Technical data

Gebruiksaanwijzing
6 - Nederlands A26361-K1001-Z290-2-8N19, uitgave 1
Tabel 3: Richtlijnen en fabrikantverklaring – elektromagnetische
storingsvastheid
De in dit handboek genoemde systemen zijn bedoeld voor gebruik in een elektromagnetische
omgeving zoals hieronder staat aangegeven. De klant of de gebruiker van het toestel of van het
systeem moet ervoor zorgen dat het in een dergelijke omgeving wordt gebruikt.
Controles van
de storings-
vastheid
IEC 60601
testniveau
Overeen-
stemmings
niveau
Elektromagnetische omgeving – richtlijnen
Draagbare en mobiele radioapparaten mogen niet
op een kleinere afstand ten opzichte van het
toestel of het systeem inclusief de kabels worden
gebruikt dan de aanbevolen veiligheidsafstand,
die op basis van de voor de zendfrequentie
geldende vergelijking wordt berekend.
Aanbevolen veiligheidsafstand:
Geleide RF-
storings-
grootheid
volgens
IEC 61000-4-6
3 V
rms
150 kHz tot
80 MHz
3 V
P
V
3.5
d
1
Uitgestraalde
RF-storings-
grootheden
volgens
IEC 61000-4-3
3 V/m
80 MHz tot
2,5 GHz
3 V/m
3 V/m
P
E
3.5
d
1
voor 80 MHz tot 800 MHz
P
E
7
d
1
voor 800 MHz tot 2,5 GHz
met P als maximaal nominaal vermogen van de
zender in Watt (W) overeenkomstig de informatie
van de zenderfabrikant, en met d als aanbevolen
veiligheidsafstand in meter (m).
De veldsterkte van stationaire radiozenders moet
bij alle frequenties volgens een onderzoek ter
plaatse
a
kleiner zijn dan het
overeenstemmingsniveau.
b
In de omgeving van toestellen met volgend
symbool zijn storingen mogelijk.