Operation Manual

Frama Matrix F2
12
3.2. Drukafbeelding instellen
Als u de nieuwe cassette correct hebt aangebracht, kunt u nu op het scherm op
“J
A”
dru
kken.
De inktcassette wordt gecontroleerd en gekalibreerd. Dit proces
kan enige seconden duren. Tijdens het kalibreren verschijnt de
tekst “
A
.u.b. wachten, kalibratie
op de display.
Als de ingezette inktcassette al in uw Matrix F2 geïnstalleerd is
geweest, kunt u kiezen tussen een nieuwe kalibrering en het
overnemen van de aanwezige kalibreringsgegevens:
Kalibreren?”
Opnieuw kalibreren kan nodig zijn als de eerste
kalibrering geen bevredigend drukbeeld heeft opgeleverd
(drukkop was b.v. te koud, etc.).
Na het kalibreren vraagt uw Matrix F2 u een testafdruk te
maken. Neem daarvoor een lege envelop, een gevouwen vel
A4-papier of een frankeerstrook.
Leg dit rechts in de Matrix F2.
De te frankeren post wordt met
een testafbeelding bedrukt en
naar links uitgeworpen.
De testafdruk ziet er zo uit: In het linkerdeel ziet u de instelling
X en in het rechterdeel de instelling Y. De geldende instellingen
worden elk met een pijl aangegeven.
De pijlen behoren te wijzen naar de plaats waar de lijnen het
rechtste zijn.
Als dat al het geval is, hoeft u de volgende schermen X en Y
alleen nog met de ENTER-toets te bevestigen. Maar soms is het
voor optimale resultaten nodig de instelling te veranderen.
Ga als volgt te werk: zoek op de testafdruk in het gedeelte X
links de lijn
d
ie er het rechtste uitziet
. Lees
het nummer dat
daaronder staat, b.v. “-1”.
Met de toetsen + en – kiest u op het scherm het juiste getal en
dan drukt u op de ENTER-toets om naar de Y- instelling te gaan,
waar u analoog te werk gaat.
Maak weer, zoals gevraagd, een testafdruk om uw instellingen
te controleren. De pijlen wijzen nu precies naar
uw instellingen,
dus naar de pl
aatsen waar de lijnen het rechtste zijn.
Als u nog niet tevreden bent, kunt u het instellen herhalen als u
de vraag met “NEE” beantwoordt.
Met “JA” verlaat u het voorbereidingsmenu en komt u bij de keuze van de kostenplaats.