussen handmatige regelaanmaak of het automatische systeem (autopiloot).
Automatische piloot: Hier werkt de firewall volkomen autonoom en houdt
automatisch de gevaren voor uw thuis-pc tegen. Deze instelling biedt praktische en
volledige beveiliging en is in de meeste gevallen aan te bevelen. De automatische
piloot moet standaard ingeschakeld zijn.
Overige instellingen: Als u de firewall individueel wilt configureren of bepaalde
toepassingen niet met de Autopiloot-modus wilt laten werken, kunt u met de
handmatige regelaanmaak uw firewall volledig Autopiloot-modus op uw
behoeften. Meer informatie vindt u in het volgende hoofdstuk: Instellingen |
Firewall | Automatisch systeem.
Netwerken: Met deze optie kunt u de netwerken weergeven waarin uw computer
zich bevindt. Meer informatie vindt u in het volgende hoofdstuk: Firewall |
Netwerken.
Geregistreerde aanvallen: Zodra de firewall een aanval op uw computer registreert,
wordt deze verhinderd en in het logboek opgenomen. Klik op de menuoptie voor
meer informatie.
Toepassingsradar: in dit dialoogvenster ziet u welke programma's momenteel door
de firewall worden geblokkeerd. Als u aan een van de geblokkeerde toepassingen
toch de toestemming wilt verlenen voor het gebruik van het netwerk, moet u deze
hier selecteren en vervolgens op de knop Toestaan klikken.
Netwerken
In het gedeelte Netwerken vindt u de netwerken (zoals LAN, remote enz.) waarmee de
computer verbonden is. Hier kunt u ook zien volgens welke regelset (zie hoofdstuk
Regelsets) het betreffende netwerk is beveiligd. Als u het vinkje bij het betreffende
netwerk verwijdert, wordt dit van de firewall-beveiliging uitgezonderd. U moet de
beveiliging echter uitsluitend met een goede reden uitschakelen. Als u een netwerk met de
muis markeert en op de knop Bewerken klikt, kunt u de firewall-instellingen voor dit
netwerk bekijken resp. wijzigen.