Operation Manual

Veiligingsfuncties
40 10600402694
Kiest u in het menu Exit het punt Save Changes and Exit.
Kies OK en druk op de invoertoets.
Het Notebook start opnieuw en het nieuwe wachtwoord is actief. Als u voortaan de BIOS-Setup-Utility
wenst op te roepen, dient u eerst uw admin- of user-wachtwoord in te geven. Merk op dat u met het
user-wachtwoord slechts toegang heeft tot een beperkt aantal BIOS-instellingen.
Admin- of user-wachtwoord wijzigen
Roep de BIOS-Setup-Utility op en kies het menu Security.
Als u een wachtwoord wenst te wijzigen, gaat u op precies dezelfde manier te werk als voor het
definiëren van een wachtwoord.
U kan het admin-wachtwoord slechts wijzigen als u zich met het admin-wachtwoord heeft
aangemeld bij de BIOS-Setup-Utility.
Wachtwoorden opheffen
Om een wachtwoord op te heffen zonder een nieuw wachtwoord in te stellen, gaat u als volgt te
werk:
Roep de BIOS-Setup-Utility op en kies het menu Security.
Selecteer het veld Set Admin Password of Set User Password en druk op de Enter-toets.
Met Verify new Password vraagt het systeem u een wachtwoord in te geven.
Druk bij deze instructie twee keer op de Enter-toets.
Kiest u in het menu Exit het punt Save Changes and Exit.
Kies OK en druk op de invoertoets.
Het Notebook start opnieuw en het wachtwoord is opgeheven.
Met het admin-wachtwoord heft u tegelijk de geldigheid van het user-wachtwoord op.
Wachtwoordbeveiliging van het besturingssysteem
i
Met het admin-wachtwoord of het user-wachtwoord, die u in de BIOS-Setup-Utility heeft
ingegeven (zie paragraaf "Admin- en user-wachtwoord ingeven"), kunt u ook voorkomen
dat het besturingssysteem wordt gestart.