Operation Manual

29
Foto’s maken
Belichtingscorrectie
Belichtingscorrectie
Draai aan de instelschijf voor belichtingscompensatie om de belichting aan te passen bij het fo-
tograferen van zeer heldere, zeer donkere of zeer contrastrijke onderwerpen. Het e ect hiervan
is zichtbaar op het LCD-scherm en in de elektronische zoeker. Bij gebruik van de optische zoeker
kunt u de belichtingsindicator gebruiken om belichting te controleren.
Belichtingscompensatie-indicator
F5.6
200
2000
P
P
2000 F5.6 200
2000
1F5.6
000100
P
200
F
OVF EVF LCD
Kies een positieve waarde (+)
om de belichting te verhogen
Kies een negatieve waarde (–)
om de belichting te verlagen
Een belichtingscorrectiewaarde kiezen
Een belichtingscorrectiewaarde kiezen
Onderwerpen met tegenlicht: Kies
waarden van +
/
EV tot +1
/
 EV
(voor uitleg over de term “EV”, zie
de verklarende woordenlijst op
pagina 109).
Onderwerpen met een hoge re ectie
of zeer heldere scènes (bijv. sneeuwland-
schappen): +1 EV
Scènes die voornamelijk bestaan uit lucht: +1 EV
Beschenen onderwerpen (voornamelijk bij het fotograferen tegen een
donkere achtergrond): –
/
 EV
Onderwerpen met een lage re ectie (dennenbomen of donkerge-
kleurd blad): –
/
 EV