BL01656-B01 DIGITAL CAMERA FINEPIX HS30EXR Gebruiksaanwijzing Dank u voor het vertrouwen dat u in dit product heeft gesteld. Deze gebruiksaanwijzing beschrijft hoe u uw FUJIFILM digitale camera en de meegeleverde software gebruikt. Lees de gebruiksaanwijzing en in zijn geheel aandachtig door voordat u de camera in gebruik neemt en besteed hierbij extra aandacht aan de waarschuwingen in het hoofdstuk “Voor uw veiligheid” (P ii). Voor informatie over aanverwante producten, bezoek onze website op http://www.
Voor uw veiligheid Lees deze opmerkingen voordat u de camera gebruikt Veiligheidsopmerkingen • Zorg ervoor dat u uw camera goed gebruikt. Lees voor gebruik deze Veiligheidsopmerkingen en uw Gebruiksaanwijzing zorgvuldig door. • Bewaar deze veiligheidsopmerkingen na het lezen op een veilige plaats.
Voor uw veiligheid WAARSCHUWING Verwarm, wijzig of demonteer de batterij niet. Laat de batterij niet vallen of stel deze niet bloot aan schokken. Berg de batterij niet samen met metalen voorwerpen op. Gebruik geen andere laders dan het gespecificeerde model om de batterij op te laden. Elk van deze handelingen kan tot ontploffing of lekkage van de batterij leiden en kan brand of letsel veroorzaken. Gebruik uitsluitend batterijen of netstroomadapters die voor gebruik met deze camera goedgekeurd zijn.
Voor uw veiligheid Spanningsvoeding en batterij * Controleer welk type batterij u gebruikt voordat u de volgende beschrijvingen leest. Hieronder wordt uitgelegd hoe u de batterijen juist gebruikt en hoe u de levensduur ervan kan verlengen. Onjuist gebruik van batterijen kan de levensduur ervan verkorten, maar kan ook lekkage, oververhitting, brand of een explosie veroorzaken. 1 Voor deze camera gebruikt u een oplaadbare Lithium-ion batterij * Bij levering is de batterij niet volledig opgeladen.
Voor uw veiligheid bleem te voorkomen, ontlaadt en • Ni-MH-batterijen slijten snel als • Stel de batterijen niet bloot aan • Vuil (zoals vingerafdrukken) op de laadt u deze verschillende keren sterke schokken. batterijpolen verhindert dat de deze te veel worden ontladen met de camerafunctie “Oplaadbare • Gebruik geen lekkende, vervormde batterij goed kan worden opgela(bijvoorbeeld wanneer u deze batbatterijen ontladen”. Uitschakelen of verkleurde batterijen.
Voor uw veiligheid • • • • • • • pelt. Om deze los te maken, trekt u voorzichtig aan de stekker. Trek niet aan het snoer. Gebruik de netstroomadapter niet voor andere doeleinden dan voor uw digitale camera. Tijdens het gebruik kan de netstroomadapter warm aanvoelen. Dit is normaal. Demonteer de netstroomadapter niet. Dit kan gevaarlijk zijn. Gebruik de netstroomadapter niet op een warme en vochtige plaats. Stel de netstroomadapter niet bloot aan sterke schokken.
Voor uw veiligheid MEDEDELINGEN Stel het apparaat niet bloot aan regen of vocht om gevaar voor brand en een schok te voorkomen. Lees eerst de “Veiligheidsopmerkingen” en zorg dat u deze begrijpt voordat u de camera gebruikt. Perchloraatmateriaal—speciale behandeling van toepassing. Zie http://www.dtsc.ca.gov/hazardouswaste/perchlorate.
Over deze gebruiksaanwijzing Lees deze gebruiksaanwijzing en de waarschuwingen op de pagina’s ii–vii aandachtig door voordat u de camera in gebruik neemt. Informatie over specifieke onderwerpen vindt u aan de hand van onderstaand overzicht. ✔ Inhoudsopgave ................................................. P ix De “Inhoudsopgave” geeft een duidelijk overzicht van de gehele gebruiksaanwijzing. Alle camerafuncties worden er in behandeld. ✔ Probleemoplossing ........................................
Inhoudsopgave Voor uw veiligheid .......................................................................... ii Veiligheidsopmerkingen............................................................. ii Over deze gebruiksaanwijzing ..............................................viii Voordat u begint Inleiding ............................................................................................... 1 Symbolen en conventies .............................................................
Inhoudsopgave n Gezichtsherkenning ..............................................................55 Nieuwe gezichten toevoegen .................................................55 Bekijken, bewerken en verwijderen van bestaande gegevens .........................................................................................56 Automatisch gezichten toevoegen ......................................56 Meer over afspelen Afspeelfuncties............................................................................
Inhoudsopgave Menu’s De menu’s gebruiken: Opnamestanden .............................84 Het menu Opnamestanden gebruiken ...............................84 De opties van het menu Opnamestanden.........................84 A E MODUS .......................................................................84 A Adv. MODUS ..........................................................................84 A ONDERWERPPROGRAMMA ...............................................84 N ISO ..........................................
Inhoudsopgave H SLUITER VOLUME.................................................................101 e SLUITERGELUID ....................................................................101 I AFSPEEL VOLUME ................................................................102 J LCD HELDERHEID ................................................................102 T MONITOR ZONLICHTFUNCTIE........................................102 E EVF/LCD.............................................................................
Inleiding Symbolen en conventies Menu’s en andere teksten die op het LCD-scherm van de camera verschijnen, worden vetgedrukt weergegeven. In de illustraties in deze gebruiksaanwijzing wordt het LCD-scherm van de camera ten behoeve van de duidelijkheid soms enigszins vereenvoudigd afgebeeld. Voordat u begint In deze gebruiksaanwijzing worden de volgende symbolen gebruikt: 3 : Informatie die u moet lezen voordat u de camera in gebruik neemt en die u leert hoe u de camera correct bedient.
Inleiding Delen van de camera Voor meer informatie, zie de pagina rechts van elk item. 1 2 3 4 5 6 7 8 2 Bedieningsknop........................ 32, 33, 34 Functieknop ................................................22 Stroomvoerend koppelstuk .................89 AF-hulplicht .............................................. 103 Lampje voor de zelfontspanner .....41 Lens ................................................................ 121 ON/OFF-schakelaar ....................................
Inleiding 32 AF C-S-M-knop (scherpstelstand)................48 info-knop .......................................................62 33 WB-knop (witbalans) ....................................52 H-knop (een foto zoeken) ..........................63 34 Elektronische zoeker ................................ 4 35 Oogsensor ...................................................... 4 36 EVF/LCD-knop (schermkeuze) ....................... 4 37 ●-knop (filmopname) ..................................
Inleiding De elektronische zoeker (EVF) De elektronische zoeker, waarin dezelfde informatie wordt getoond als op het LCDscherm, kan worden gebruikt wanneer het licht direct op het LCD-scherm valt waardoor het erg moeilijk is om iets op het scherm te zien. Druk op de EVF/LCD-knop om te selecteren uit de standen automatisch wisselen, lcd-scherm of elektronische zoeker.
Inleiding LCD-indicators ■ Opname 1 Opnamestand ............................................22 2 Handmatige scherpstelindicator ......48 P 9 3 Indicator intelligente 800 gezichtsdetectie .......................................54 N 4 Intelligente scherpte ................................87 5 Belichtingsmeting ...................................47 6 Intelligente digitale zoom ..................87 7 Opnamestand continu fotograferen ....42 12 / 31 / 2050 10 : 00 AM 8 Datumstempel ..............................
Inleiding ■ Afspelen 100-0001 400 N YouTube 12 / 31 / 2050 10 : 00 AM 1 / 250 F4.5 6 1 Indicator afspeelstand .................. 21, 58 9 Dynamisch bereik ....................................86 2 Indicator intelligente 10 E-stand ...............................................23 gezichtsdetectie ...............................54, 88 11 Portretverbetering ..................................28 3 Indicator rode-ogenverwijdering ....93 12 Markeren voor uploaden naar .........91 13 Fotoboek hulp ...........
Inleiding Histogrammen 100-0001 Overbelichte gebieden knipperen aan en uit. pixels q Dynamisch bereik w Beeldgrootte en kwaliteit e Gevoeligheid r Sluitertijd/lensopening t Filmsimulatie y Flitsstand u Witbalans i Belichtingscorrectie o Nummering !0 Foto (overbelichte gebieden knipperen aan en uit) !1 Histogram Histogrammen laten de verdeling van kleuren in een afbeelding zien. De horizontale as geeft de helderheid weer, de verticale as het aantal pixels. Aantal 4:3 N ISO 400 F4.
Accessoires bevestigen Het bandje Bevestig de draagriem aan de twee bevestigingsogen zoals onderstaande afbeelding laat zien. Eerste stappen c Controleer of de draagriem goed vastzit, want anders kan de camera vallen. De lensdop Bevestig de lenskap zoals afgebeeld. 8 Bind de lensdop vast om te voorkomen dat u hem verliest. Haal het meegeleverde koord eerst door het oog (q) en bevestig de lensdop daarna aan de draagriem (w). De zonnekap Draai de zonnekap in de aangegeven richting tot hij vastklikt.
De batterij opladen Bij levering is de batterij niet opgeladen. Laad de batterij vóór gebruik op. 1 2 De laadindicator De laadindicator geeft de voortgang van het opladen als volgt weer: Laadindicator Laadindicator Batterijlader Uit Pijl Aan Batterij De camera gebruikt een NP-W126 oplaadbare batterij. Knippert 3 Laadtoestand Geen batterij geplaatst. Batterij volledig opgeladen. De batterij wordt opgeladen. Actie Plaats de batterij. Eerste stappen Plaats de batterij in de lader.
De batterij plaatsen Plaats de batterijen volgens onderstaande aanwijzingen in de camera. Open de afdekkap van het batterijencompartiment. Schuif de vergrendeling van het batterijencompartiment in de aangegeven richting en open de afdekkap van het batterijencompartiment. 1 2 Plaats de batterij. Plaats de batterij in het batterijcompartiment zoals weergegeven in de afbeelding, waarbij de batterij wordt gebruikt om de grendel opzij te duwen.
De batterij plaatsen 3 Sluit de afdekkap van het batterijencompartiment. Druk het deksel omlaag totdat het op zijn plaats klikt. Eerste stappen De batterij verwijderen Zet de camera uit alvorens de batterij te verwijderen en open het deksel van het batterijcompartiment. Druk, om de batterij te verwijderen, de batterijgrendel opzij en schuif de batterij uit de camera. Batterijvergrendeling 3 Batterijen • Maak de polen van de batterij schoon met een zachte, droge doek.
Een geheugenkaart plaatsen Hoewel de camera beschikt over een intern geheugen waarin de foto’s kunnen worden opgeslagen, kunnen er meer foto’s worden opgeslagen op SD-, SDHC- en SDXC-geheugenkaarten (los verkrijgbaar). 1 Open het afdekklepje van de geheugenkaartsleuf. 1 Controleer altijd of de camera is uitgeschakeld voordat u het afdekklepje van de geheugenkaartsleuf opent. 2 Plaats de geheugenkaart.
Een geheugenkaart plaatsen 3 Sluit het afdekklepje van de geheugenkaartsleuf. c • De geheugenkaart kan uit de camera wegschieten als u te hard op de kaart drukt en hem vervolgens te abrupt loslaat. • Een geheugenkaart die net uit de camera is gehaald, kan enigszins warm aanvoelen. Dit is normaal en duidt niet op een defect. Eerste stappen De geheugenkaart verwijderen Controleer of de camera is uitgeschakeld, druk de geheugenkaart voorzichtig naar beneden en laat hem vervolgens langzaam los.
Een geheugenkaart plaatsen ■ CCompatibele ompatibele geheugenkaarten FUJIFILM en SanDisk SD-, SDHC- en SDXC-geheugenkaarten zijn getest en goedgekeurd om in deze camera te worden gebruikt. Een volledige lijst met goedgekeurde geheugenkaarten is beschikbaar op http://www.fujifilm.com/support/digital_cameras/ compatibility/. Met andere geheugenkaarten kan de werking niet worden gegarandeerd. De camera is niet geschikt om te worden gebruikt met xD-Picture Cards of MultiMediaCard (MMC) apparaten.
De camera in- en uitschakelen Draai de ON/OFF-schakelaar op ON om camera in te schakelen. b Overschakelen naar de afspeelstand Druk op de a-knop om het afspelen te starten. Druk opnieuw op de a-knop of druk de sluiterknop half in om terug te keren naar de opnamestand. Batterijniveau Het ladingsniveau van de batterij wordt als volgt weergegeven: Indicator Beschrijving D (wit) Batterij gedeeltelijk ontladen. C (wit) Batterij voor meer dan de helft ontladen. Batterij bijna leeg.
Basisinstellingen Wanneer de camera voor het eerst wordt ingeschakeld, verschijnt er een taalkeuzevenster. Stel de camera volgens onderstaande aanwijzingen in (zie pagina 99 voor informatie over het opnieuw instellen van de klok of het veranderen van de taal). 1 Selecteer een taal en druk op MENU/OK. START MENU ENGLISH FRANCAIS DEUTSCH ESPAÑOL PORTUGUÊS SET 1 Druk op DISP/BACK om de huidige stap over te slaan. De stappen die u nu overslaat worden nogmaals getoond wanneer u de camera opnieuw inschakelt.
Fotograferen met de stand R (E AUTO) In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u foto’s kunt maken met de stand R (E AUTO). 1 Selecteer een modus. Wanneer je de modusknop zet op O, verschijnt R in het LCD-scherm. Het o-pictogram In de stand R past de camera de scherpstelling continu aan en wordt voortdurend gezichtsdetectie uitgevoerd. Hierdoor raakt de batterij sneller uitgeput. Op het LCD-scherm wordt het o-pictogram getoond.
Fotograferen met de stand R (E AUTO) 2 Bepaal de compositie. Maak gebruik van de zoomring om de compositie in het scherm te plaatsen. De zoomindicator verschijnt. Zoomring Zoomindicator 2 Scherpstelvergrendeling Gebruik scherpstelvergrendeling (P 36) om scherp te stellen op onderwerpen die zich niet in het scherpstelframe bevinden. 18 De camera vasthouden Houd de camera goed en met beide handen vast en laat uw ellebogen rusten in uw zij. Een onvaste hand kan bewegingsonscherpte veroorzaken.
Fotograferen met de stand R (E AUTO) 3 Stel scherp. Druk de ontspanknop half in om de camera scherp te stellen. Als de camera niet in staat is om scherp te stellen, wordt het scherpstelframe rood, verschijnt s op het LCD-scherm en begint de indicatorlamp groen te knipperen. Pas de compositie aan of gebruik scherpstelvergrendeling (P 36). 4 Maak de foto. Druk de ontspanknop rustig en volledig in om de foto te maken.
Fotograferen met de stand R (E AUTO) Stille stand Wanneer u niet wilt dat de camera geluiden maakt of licht geeft, drukt u op de DISP/BACK-knop totdat o op het LCD-scherm verschijnt. De luidspreker, de flitser en het AF hulplicht/de zelfontspannerlamp worden uitgeschakeld en flits- en volumeinstellingen kunnen niet worden aangepast (let er op dat de flitser nog verder zal flitsen in de C-stand). Wilt u de camera weer normaal laten werken, druk dan op de DISP/BACK-knop totdat het o-pictogram verdwijnt.
Foto’s bekijken U kunt de foto’s die u heeft gemaakt op het LCD-scherm bekijken. Het verdient aanbeveling om bij belangrijke gebeurtenissen eerst enkele proefopnamen te maken die u op het LCD-scherm controleert. 1 Druk op de a-knop. Foto’s wissen Druk op de b-knop om foto’s te verwijderen. Er wordt een menu met verwijderopties weergegeven (P 61). 100-0001 1 / 1000 2 F4. F4.5 4.5 -1 2 3 Meer foto’s bekijken.
Opnamestanden Selecteer een opnamestand die bij het onderwerp past. Dit doet u door de functieknop in de gewenste stand te zetten. De volgende opnamestanden zijn beschikbaar: P, S, A, M: selecteren voor volledige controle over de instellingen van de camera, inclusief diafragma (M en A) en/of sluitertijd (M en S) (P 32). Meer over fotografie O: Verhoog de helderheid, reduceer ruis, verhoog het dynamische bereik of laat de camera zich automatisch instellen naar gelang de scène (P 23).
Opnamestanden O (E AUTO/ AUTO/E E Prioriteit) Optimaliseer instellingen voor het huidige onderwerp of verhoog de helderheid, reduceer ruis of verhoog het dynamisch bereik. Draai de standknop naar O en kies één van de volgende E standen in het opnamemenu. ■ R ((E E AUTO) De camera selecteert automatische de onderwerp- en E stand naar gelang de opnameomstandigheden. Het scènepictogram De camera kiest uit de volgende scènes: Scène AUTO LANDSCHAP NACHT NACHT (STAT.
Opnamestanden Geavanceerde anti-scherpte Wanneer n wordt weergegeven maakt de camera een serie belichtingen, welke vervolgens worden gecombineerd om samen één afbeelding te vormen, waarbij “ruis” (vlekken) en onscherpte worden beperkt. 1 n is beschikbaar wanneer AAN in het opnamemenu (P 88) is geselecteerd en de flitser (P 39) is uitgeschakeld of op auto is ingesteld. 3 • Er is enige tijd vereist om van de belichtingen een enkele afbeelding te maken.
Opnamestanden ■ j LAAG LICHT De camera maakt telkens wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt maximaal drie foto´s waarin de achtergrond wordt verzacht om het hoofdonderwerp beter te laten uitkomen. De mate van verzachting kan voor het afdrukken worden aangepast door de instelschijf te draaien. Gebruik deze stand voor het fotograferen van portretten of stillevens van bloemstukken e.d. om foto’s te maken die lijken op die van spiegelreflexcamera’s.
Opnamestanden ■ nM MULTI-BELICHTING ULTI-BELICHTING ■ i IIND.SLTR3D ND.SLTR3D OPNAME Een foto maken op basis van twee belichtingen. Maak twee foto’s vanuit verschillende hoeken om een 3D-afbeelding te maken. 1 Maak de eerste foto. Druk op MENU/OK. De eerste foto wordt over het 2 beeld door de lens gelegd om u te helpen bij het maken van de tweede foto. a Om terug te keren naar stap 1 om de eerste foto opnieuw te maken, drukt u op de keuzeknop links.
Opnamestanden De eerste foto wordt over het beeld door de lens 3 gelegd. Dit kunt u gebruiken om de tweede foto te positioneren voordat u op de ontspanknop drukt. c • Afbeeldingen wordt niet in 3D uitgevoerd als ze rechtstreeks vanaf de camera worden afgedrukt. • 3D-afbeeldingen worden weergegeven in 2D in diavoorstellingen en wanneer ze op een normale televisie worden bekeken. • 3D-afbeeldingen kunnen niet worden bewerkt of geretoucheerd.
Opnamestanden SP1/SP2:: ONDERWERPPROGRAMMA SP1/SP2 U kunt met de camera kiezen uit een aantal “omgevingen”, elk aangepast aan bepaalde omstandigheden voor opnames of aan een specifiek type onderwerp. Gebruik de optie A ONDERWERPPROGRAMMA in het opnamemenu om de scène te selecteren die aan de SP1/SP2-stand van de functieknop wordt toegewezen. Scène Beschrijving C NATURAL & N D NATURAL LIGHT L PORTRET Z GEZICHT VERZACHTEN T HOND m KAT De camera maakt twee opnames: één zonder flitser en één met flitser.
Opnamestanden T HOND/m KAT De camera stelt scherp op de gezichten van honden of katten die naar de camera toe zijn gewend en het zelfontspannermenu beschikt over de optie n AUTOMATISCHE SLUITER die de sluiter automatisch ontspant wanneer een huisdier wordt gedetecteerd (P 41). Tijdens afspelen kan de functie Foto zoeken (P 63) worden gebruikt om foto´s te zoeken die in één van deze standen zijn gemaakt.
Opnamestanden r BEW. PANOR. 360 Volg de aanwijzingen op het scherm om een reeks foto´s te maken die automatisch aaneen worden gesloten tot een panoramafoto. Draai de zoomring totdat de zoomindicator wit 1 wordt (P 18). Druk op keuzeknop omlaag om de hoek te 2 selecterendewaarmee u de camera tijdens het fo- 3 4 30 tograferen wilt pannen. Druk op de keuzeknop naar links of rechts om een hoek te selecteren en druk op MENU/OK. Druk op de keuzeknop rechts om een lijst met panrichtingen weer te geven.
Opnamestanden z Kies z voor naadloze 360 °-panorama’s die in een loop kunnen worden afgespeeld (P 66). 1 De optie t ORIG. FOTO OPSLAAN in het instellingenmenu kan worden gebruikt om een v-panorama op te nemen naast een naadloos z-panorama (P 105). 3 Afhankelijk van het onderwerp en de opnameomstandigheden kan de camera vervormde resultaten of een v-panorama produceren.
Opnamestanden P: PROGRAMMA AE In deze stand stelt de camera de belichting automatisch in. Indien gewenst kunt u verschillende combinaties van sluitertijd en diafragma kiezen. Deze produceren dezelfde belichting (programma shift). 3 Als het onderwerp zich buiten het bereik van de belichtingsmeter van de camera bevindt, dan worden de sluitertijden en diafragma-openingen weergegeven als “---”. Druk de ontspanknop half in om de belichting opnieuw te meten.
Opnamestanden S: SLUITER AE A: DIAFRAGMA AE Kies de sluitertijd met de instelschijf, terwijl de camera het diafragma aanpast voor een optimale belichting. Kies het diafragma met de instelschijf, terwijl de camera de sluitertijd aanpast voor een optimale belichting. Sluitertijd 1000 F3.5 3 Indien het met het gekozen diafragma niet mogelijk is om tot een goede belichting te komen, dan wordt de sluitertijd in het rood weergegeven. Pas het diafragma aan totdat een goede belichting mogelijk is.
Opnamestanden M: HANDMATIG In deze stand selecteert u zowel de sluitertijd als de diafragma-opening. Desgewenst kunt u de door de camera voorgestelde belichtingswaarde veranderen. Druk op de d-knop om te kiezen tussen sluitertijd en diafragma en draai de instelschijf om de gekozen instelling aan te passen. M Sluitertijd 250 F4.5 Diafragma 3 • Bij lange belichtingstijden kan er ruis optreden in de vorm van zeer heldere pixels op willekeurige plaatsen.
Opnamestanden C: AANGEPAST In de opnamestanden P, S, A, M en alle E-standen behalve R kan de optie K AANGEP. INSTELLEN in het menu Opnamestanden (P 90) worden gebruikt om de huidige camera en menu-instellingen op te slaan. Deze instellingen worden weer opgeroepen wanneer de functieknop op C (aangepast) wordt gezet.
Scherpstelvergrendeling Voor fotocomposities waarbij het onderwerp zich niet in het midden van het beeld bevindt: 36 1 2 Richt het scherpstelframe op het onderwerp. 3 Bepaal de compositie opnieuw. Houd de ontspanknop half ingedrukt en beweeg de camera om de compositie te bepalen. 4 Maak de foto. Stel scherp. Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen en de belichting in te stellen.
De AE/AF LOCK-knop De AE/AF LOCK-knop kan worden gebruikt om de belichting of de scherpstelling te vergrendelen. Belichting vergrendelen 1 Meet de belichting. Plaats het onderwerp in het scherpstelkader en druk op de AE/AF LOCK-knop om de belichtig te meten. 3 c Het aanpassen van de zoom beëindigt de AE-vergrendeling. AE-vergrendeling is niet beschikbaar met Intelligente gezichtsdetectie. Scherpstelling.
F Opnamestanden Macro en Super Macro (close-ups) Druk voor close-ups op de keuzeknop links (F) om een keuze te maken uit de onderstaande macrostanden. OFF OFF Kies uit F (MACRO), G (SUPER MACRO) of OFF (MACRO UIT) Als de macrostand is ingeschakeld, stelt de camera scherp op onderwerpen die zich nabij het midden van het scherpstelframe bevinden. Gebruik de zoomring om de compositie van de foto te bepalen.
N De flitser gebruiken (Superintelligente flitser) Wanneer de flitser wordt gebruikt, analyseert het Intelligente flitssysteem onmiddellijk het onderwerp gebaseerd op factoren zoals de helderheid van het onderwerp, de positie in het frame en de afstand tot de camera. Het ontbrandingsmoment en de lichtsterkte van de flitser worden automatisch aangepast zodat het onderwerp goed wordt belicht en de effecten van de omgevingsverlichting zelfs bij gedempt licht bewaard blijven.
N De flitser gebruiken (Superintelligente flitser) 3 De flitser kan voor iedere opname diverse keren flitsen. Houd de camera stil totdat de opname volledig klaar is. 1 • Het perifere deel van een afbeelding kan donker zijn bij het gebruik van de flitser. • Verwijder bij gebruik van de flitser de zonnekap om schaduwen te voorkomen. Rode-ogen verwijdering Wanneer Intelligente gezichtsherkenning ingeschakeld is (P 54) en AAN geselecteerd is voor a VERWIJDER R.
J De zelfontspanner gebruiken Druk op de keuzeknop omlaag (h) om de zelfontspanner in te schakelen en selecteer één van de volgende opties: OFF OFF Optie T (OFF) o (AUTO. SLUITER) S (10 SEC) R (2 SEC) Meer over fotografie n (AUTO. SLUITER) Beschrijving De zelfontspanner is uitgeschakeld. De sluiter wordt automatisch ontspannen wanneer de camera het gezicht van een kat of een hond herkent (P 29).
I Continustand (continu fotograferen) Leg beweging vast of varieer automatisch geselecteerde instellingen over een serie foto’s. Druk op de I-knop en kies uit de volgende opties: CONTINU OFF UIT 42 OFF: UIT I: EERSTE P: VASTLEGGEN BESTE OPNAME O: AE BKT X: FILMSIMULATIE BKT Y: DYNAMISCH BEREIK BKT 1 • Scherpstelling en belichting worden bepaald bij de eerste foto in iedere serie.
I Continustand (continu fotograferen) ■ I EERSTE ■ P VASTLEGGEN BESTE OPNAME De camera maakt foto’s terwijl de ontspanknop wordt ingedrukt. De beeldfrequentie kiezen: De camera maakt een serie foto’s, startend voor en eindigend na het indrukken van de ontspanknop. Om de beeldsnelheid en het aantal opnames te kiezen: op de keuzeknop 1 Druk rechts als de camera in de opnamestand staat. INSTELLING OPEENV. OPNAME 11beelden/sec. 8beelden/sec. 5beelden/sec. 3beelden/sec.
I Continustand (continu fotograferen) Markeer het aantal opnames 3 en druk op de keuzeknop Opnames per serie INSTELLING OPEENV. OPNAME rechts. Druk op de keuze16 8 FOTO'S knop omhoog of omlaag om het aantal opnames in OK ANNULEREN elke serie te kiezen en links of rechts om de verdeling te Verdeling kiezen (het aantal links wordt voor en het aantal rechts na het indrukken van de ontspanknop gemaakt). Druk op MENU/OK als de instellingen zijn voltooid.
I Continustand (continu fotograferen) ■ Y DYNAMISCH BEREIK BKT Telkens wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt, maakt de camera drie opnames: de eerste met behulp van de gemeten belichtingswaarde, de tweede overbelicht door de hoeveelheid geselecteerd voor J AE BKT EV-STAPPEN in het opnamemenu (P 89) en de derde onderbelicht door dezelfde hoeveelheid (de camera kan de geselecteerde bracketingstappen niet gebruiken als de hoeveelheid over- of onderbelichting de grenzen van het belichtingsmeetsysteem oversch
d Belichtingscompensatie Gebruik belichtingscompensatie wanneer u zeer heldere, zeer donkere of zeer contrastrijke onderwerpen wilt fotograferen. Druk op de d-knop om de belichtingsindicator weer te geven en draai aan de instelschijf om een waarde te kiezen. Het effect is direct zichtbaar op het LCD-scherm. Druk opnieuw op de d-knop om te selecteren. P Belichtingsindicator 250 F4.
Belichtingsmeting Om te kiezen hoe de camera de belichting meet, druk op de AE knop en kies dan uit de volgende opties. LICHTMEETSYSTEEM MULTI Beschrijving Automatische onderwerpherkenning wordt gebruikt om de belichting aan te passen aan diverse omstandigheden. De camera meet de lichtomstandigheden in het midden van het beeld. Aan te bevelen wanneer de achtergrond veel lichter of donkerder is dan het belangrijkste onderwerp. De belichting wordt ingesteld op basis van het gemiddelde van het gehele beeld.
Scherpstelstand Druk op de AF C-S-M-knop om de manier te kiezen waarop de camera scherpstelt tijdens fotograferen en filmopname en kies vervolgens uit de volgende opties. SCHERPSTELLING CONTINU AF Stand K (ENKELVOUDIG AF) J (CONTINU AF) j Beschrijving Wanneer de ontspanknop half ingedrukt wordt, wordt scherpgesteld waarna deze scherpstelling wordt vastgehouden. Gebruik deze optie voor stilstaande onderwerpen.
Scherpstelstand a • Het is raadzaam een statief te gebruiken. Een bewegende camera kan het scherpstellen bemoeilijken. • Als AAN is geselecteerd voor j SCHERPSTELLOEP in het menu Instellingen (P 105) dan wordt de volledige foto uitvergroot zodat het eenvoudiger is om scherp te stellen bij het draaien aan de scherpstelring. • De camera zal niet scherpstellen als de scherpstelring volledig naar rechts gedraaid wordt. Voor oneindig scherpstellen moet u scherpstellen op een afgelegen voorwerp.
Stand Automatische Scherpstelling Om te bepalen hoe de camera de scherpstelzone selecteert wanneer K is geselecteerd voor de scherpstelstand (P 48), druk op de AF-knop en draai aan de bedieningsknop. Wanneer de macrostand is ingeschakeld, stelt de camera scherp op het onderwerp dat zich in het midden van het LCD-scherm bevindt, ongeacht welke optie is geselecteerd (P 38).
Gevoeligheid Druk op de ISO-knop en kies uit de onderstaande opties om de lichtgevoeligheid van de camera aan te passen. ISO 100 200 400 800 1600 3200 100 100 ISO 12800 Helder Scène Donker Minder opvallend Beeldruis (spikkels) Meer opvallend Optie AUTO AUTO (3200) / AUTO (1600) / AUTO (800) / AUTO (400) 12800 / 6400 / 3200 / 1600 / 800 / 400 / 200 / 100 Beschrijving De gevoeligheid wordt automatisch aangepast aan de opnameomstandigheden.
Witbalans Voor natuurlijke kleuren, druk op de WB knop en kies een instelling die overeenstemt met de lichtbron. Optie AUTO h i j k l m n Beschrijving De witbalans wordt automatisch ingesteld. Om een witbalanswaarde te meten. Voor onderwerpen in direct zonlicht. Voor onderwerpen in de schaduw. Voor “daglicht” tl-buizen. Voor “warmwitte” tl-buizen. Voor “koelwitte” tl-buizen. Voor gloeilampverlichting.
De Fn-knop De functie van de Fn-knop kan worden ingesteld met de optie F FUNCTIET in het instellingenmenu (P 102). De volgende opties zijn beschikbaar: BEELDGROOTTE (P 85)/BEELDKWALITEIT (P 85)/RAW (P 104)/DYNAMISCH BEREIK (P 86)/FILMSIMULATIE (P 86)/GEZICHTSDETECTIE (P 88)/GEZICHTSHERKENNING (P 88)/INTELL. DIGITALE ZOOM (P 87)/FILMMODUS (P 88)/ELEKTR. WATERPAS (P 90). Fn-knop a Het F FUNCTIET-menu kan ook worden weergegeven door de Fn-knop in te drukken en vast te houden.
b Intelligente gezichtsdetectie Met Intelligente gezichtsdetectie herkent de camera automatisch de gezichten van mensen die zich in het beeld bevinden en worden de scherpstelling en de belichting hierop aangepast. Gebruik deze functie voor groepsportretten (zowel liggend als staand) zodat de camera niet scherpstelt op de achtergrond. Als u intelligente gezichtsdetectie wilt gebruiken, drukt u op MENU/OK om het opnamemenu weer te geven en stelt u b GEZICHTSDETECTIE in op AAN.
n Gezichtsherkenning De camera kan informatie over gezichten en daarbij behorende persoonlijke gegevens (naam, relatie en geboortedatum) van portretonderwerpen opslaan en deze onderwerpen prioriteit toekennen voor intelligentie gezichtsdetectie. Tijdens het afspelen kunnen de namen en geboortedatum worden weergegeven. Nieuwe gezichten toevoegen Volg onderstaande aanwijzingen om gezichten toe te voegen aan de database voor gezichtsherkenning. Selecteer REGISTREREN.
n Gezichtsherkenning Bekijken, bewerken en verwijderen van bestaande gegevens Automatisch gezichten toevoegen Volg onderstaande aanwijzingen om gegevens voor gezichtsherkenning te bekijken, te bewerken of te wissen. Om automatisch veel gefotografeerde onderwerpen toe te voegen aan de database voor gezichtsherkenning selecteert u de instelling AAN van AUTO-REGISTRATIE in het menu gezichtsherkenning.
n Gezichtsherkenning Gezichtsherkenning Er kunnen maximaal acht gezichten in de camera worden opgeslagen. Probeert u een negende gezicht toe te voegen, dan verschijnt er een bevestigingsvenster; gebruik WEERGAVE & BEWERKEN om bestaande gegevens te verwijderen en ruimte voor nieuwe gezichten te maken.
Afspeelfuncties Druk op de a-knop om de meest recente foto in het LCD-scherm te bekijken. 100-0001 1 / 1000 Meer over afspelen 58 F4. F4.5 4.5 Continu fotograferen In geval de foto’s in de opnamestand voor continu fotograferen worden gemaakt, wordt alleen het eerste beeld van elke serie weergegeven. Druk de keuzeknop omlaag om de andere foto’s in de serie te bekijken.
Afspeelfuncties Afspeelzoom Druk op k om in te zoomen op foto’s die afgespeeld worden in enkele foto; druk op n om uit te zoomen. Nadat op de foto is ingezoomd, kan de keuzeknop worden gebruikt om de foto te verschuiven. Intelligente gezichtsdetectie Foto’s die zijn gemaakt met Intelligente gezichtsdetectie (P 54) worden aangeduid met een g-pictogram. Druk op de g-knop om in te zoomen op het onderwerp dat met Intelligente gezichtsdetectie is geselecteerd.
Afspeelfuncties Multi-Frame afspelen Om het aantal weergegeven beelden te wijzigen, druk op n in enkele foto-weergave. 100-0001 Druk op k om minder beelden te bekijken. Druk op n om meer beelden te bekijken. 60 Gebruik de keuzeknop om een foto te selecteren en druk vervolgens op MENU/OK om de geselecteerde foto op oorspronkelijk formaat af te spelen. Gebruik tijdens het afspelen van negen of van honderd miniaturen de keuzeknop omhoog en omlaag om meer foto’s te bekijken.
A Foto´s wissen Om individuele foto’s, meerdere geselecteerde foto’s of alle foto’s te verwijderen, druk op MENU/OK, selecteer A WISSEN (P 91) en kies uit de onderstaande opties. Merk op dat gewiste foto’s niet kunnen worden teruggehaald. Kopieer eerst alle belangrijke foto’s naar een computer of ander opslagapparaat.
Foto-informatie weergeven Foto-informatie kan worden bekeken door op de info-knop te drukken. 100-0001 3:2 F 12/31/2050 1 / 1000 10 : 00 AM F4.5 D-RANGE COLOR TONE SHARPNESS FILM SIM. WHITE BALANCE METERING -1 2 3 200 WEERGAVE INFORMATIE 1 EXPOSURE MODE LENS FOCAL LENGTH FLASH MODE AF 62 : 200 : STD : STD : STD : PROVIA : AUTO : PATTERN : AUTO : 4mm : F3.0 : 4mm : OFF INFORMATIE 2 a • Gebruik de instelschijf om andere afbeeldingen te bekijken.
Een foto zoeken Naar foto’s zoeken via verschillende criteria. 1 Druk op de H-knop tijdens het afspelen. Selecteer een zoekvoorwaarde. Alleen foto’s die 3 overeenkomen met de zoekvoorwaarde worden weergegeven.
m Fotoboek hulp Maak boeken van uw favoriete foto’s. Een fotoboek maken Selecteer m FOTOBOEK HULP in het afspeel- 5 Scroll door de beelden en druk op de keuzeknop 1 menu. omhoog om het huidige beeld voor toevoeging aan het boek te selecteren of deselecteren. Druk op de keuzeknop omlaag om het huidige beeld op de omslag weer te geven. 2 Markeer NIEUW BOEK. Druk op MENU/OK om het 3 boekvenster weer te geven. nieuwe foto’s voor het nieuwe boek. 4 •Kies SELECTIE ALLES: Kies uit alle beschikbare foto’s.
m Fotoboek hulp Druk op MENU/OK. Het nieuwe boek 8 wordt aan de lijst in het menu fotoboekhulp toegevoegd. 3 • Fotoboeken kunnen tot 300 foto’s bevatten. • Boeken zonder foto’s worden automatisch verwijderd. Fotoboeken Fotoboeken kunnen met behulp van de meegeleverde MyFinePix Studio software naar de computer worden gekopieerd.
Panorama’s bekijken Wanneer de keuzeknop omlaag wordt ingedrukt terwijl een panorama schermvullend wordt afgespeeld, speelt de camera de foto opnieuw van links naar rechts of van boven naar beneden af. AFSPELEN STOP PAUZE De volgende bewerkingen kunnen worden uitgevoerd tijdens het afspelen: Taak Afspelen starten/onderbreken Afspelen beëindigen Knop Beschrijving Druk op de keuzeknop omlaag om het afspelen te starten. Druk nog een keer om te pauzeren.
Films opnemen Druk op z om een film op te nemen. Tijdens het opnemen worden de volgende indicators weergegeven en wordt het geluid via de ingebouwde microfoon opgenomen (let op dat u de microfoon niet bedekt tijdens het opnemen). y pictogram REC REC 1 999m59s F Het aantal foto’s dat tijdens het opnemen kan worden gemaakt Beschikbare tijd Druk nogmaals op de z-knop om de opname te beëindigen. De opname wordt automatisch beëindigd wanneer de maximale filmlengte wordt bereikt of het geheugen vol is.
Films opnemen Foto’s maken tijdens een opname Druk op de ontspanknop om een foto te maken tijdens een opname. 1 • Zie pagina 88 voor informatie over de keuze hoe foto’s worden opgeslagen. • De foto wordt afzonderlijk van de film opgeslagen en verschijnt niet als onderdeel van de film. 3 • Er kunnen geen foto’s worden gemaakt terwijl een high-speed film wordt opgenomen. • Het aantal foto’s dat kan worden genomen is beperkt. 3 • De indicatorlamp licht tijdens het filmen op.
a Films afspelen Bij het afspelen (P 58) worden films op het LCD-scherm getoond zoals nevenstaande afbeelding laat zien. Tijdens het afspelen van een film zijn de volgende handelingen mogelijk: 100-006 AFSPELEN 5m42s STOP PAUZE Bediening 2 Films bekijken op een computer Kopieer de films naar de computer voordat u ze op de computer afspeelt. 3 Zorg ervoor dat de luidspreker tijdens het afspelen niet wordt bedekt. Films Beschrijving Druk op de keuzeknop omlaag om het afspelen te starten.
Foto’s afspelen op een televisietoestel Sluit de camera op een TV aan om foto’s aan een groep te tonen. 1 De camera uitschakelen. de camera aan met behulp van de meegeleverde A/V-kabel of een HDMI-kabel verkrijgbaar via de 2 Sluit detailhandel.
Foto’s afspelen op een televisietoestel Stem de televisie af op het invoerkanaal voor video of voor HDMI. Zie voor details de documentatie mee3 geleverd met de televisie. Schakel de camera in en druk op de a-knop. Het LCD-scherm van de camera wordt uitgeschakeld en 4 foto’s en films worden op het televisiescherm afgespeeld. De volume-instelling van de camera heeft geen invloed op het met het televisietoestel weergegeven geluid, gebruik de volumeregeling van het televisietoestel om het volume in te stellen.
Foto’s afdrukken via USB Als de printer PictBridge ondersteunt, dan kan de camera rechtstreeks op de printer worden aangesloten en kunnen foto’s worden afgedrukt zonder ze eerst naar een computer te hoeven kopieren. Het kan voorkomen dat de printer niet alle hieronder beschreven functies ondersteunt. De camera aansluiten Geselecteerde foto’s afdrukken de meegeleverde USB-kabel aan zoals de 1 Druk op de keuzeknop links of rechts om de foto 1 Sluit afbeelding laat zien en schakel de printer in.
Foto’s afdrukken via USB 2 De opnamedatum afdrukken Wilt u de opnamedatum afdrukken, dan drukt u in de stappen 1–2 op DISP/BACK om het menu PictBridge weer te geven (zie “DPOF printopdrachten afdrukken”). Druk op de keuzeknop omhoog of omlaag om MET DATUM s te selecteren en druk op MENU/OK om terug te keren naar het PictBridge scherm (om foto’s zonder opnamedatum af te drukken, selecteert u PRINT ZONDER DATUM).
Foto’s afdrukken via USB 4 Druk op MENU/OK om het afdrukken te starten. Tijdens het afdrukken Tijdens het afdrukken wordt neBEZIG MET PRINTEN venstaand scherm weergegeven. Druk op DISP/BACK om het afdrukken te annuleren voordat alle foto’s zijn afgedrukt (bij ANNULEREN sommige printers kan het afdrukken al worden beëindigd voordat de huidige foto is voltooid). Als het afdrukken wordt onderbroken, schakel de camera uit en dan weer aan.
Foto’s afdrukken via USB Een DPOF printopdracht aanmaken De optie K PRINTOPDRACHT (DPOF) in het menu F-standen van het afspeelmenu kan worden gebruikt om een digitale “printopdracht” aan te maken voor PictBridge-compatibele printers (P 107) of andere apparaten die ondersteuning bieden voor DPOF. DPOF DPOF(Digital Print Order Format) is een norm waarmee foto’s kunnen worden afgedrukt op basis van “printopdrachten” die in het interne geheugen of op een geheugenkaart zijn opgeslagen.
Foto’s afdrukken via USB op de keuzeknop omhoog of omlaag om 6 Herhaal de stappen 4–5 om de printopdracht te 5 Druk voltooien. Druk op MENU/OK om de printopdracht het aantal afdrukken te selecteren (maximaal 99). Wilt u een foto uit een printopdracht verwijderen, druk dan op de keuzeknop omlaag totdat het aantal afdrukken 0 bedraagt.
Foto’s afdrukken via USB 1 • Verwijder de geheugenkaart om een printopdracht aan te maken of te wijzigen voor foto’s die in het interne geheugen zijn opgeslagen. • Printopdrachten kunnen maximaal 999 foto’s bevatten. RESETTEN OK? • Als een geheugenkaart wordt geplaatst waarop een printopdracht staat die met een andere camera is aangemaakt, dan OK AFBREKEN verschijnt nevenstaand venster.
Foto’s bekijken op een computer De meegeleverde software kan worden gebruikt om uw foto’s naar een computer te kopiëren, zodat u de foto’s kunt bewaren, bekijken, organiseren en afdrukken. Installeer de software volgens de onderstaande aanwijzingen voordat u verder gaat. Sluit de camera NIET aan voordat de installatie is voltooid.
Foto’s bekijken op een computer Start de computer. Meld u op de computer aan als gebruiker met beheerderrechten voordat u verder 2 gaat. 3 Sluit alle actieve toepassingen af en plaats de installatie-cd in een cd-romstation. Windows 7/Windows Vista Klik op SETUP.EXE als het dialoogvenster automatisch afspelen wordt weergegeven. Vervolgens wordt het dialoogvenster “Gebruikersaccountbeheer” weergegeven. Klik op Ja (Windows 7) of Toestaan (Windows Vista).
Foto’s bekijken op een computer Macintosh: FinePixViewer installeren 1 Bevestig dat de computer voldoet aan de volgende systeemvereisten: CPU PowerPC of Intel (Core 2 Duo of hoger) * Voorgeïnstalleerde versies van Mac OS X versie 10.3.9–10.6 Besturingssy(voor de meest recente informatie, raadpleegt u http://www.fujifilm.com/support/digital_cameras/compatibility/) steem Mac OS X versie 10.7 en hoger niet ondersteund.
Foto’s bekijken op een computer Verwijder de installatie-cd uit het cd-romstation. Let wel, de cd kan mogelijk niet verwijderd worden 4 wanneer Safari actief is. Sluit Safari zo nodig af om de cd te verwijderen. Bewaar de installatie-cd op een droge plaats die niet blootstaat aan direct zonlicht voor het geval dat u de software later opnieuw moet installeren. Mac OS X 10.5 of lager: Open de “Programma’s” map, start Fotolader en selecteer Voorkeuren… uit het 5 toepassingsmenu voor Fotolader.
Foto’s bekijken op een computer De camera aansluiten de foto’s die u wilt kopiëren op een geheugen- 3 Schakel de camera in en volg de instructies op het 1 Als kaart zijn opgeslagen, plaats dan de geheugenkaart scherm om foto’s naar de computer te kopiëren. in de camera (P 12). 1 Wanneer de software voor de eerste maal wordt gestart, hebben Windowsgebruikers mogelijk de Windows-cd nodig.
Foto’s bekijken op een computer De camera afkoppelen Controleer of de indicatorlamp uit is en volg de aanwijzingen die op het scherm verschijnen om de camera uit te schakelen en de USB-kabel af te koppelen. De meegeleverde software deïnstalleren Maak de installatie van de meegeleverde software alleen ongedaan wanneer u de software opnieuw wilt installeren of niet langer gebruikt.
De menu’s gebruiken: Opnamestanden Gebruik het menu Opnamestanden om de opname-instellingen aan te passen. De beschikbare opties zijn afhankelijk van de geselecteerde opnamestand. De opties van het menu Opnamestanden Het menu Opnamestanden gebruiken Selecteer een optie voor de E-stand (P 23). 1 Druk op MENU/OK om het menu Opnamestanden op het LCD-scherm weer te geven. Druk op de keuzeknop omhoog of 2 omlaag om het gewenste menu-item te selecteren.
De menu’s gebruiken: Opnamestanden O BEELDGROOTTE [O 4 : 3] [O 3] Selecteer het beeldformaat O 4:3 en de beeldverhouding van de te maken foto’s. Grote fo- Beeldformaat Beeldverhouding to’s kunnen zonder kwaliteitsverlies op groot formaat worden afgedrukt; kleine foto’s vergen minder geheugen, waardoor er meer foto’s opgeslagen kunnen worden. T BEELDKWALITEIT [FINE] Selecteer in welke mate de beeldbestanden worden gecomprimeerd. Optie FINE NORMAL Beschrijving Geringe mate van comprimering.
De menu’s gebruiken: Opnamestanden U DYNAMISCH BEREIK [AUTO] Regel het contrast. Hogere waarden zijn aanbevolen voor onderwerpen waarin zowel zonlicht als diepe schaduwen voorkomen of om het contrast te verhogen bij onderwerpen zoals op water reflecterend zonlicht, helder verlichte herfstbladeren, portretfoto’s met een luchtblauwe achtergrond, witte onderwerpen of mensen in witte kleren. Merk op dat er in foto’s die met hogere waarden worden gemaakt, spikkels kunnen voorkomen.
De menu’s gebruiken: Opnamestanden d WB VERSCHUIVING y INTELLIGENTE SCHERPTE De witbalans kan fijn worden afgesteld. Pas de geselecteerde kleuras (R–Cy=Rood-Cyaan of B-Ye=Blauw– Geel) aan van +3 tot –3 in stappen van één. Selecteer AAN om foto’s digitaal te verwerken voor scherpe resultaten met een superhoge resolutie. f KLEUR [STD] Pas de kleurdichtheid aan (HOOG/STD/LAAG). e TOON [STD] Pas het contrast aan (HARD/STD/UIT).
De menu’s gebruiken: Opnamestanden Z GEAVANCEERDE ANTI-SCHERPTE [AAN] Selecteer AAN om geavanceerde anti-scherpte in stand R (P 24) in te schakelen. b GEZICHTSDETECTIE Bepaal of de camera automatisch de scherpstelling en belichting instelt bij het maken van portretfoto’s (P 54). n GEZICHTSHERKENNING Voeg portretonderwerpen toe aan de database voor gezichtsherkenning.
De menu’s gebruiken: Opnamestanden J AE BKT EV-STAPPEN [±1⁄ [±1⁄33] Hiermee bepaalt u de intervalwaarde voor de belichtingstrap wanneer de stand O (AE BKT.) als continustand is geselecteerd (P 45). U heeft keuze uit ±1/3 EV, ±2/3 EV en ±1 EV (de camera is mogelijk niet in staat de geselecteerde bracketingstappen te gebruiken wanneer de hoeveelheid over- of onderbelichting de grenzen van het belichtingsmeetsysteem overschrijdt). I FLITSLICHT [±0] Om de lichtsterkte van de flitser in te stellen.
De menu’s gebruiken: Opnamestanden 90 K AANGEP. INSTELLEN 2 ELEKTR. WATERPAS Om de instellingen voor de opnamestanden P, S, A, M en alle O-standen behalve R (P 35) op te slaan. Deze optie is nuttig ter correctie wanneer de camera wordt schuin gehouden. Wanneer AAN is geselecteerd, worden twee lijnen weergegeven op het scherm zoals weergegeven. Als de lijnen elkaar perfect overlappen, staat de camera horizontaal.
De menu’s gebruiken: Afspeelstand Het Afspeelmenu gebruiken De opties van het Afspeelmenu op a om de afspeelstand in te 1 Druk schakelen. m FOTOBOEK HULP op MENU/OK om het Afspeelmenu 2 Druk op het LCD-scherm weer te geven. Druk op de keuzeknop omhoog of 3 omlaag om het gewenste menu-item Maak boeken van uw favoriete foto’s (P 64). x WISSEN Om de geselecteerde foto’s of alle foto’s te wissen (P 61). te selecteren. Druk op de keuzeknop rechts om de 4 opties van het geselecteerde item weer te geven.
De menu’s gebruiken: Afspeelstand j MARK. VOOR OPL. ■ ALLES RESETTEN: Alle foto’s deselecteren Selecteer foto’s voor het uploaden naar YouTube of Facebook met behulp van MyFinePix Studio (alleen Windows). Kies ALLES RESETTEN om alle foto’s te deselecteren. Als het aantal betreffende foto’s erg groot is, wordt een bericht weergegeven terwijl een bewerking in uitvoering is. Druk op DISP/BACK om af te sluiten voordat de bewerking is voltooid.
De menu’s gebruiken: Afspeelstand I DIAVOORSTELLING [MULTI BEELD] Met deze functie kunt u uw foto’s afspelen in een diavoorstelling. Selecteer het type diavoorstelling en druk op MENU/OK om de diavoorstelling te starten. U kunt op ieder moment tijdens de voorstelling op DISP/BACK drukken om een helpscherm weer te geven. De diavoorstelling kan op elk gewenst moment worden beëindigd door op MENU/OK te drukken.
De menu’s gebruiken: Afspeelstand D BEVEILIGEN G BEELDUITSNEDE U kunt foto’s beveiligen om te voorkomen dat ze per ongeluk worden gewist. Een beelduitsnede van de huidige foto maken. 1 Markeer een van de volgende opties en druk op 2 MENU/OK: Selecteer D BEVEILIGEN in het afspeelmenu. • FOTO: Geselecteerde foto´s beveiligen. Druk op de keuzeknop links of rechts of foto’s af te spelen en druk op MENU/OK om foto’s te selecteren of te deselecteren. Druk op DISP/BACK om af te sluiten.
De menu’s gebruiken: Afspeelstand O NIEUW FORMAAT C FOTO DRAAIEN Een kleine kopie van de huidige foto maken. Om foto´s die als portret (staand) zijn gemaakt, een kwartslag te draaien zodat ze staand op het LCDscherm worden afgespeeld. 1 Speel de gewenste foto af. Selecteer O NIEUW FORMAAT in het afspeel2 menu. 1 Speel de gewenste foto af. Selecteer C FOTO DRAAIEN in het afspeelmeeen formaat en druk op MENU/OK om een 2 3 Markeer nu. bevestigingsvenster weer te geven.
De menu’s gebruiken: Afspeelstand E KOPIËREN F VOICE MEMO U kunt foto’s van het interne geheugen naar een geheugenkaart kopiëren. Voeg een voice memo toe aan de huidige foto. Houd de camera met de microfoon op de mond gericht op een afstand van ongeveer 20 cm vast en druk op MENU/OK om de voice memo op te nemen. Druk nogmaals op MENU/OK om de opname te beëindigen (de opname wordt na 30 seconden automatisch beëindigd). 1 Selecteer E KOPIËREN in het afspeelmenu.
De menu’s gebruiken: Afspeelstand n VERWIJDER GEZICHTSHERK. J BEELDVERHOUDING Verwijder alle verwijzingen voor gezichtsherkenningen naar de huidige foto. Wanneer deze optie wordt geselecteerd, zoomt de camera in op het gedeelte van de huidige foto dat overeenkomt met een gezicht uit de database voor gezichtsherkenning. Als de overeenkomst niet klopt, dan kunt u op MENU/ OK drukken om de verwijzing naar de database voor gezichtsherkenning te verwijderen.
Het menu Instellingen Het menu Instellingen gebruiken Geef het menu Instellingen weer op het 1 LCD-scherm. 1.1 Druk op MENU/OK om het menu voor de huidige stand weer te geven. 1.2 Druk links op de keuzeknop om een linker tabblad te selecteren. 1.3 Druk omhoog of omlaag op de keuzeknop om 4 te selecteren. Het menu Instellingen wordt weergegeven. INSTELLINGEN SET SET VERLATEN Tab de instellingen aan. 2 Pas 2.1 Druk rechts op de keuzeknop om het menu Instellingen weer te geven. 2.
Het menu Instellingen De opties van het menu Instellingen Standaardwaarden worden getoond in vierkante haakjes [ ]. Optie h THUIS F DATUM/TIJD Om de klok van de camera in te stellen (P 16). N TIJDSVERSCHIL [h [h] Gebruik deze functie tijdens het reizen om de klok van de camera op een eenvoudige manier in te stellen op de plaatselijke tijd van uw bestemming zonder de tijd van thuis te verliezen. Voer het verschil tussen de plaatselijke tijd en de tijd van uw eigen tijdzone in.
Het menu Instellingen R RESET A WEERGAVE Om de standaardwaarden te herstellen van alle instellingen, behalve F DATUM/TIJD, N TIJDVERSCHIL, O SCHERMKLEUR en Q VIDEO SYST.. Om aan te geven hoe lang de foto’s na opname op het LCD-scherm moeten worden afgespeeld. 1 Markeer R RESET en druk op de keuzeknop rechts zodat een bevestigingsvenster verschijnt. 2 Markeer OK en druk op MENU/OK.
Het menu Instellingen B NUMMERING [CONT.] Nieuwe foto’s worden opgeFramenummer slagen in bestanden waarvan 100-0001 de bestandsnamen beginnen met een viercijferig bestands- Mapnummer nummer dat telkens met één Bestandsnummer wordt verhoogd. Tijdens het afspelen wordt het bestandsnummer weergegeven, zoals de afbeelding rechts laat zien.
Het menu Instellingen I AFSPEEL VOLUME [7] [UIT] Staat toe dat de camera snel terug kan worden opgestart nadat deze is uitgeschakeld (AAN / UIT). J LCD HELDERHEID 3 Deze optie heeft een negatieve invloed op de levensduur van de batterij. De snelstartmodus wordt automatisch afgebroken als er gedurende 20 minuten geen handelingen worden verricht. [0] Om de helderheid van het LCD-scherm in te stellen.
Het menu Instellingen L 2X STABILISATIE [L] [L Kies uit de volgende opties voor beeldstabilisatie: Beschrijving Beeldstabilisatie aan. Als + BEWEGING wordt geselecteerd, past de camera de sluitertijd aan om bewegingsonscherpte bij het waarnemen van bewegende l CONTINU onderwerpen te beperken. M OPNEMEN + Net zoals hierboven, alleen dat beeldBEWEGING stabilisatie enkel uitgevoerd wordt als de ontspanknop half ingedrukt wordt of m ALLEEN OPNAME als de ontspanknop wordt losgelaten. Beeldstabilisatie uit.
Het menu Instellingen k MODUS AE/AF-VERG. [P] Als AE/AF-VERG B INDR is geselecteerd dan worden de belichting en/of het scherpstellen vergrendeld wanneer op de AE/AF LOCK-knop wordt gedrukt. Als AE/AF-VERG AAN/UIT is geselecteerd, worden de belichting en/of scherpstelling vergrendeld wanneer op de AE/AF LOCK-knop wordt gedrukt en blijven deze vergrendeld totdat er opnieuw op de knop wordt gedrukt (P 37). v KNOP AE/AF-VERGR.
Het menu Instellingen j SCHERPSTELLOEP [ANN] m AUTO ROT. WEERG. [ANN] Als AAN is geselecteerd, wordt de afbeelding uitvergroot op het lcd-scherm zodat het eenvoudiger is om scherp te stellen door te draaien aan de scherpstelring in handmatige scherpstelstand (P 48). De camera moet in handmatige scherpstelstand staan. Selecteer AAN om “staande” (portret) foto’s tijdens het afspelen automatisch te draaien. t ORIG.
Het menu Instellingen Q VIDEO SYST. U DATUMSTEMPEL Om een videostand voor aansluiting op een televisietoestel te selecteren. Merk de opnametijd en/of opnamedatum op foto’s op het moment dat ze worden gemaakt. Optie NTSC PAL Beschrijving Selecteer deze stand als u de camera wilt aansluiten op een videotoestel en u woonachtig bent in Noord-Amerika, het Caribische gebied, delen van Latijns-Amerika of sommige Oost-Aziatische landen.
Optionele accessoires De camera ondersteunt een grote verscheidenheid aan accessoires van FUJIFILM en andere merken. ■ Afstandsbediening voor de ontspanknop ■ Audio/video USB A/V-kabel RR-80 afstandsbediening voor de ontspanknop (los verkrijgbaar) Standaard TV * HDMI-kabel FINEPIX HS30EXR HDTV * Ondersteunt 3D-weergave van foto’s gemaakt met IND.SLTR3D OPNAME.
Optionele accessoires Accessoires van FUJIFILM De volgende optionele accessoires zijn verkrijgbaar bij FUJIFILM. Informeer bij uw lokale FUJIFILM vertegenwoordiger naar de allernieuwste accessoires die in uw regio leverbaar zijn of ga naar http://www.fujifilm. com/products/digital_cameras/index.html. Oplaadbare Li-ionbatterijen NP-W126: Extra NP-W126 oplaadbare batterijen met hoge capaciteit kunnen naar behoefte worden bijgekocht.
Onderhoud van de camera Om langdurig van uw camera te kunnen genieten, moeten onderstaande voorzorgsmaatregelen in acht worden genomen. ■ Condensatie Neem de batterij en de geheugenkaart uit de camera wanneer de camera gedurende langere tijd niet zal worden gebruikt.
Problemen en oplossingen Voeding en batterij Probleem Probleemoplossing 110 Oplossing • De batterij is leeg: Laad de batterij op of plaats een volledig opgeladen reservebatterij (P 9). De camera kan niet wor• De batterij is niet goed geplaatst: Plaats de batterij nogmaals en in de juiste richting in het compartiment (P 10). den ingeschakeld. • De afdekkap van het batterijcompartiment is niet vergrendeld: Vergrendel de afdekkap (P 10).
Problemen en oplossingen Menu’s en schermen Probleem Oplossing De menu’s en de schermen Selecteer NEDERLANDS voor een Q a (P 16, 99). zijn niet in het Nederlands. Opname Probleem Probleemoplossing Oplossing • Het geheugen is vol: Plaats een nieuwe geheugenkaart of maak ruimte door foto’s te wissen (P 12, 61). • De geheugenkaart of het interne geheugen is niet geformatteerd: Formatteer het interne geheugen of de geheugenkaart (P 100)..
Problemen en oplossingen Probleem Oplossing • Het gezicht van het onderwerp wordt verborgen door een zonnebril, hoed, lang haar, e.d.: Verwijder alle obstructies. • Het gezicht van het onderwerp beslaat slechts een minuscuul deel van het beeld: Pas de compositie zo aan dat Gezichten worden niet het gezicht van het onderwerp een groter deel van het beeld beslaat (P 36). • Het onderwerp houdt het hoofd schuin of zelfs horizontaal: Vraag het onderwerp het hoofd rechtop te herkend. houden.
Problemen en oplossingen Probleem Oplossing • Bij hoge temperaturen worden er lange sluitertijden geselecteerd: Dit is normaal en duidt niet op een defect. De foto’s hebben spikkels. • De camera is continu gebruikt bij hoge temperaturen of er wordt een temperatuurwaarschuwing weergegeven: Schakel de camera uit en wacht tot deze is afgekoeld. De door de camera gemaakte geluiden worden Intelligente gezichtsdetectie is ingeschakeld: Zet intelligente gezichtsdetectie uit (P 54).
Problemen en oplossingen Aansluitingen/Diversen Probleem Geen beeld of geluid. Geen kleur De computer herkent de camera niet. Kan geen RAW- of JPEGbestanden naar computer overzetten. Foto’s kunnen niet worden afgedrukt. Er wordt maar één afdruk gemaakt/de datum wordt niet afgedrukt. De camera reageert niet. De camera functioneert niet naar behoren. Geen geluid. 114 Oplossing • De camera is niet goed aangesloten: Sluit de camera op de juiste wijze aan (P 70).
Problemen en oplossingen Probleem Oplossing Tint of inhoud van scherm Selecteer UIT bij T MONITOR ZONLICHTFUNCTIE (P 4). verandert plotseling. • Tijd- en datumstempels zijn onjuist: Stel de cameraklok in (P 16). • Tijd- en datumstempels zijn zichtbaar op foto’s: Tijd- en datumstempels kunnen niet worden gewist. SelecTijd- en datumstempels teer UIT voor U DATUMSTEMPEL (P 106) om te voorkomen dat stempels op nieuwe foto’s te zien zijn.
Waarschuwingsvensters en -aanduidingen Op het LCD-scherm kunnen de volgende waarschuwingen worden weergegeven: Waarschuwing B (rood) A (knippert rood) k Beschrijving Batterij bijna leeg. Laad de batterij op (P 9) of plaats een volledig opgeladen reservebatterij (P 10). Batterij is leeg. Laad de batterij op (P 9) of plaats een volledig opgeladen reservebatterij (P 10). Lange sluitertijd. Mogelijk treedt er bewegingsonscherpte op: gebruik de flitser of een statief.
Waarschuwingsvensters en -aanduidingen Waarschuwing p KAARTFOUT a GEHEUGEN VOL b GEHEUGEN VOL INTERN GEHEUGEN IS VOL GEBRUIK GEHEUGENKAART KAART LEESFOUT De geheugenkaart of het interne geheugen is vol en er kunnen geen foto’s worden opgeslagen of gekopieerd. Wis foto’s of plaats een geheugenkaart waarop ruimte beschikbaar is. • Geheugenkaartfout of verbindingsfout: verbindingsfout Plaats de geheugenkaart nog een keer of schakel de camera uit en weer aan.
Waarschuwingsvensters en -aanduidingen Waarschuwing Beschrijving De camera heeft het hoogste framenummer (999-9999) bereikt. Formatteer de geheugenkaart en MAX. NUM. BEREIKT selecteer RESET voor B NUMMERING NUMMERING. Maak een foto om de nummering naar 100-0001 te resetten en selecteer vervolgens CONTINU voor B NUMMERING (P 101). HOUDT DE DISP-KNOP INGEDRUKT U heeft geprobeerd het volume in te stellen terwijl de stille stand van de camera is geactiveerd.
Waarschuwingsvensters en -aanduidingen Waarschuwing GEEN KAART b KAART IS LEEG a KAART IS LEEG Beschrijving Geen geheugenkaart geplaatst wanneer E KOPIËREN in het afspeelmenu wordt geselecteerd. Plaats een geheugenkaart.. De bron die voor E KOPIËREN is geselecteerd, bevat geen foto’s. Selecteer een andere bron. • Het voice memo-bestand is beschadigd beschadigd: De voice memo kan niet worden afgespeeld. • Storing van de camera: camera Neem contact op met uw FUJIFILM-dealer.
Capaciteit van het interne geheugen of de geheugenkaart Onderstaande tabel toont de maximale opnametijd of het maximale aantal foto’s dat met de verschillende beeldkwaliteiten beschikbaar is. Alle genoemde aantallen zijn bij benadering, de bestandsgroottes zijn afhankelijk van het opgenomen onderwerp, waardoor er grote verschillen kunnen zijn in het aantal bestanden dat kan worden opgeslagen. Het kan ook voorkomen dat het resterende aantal opnamen en de resterende opnametijd niet gelijkmatig afnemen.
Technische gegevens Systeem Model Effectieve pixels Beeldsensor Opslagmedia Bestandssysteem Bestandsindeling Formaat (pixels) Digit. zoom Lens Brandpuntsafstand Diafragma Gevoeligheid Appendix Scherpstelbereik (vanaf de voorkant van de lens) Digitale Camera FinePix HS30EXR 16 miljoen 1/ 2 -in. EXR CMOS met primair kleurfilter • Intern geheugen (ca. 25 MB) • SD/SDHC/SDXC-geheugenkaarten In overeenstemming met Design Rule for Camera File System (DCF), Exif 2.
Technische gegevens Systeem Belichtingsmeting Belichtingsregeling Belichtingscompensatie Stabilisatie Sluitertijd (mechanische en elektronische sluiter gecombineerd) Continu Scherpstelling Witbalans Zelfontspanner Flitser Flitsstand 122 TTL-belichtingsmeting (through-the-lens) met 256 segmenten MULTI, SPOT, INTEGRAAL Geprogrammeerd AE (met programma shift), sluiter AE, diafragma AE en handmatige belichting –2 EV – +2 EV in stappen van 1/3 EV (behalve B, R, M en U) Optische stabilisatie (verschuiving be
Technische gegevens Systeem Elektronische zoeker (EVF) LCD-scherm Films 0,26-inch, 920k-dot LCD-kleurenzoeker; framebereik ca. 100% 3,0-inch, 460k-dot LCD-kleurenscherm; framebereik ca. 100% • i 1920: 1920 × 1080, 30 fps • h 1280: 1280 × 720, 30 fps • f: 640 × 480 (VGA), 30 fps • Y 640 × 480: 640 × 480, 80 fps • Y 320 × 240: 320 × 240, 160 fps • Y 320 × 112: 320 × 112, 320 fps Opmerking: i, h, en f films worden met stereogeluid opgenomen.
Technische gegevens Voeding/overige Voedingsbronnen NP-W126 oplaadbare batterij Levensduur van de batBatterijtype Geschat aantal opnamen terijen (ongeveer het aantal NP-W126 (inbegrepen bij camera) 600 opnamen dat met een nieuwe of CIPA-norm, gemeten in B (auto)-stand met behulp van de bij de camera meegeleverde batterij en volledig opgeladen batterij kan SD-geheugenkaart.
Technische gegevens NP-W126 oplaadbare batterij Nominale spanning 7,2 V gelijkstroom Nominale capaciteit 1260 mAh Gebruikstemperatuur 0 °C – +40 °C Afmetingen (B × H × D) 36,4 mm × 47,1 mm × 15,7 mm Gewicht Ca. 47 g BC-W126 batterijlader Nominale invoer Ingangscapaciteit Nominale uitvoer Ondersteunde batterijen Laadtijd Gebruikstemperatuur Afmetingen (B × H × D) Gewicht 100 V–240 V wisselstroom, 50/60 Hz 13 – 21 VA 8,4 V gelijkstroom, 0,6 A NP-W126 oplaadbare batterijen Ca.
Technische gegevens Kleurentelevisiesystemen NTSC (National Television System Committee) is een kleurensysteem dat vooral in de Verenigde Staten, Canada en Japan wordt gebruikt. PAL (Phase Alternation by Line) is een kleurensysteem dat vooral in Europa en China wordt gebruikt. Mededelingen • Technische gegevens kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd; voor de meest recente informatie, raadpleegt u http://www.fujifilm.com/products/digital_cameras/index.html.
Memo 127
7-3, AKASAKA 9-CHOME, MINATO-KU, TOKYO 107-0052, JAPAN http://www.fujifilm.com/products/digital_cameras/index.html Neem contact op met uw lokale distributeur voor herstellingen en technische ondersteuning.
Beperkingen van de Camera Instellingen Opnamestand en Camera Instellingen De beschikbare opties van elke opnamestand worden onder vermeld. O T U ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ OFF F F G AUTO N B OFF ✔ ✔ O P N4 K L B ON ✔ ✔ ✔ M P S/R h o Adv.
Beperkingen van de Camera Instellingen O R S AUTO AUTO (3200) AUTO (1600) AUTO (800) AUTO (400) ✔1 T Adv.
Beperkingen van de Camera Instellingen O R S S O O P Q T AUTO A B U C D M c d P e b f d f e q h y R Z b n T Adv.
Beperkingen van de Camera Instellingen O Adv.