User manual

10 | 11
8. Klepgeleiders
Plaats de klepgeleiderplaten op de onderstukken van de
cilinderkoppen (50 en 51). Let erop dat er voor elke kop
een smalle (55) en een brede plaat (54) is. Elke plaat heeft
drie ronde noppen die naar onderen in de kop wijzen.
Plaats eerst de nokken aan de buitenkant van de plaat in
de corresponderende openingen aan de zijkant van de
cilinderkop en druk de plaat vervolgens omlaag tot hij
vastklikt (zie tekening).
8. Valve guides
Fit two valve guide plates to each of the lower cylinder
heads. Note that each head uses one narrow plate (55)
and one wide plate (54). Each plate has three round studs
that face downwards into the head. First fit the tabs on the
outside of each plate into the corresponding holes in the
side of the head, then push the plates down firmly so they
clip into position (circled).
9. Kleppen
Voor elke cilinderkop heeft u zes kleppen (9), klepstoters (7)
en klepveren nodig. Plaats deze volgens de tekening in de
cilinderkop. Plaats eerst een klepveer over een klepstoter en
plaats deze in één van de zes gaten in de klepgeleiderplaten.
Duw de veer voorzichtig in tot het uiteinde van de stoter uit
de bodem van de cilinderkop komt. Druk de klep voorzichtig
vast op de stoter. Het uiteinde van de stoter is voorzien van
een iets smaller gedeelte. Duw de klep over de stoter tot
tegen de rand van deze versmalling. Oefen geen grote
krachten uit op de kleppen - deze onderdelen zijn kwetsbaar!
9. Valve assembly
For each cylinder head, you will need six valves (9), valve
stems (7) and valve springs. Fit to the head as shown. First
slide a spring over a valve stem, and insert into one of the six
holes in the valve guide plates. Gently compress the spring
until the end of the stem sticks out of the bottom of the head.
Carefully push the valve on to the stem. Note that the end of
the stem has a step - push the valve until it touches the edge
of the step. DO NOT force the valve - these parts are
delicate.