COP LUM KA NL:Layout 1 20-10-2010 16:16 Pagina 1 NL FordKa Ford Ka Instructieboekje Owner’s handbook De informatie in deze publicatie was correct ten tijde van het ter perse gaan. In het belang van de technische ontwikkeling behouden wij ons het recht voor, specificaties, ontwerpen of onderdelen zonder voorafgaande kennisgeving of verplichtingen te wijzigen. Deze publicatie, of een deel daarvan, mag niet worden gereproduceerd of vertaald zonder onze toestemming. Fouten of omissies uitgesloten.
603.95.163 PP KA NL 1ed trip 15-10-2010 15:12 Pagina 1 DASHBOARD (STUUR LINKS) QUICK START De aanwezigheid en de opstelling van de bedieningsorganen, de instrumenten en de controle-/waarschuwingslampjes kunnen per uitvoering verschillen. KA00177m 1. Luchtrooster aan zijkant – 2. Linker hendel: bediening buitenverlichting – 3. Instrumentenpaneel en controlelampjes – 4. Rechter hendel: bediening ruitenwissers voor/achter, tripcomputer – 5. Middelste luchtrooster – 6. Opbergvak / autoradio – 7.
603.95.163 PP KA NL 1ed trip 15-10-2010 15:12 Pagina 2 DASHBOARD (STUUR RECHTS) QUICK START De aanwezigheid en de opstelling van de bedieningsorganen, de instrumenten en de controle-/waarschuwingslampjes kunnen per uitvoering verschillen. KA00178m 1. Luchtrooster aan zijkant – 2. Airbag passagierszijde – 3. Middelste luchtrooster – 4. Opbergvak / autoradio – 5. Linker hendel: bediening buitenverlichting – 6. Instrumentenpaneel en controlelampjes – 7.
603.95.163 PP KA NL 1ed trip 15-10-2010 15:12 Pagina 3 INSTRUMENTENPANEEL A B C Uitvoeringen met stuur links D A Snelheidsmeter B Brandstofmeter met waarschuwingslampje brandstofreserve. C Koelvloeistoftemperatuurmeter met waarschuwingslampje voor te hoge koelvloeistoftemperatuur. D Toerenteller. KA00161m Uitvoeringen met digitaal display De lampjes men E zijn uitsluitend op de dieseluitvoeringen aanwezig. QUICK START E Digitaal display.
603.95.163 PP KA NL 1ed trip 15-10-2010 A 15:12 B Pagina 4 C Uitvoeringen met stuur rechts D A Toerenteller. B Brandstofmeter met waarschuwingslampje brandstofreserve. C Koelvloeistoftemperatuurmeter met waarschuwingslampje voor te hoge koelvloeistoftemperatuur. D Snelheidsmeter. E Digitaal display. QUICK START E KA00163m Uitvoeringen met digitaal display KA00164m Uitvoeringen met multifunctioneel display 4 De lampjes men E zijn uitsluitend op de dieseluitvoeringen aanwezig.
03.95.163 PP KA NL 1ed trip 15-10-2010 15:12 DIGITAAL DISPLAY Pagina 5 E D BEGINSCHERM Opmerking Als de sleutel is uitgenomen (en ten minste één voorportier wordt geopend), wordt op het display gedurende enige seconden de tijd en het aantal gelopen kilometers of mijlen weergegeven. BEDIENINGSKNOPPEN + Om het scherm en de keuzemogelijkheden naar boven te doorlopen of de weergegeven waarde te verhogen.
603.95.163 PP KA NL 1ed trip 15-10-2010 15:12 Pagina 6 MULTIFUNCTIONEEL DISPLAY (indien aanwezig) E QUICK START De auto kan zijn uitgerust met een multifunctioneel display dat tijdens de rit nuttige informatie levert aan de bestuurder op basis van de eerdere instellingen.
603.95.163 PP KA NL 1ed trip 15-10-2010 15:12 Pagina 7 C TRIP KA00185m KA00017m BLOKKERING EN ONTGRENDELING MET AFSTANDSBEDIENING STUURWIEL TRIPCOMPUTER Dit kan verticaal worden versteld (indien van toepassing). Algemeen Druk op de ontgrendelingsknop A om de deur te openen. Zet voor het verstellen de hendel omlaag in stand 2, stel daarna het stuurwiel in de gewenste stand en vergrendel het in deze stand door de hendel in stand 1 te zetten.
603.95.163 PP KA NL 1ed trip 15-10-2010 15:12 Pagina 8 RUITEN REINIGEN E A B C D QUICK START KA00109m BUITENVERLICHTING GROOTLICHTSIGNAAL Met de linkerhendel bedient u de buitenverlichting. De buitenverlichting werkt uitsluitend als de contactsleutel in stand MAR staat. Als u de buitenverlichting inschakelt, gaan ook de verlichting van het instrumentenpaneel en de bedieningsknoppen op het dashboard branden.
603.95.163 PP KA NL 1ed trip 15-10-2010 15:12 Pagina 9 QUICK START KA00203m KA00209m KA00204m LUCHTROOSTER HANDBEDIENDE KLIMAATREGELING Afstellen: draai het rooster in de gewenste richting. Openen: om het luchtrooster te openen duwt u op de punt die door de pijl wordt aangegeven. A B C D E Draaiknop voor luchttemperatuurregeling (rood-warm / blauw-koud) Draaiknop voor aanjagersnelheid en in-/uitschakeling airconditioning. Knop voor luchtrecirculatie.
603.95.
15-10-2010 15:12 Pagina 11 AUTO-START-STOP -SYSTEEM VOORWOORD A KA00205m BEDIENINGSKNOPPEN MISTLAMPEN VOOR MISTACHTERLICHT (waar voorzien) Voor het inschakelen van de mistlampen/het mistachterlicht moet knop A op de volgende manier worden gebruikt: 1° Indrukken: mistlampen inschakelen 2° Indrukken: mistachterlicht inschakelen 3° Indrukken: lichten doven.
603.95.163 PP KA NL 1ed trip 15-10-2010 15:12 OMSTANDIGHEDEN WAARONDER DE MOTOR NIET WORDT UITGESCHAKELD Als het systeem is ingeschakeld, wordt onder bepaalde omstandigheden, vanwege het comfort, de uitlaatemissie en de veiligheid, de aandrijfaggregaat niet uitgeschakeld.
15-10-2010 15:12 Pagina 13 2 1 C E 6 5 D A 3 KA00006m KA00008m Bestuurderszijde bij aanwezigheid van positie-geheugen B KA00007m Rugleuning omklappen Bedien voor het omklappen van de rugleuning, de hendel D (beweging a) en kantel de rugleuning naar voren, totdat hij vergrendelt (beweging b); laat de hendel D los en duw tegen de rugleuning zodat de stoel naar voren schuift (beweging c, alleen geldt voor stoelen met easy entry).
603.95.163 PP KA NL 1ed trip 15-10-2010 15:12 Pagina 14 A B A B B A KA00019m ZITPLAATSEN ACHTER QUICK START Rugleuning ontgrendelen ❒ Bij uitvoeringen met ondeelbare achterbank: trek de hendels A en B omhoog en plaats de rugleuning op de zitting. ❒ Bij uitvoeringen met deelbare achterbank: trek de hendel A of B omhoog om respectievelijk het linker of het rechter deel van de rugleuning te ontgrendelen en plaats de rugleuning op de zitting.
15-10-2010 FORD AUDIO ALGEMENE FUNCTIES Ontsteking: indrukken ON/OFFtoets Uitschakelen: lang indrukken ON/OFF-toets UW MOBIELE TELEFOON REGISTEREN BELANGRIJK: Voer deze handeling alleen uit als de auto stilstaat. Ga voor het registreren van uw mobiele telefoon als volgt te werk: ❒ Druk op :, zeg “Instellingen” en vervolgens, na het door Ford Audio gegeven bericht, “Registreer gebruiker”.
603.95.163 PP KA NL 1ed trip 15-10-2010 15:12 Pagina 16 Druknummer 603.95.
001-025 Ford KA NL:001-025 Ford KA NL 20-10-2010 14:07 Pagina 1 Gebruikershandleiding Bedankt dat u voor Ford heeft gekozen. Wij raden u aan om de tijd te nemen om deze handleiding door te lezen, zodat u uw auto beter leert kennen. Hoe beter u de auto kent, hoe veiliger u zich zult voelen en hoe meer plezier u zult hebben tijdens het rijden.
20-10-2010 14:07 Pagina 2 WEGWIJS IN UW AUTO RUITEN REINIGEN ............................................................. 40 4 BEDIENINGSKNOPPEN ................................................... 41 5 INTERIEURUITRUSTING .................................................. 43 FORD CODE ........................................................................ 5 PORTIEREN .......................................................................... 45 DE SLEUTELS ...................................
-10-2010 14:08 Pagina 3 DASHBOARD (STUUR LINKS) KA00177m 1. Luchtrooster aan zijkant – 2. Linker hendel: bediening buitenverlichting – 3. Instrumentenpaneel en controlelampjes – 4. Rechter hendel: bediening ruitenwissers voor/achter, tripcomputer – 5. Middelste luchtrooster – 6. Opbergvak / autoradio – 7. Airbag passagierszijde – 8. Dashboardkastje – 9. Bediening verwarming/ventilatie/airconditioning – 10. Elektrische ruitbediening – 11. Versnellingspook – 12. Schakelaarpaneel – 13.
20-10-2010 14:08 Pagina 4 DASHBOARD (STUUR RECHTS) De aanwezigheid en de opstelling van de bedieningsorganen, de instrumenten en de controle-/waarschuwingslampjes kunnen per uitvoering verschillen. ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 001-025 Ford KA NL:001-025 Ford KA NL 4 fig. 2 KA00178m 1. Luchtrooster aan zijkant – 2. Airbag passagierszijde – 3. Middelste luchtrooster – 4.
Voor een nog betere beveiliging tegen diefstal is de auto uitgerust met een elektronische startblokkering. Het systeem wordt automatisch ingeschakeld als de sleutel uit het contactslot wordt genomen. ❒ Als het lampje Y gaat branden, betekent dit dat het systeem zichzelf controleert (bijv. bij een verlaging van de spanning).
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 001-025 Ford KA NL:001-025 Ford KA NL 6 20-10-2010 14:08 Pagina 6 DE SLEUTELS CODE CARD (optioneel voor bepaalde uitvoeringen/markten) fig. 3 CODE Bij de auto wordt samen met de twee sleutels een CODE-card overhandigd, waarop is aangegeven: A de elektronische code; ELECTRONIC KEYCODE MECHANICAL KEYCODE A B KA00121m fig.
Als de brandstofnoodschakeling in werking treedt, worden de portieren automatisch ontgrendeld. Als de portieren met de afstandsbediening worden ontgrendeld, en er binnen 45 seconden geen portier wordt geopend, dan zal het systeem de portieren automatisch opnieuw vergrendelen. Als een of meer portieren niet goed gesloten zijn, wordt de vergrendeling niet uitgevoerd. Dit wordt aangegeven door het snel knipperen van de richtingaanwijzers (indien van toepassing).
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 001-025 Ford KA NL:001-025 Ford KA NL 8 20-10-2010 14:08 Pagina 8 EXTRA AFSTANDSBEDIENINGEN BESTELLEN BATTERIJ VAN DE SLEUTEL MET AFSTANDSBEDIENING VERVANGEN fig. 6 Het systeem kan maximaal 8 afstandsbedieningen herkennen. Als u in de loop der tijd een nieuwe afstandsbediening nodig hebt, kunt u zich tot het Ford Servicenetwerk wenden.
fig. 7 KA00005m STARTSYSTEEM fig. 7 De sleutel kan in 3 standen worden gedraaid: ❒ STOP: motor uit, sleutel uitneembaar en stuur geblokkeerd. Enkele elektrische installaties werken (bijv. autoradio, elektrische ruitbediening enz.). ❒ MAR: rijstand. Alle elektrische installaties werken ❒ AVV: motor starten. Het contactslot is voorzien van een herstartbeveiliging. Als de motor bij de eerste poging niet aanslaat, moet u de sleutel terugdraaien in stand STOP en nogmaals starten.
WEGWIJS IN UW AUTO 001-025 Ford KA NL:001-025 Ford KA NL 20-10-2010 14:08 Pagina 10 INSTRUMENTENPANEEL A B C D Uitvoering met stuur links VEILIGHEID A Snelheidsmeter. B Brandstofmeter met waarschuwingslampje brandstofreserve. STARTEN EN RIJDEN C Koelvloeistoftemperatuurmeter met waarschuwingslampje voor te hoge koelvloeistoftemperatuur. LAMPJES EN BERICHTEN D Toerenteller. E Digitaal display. E De lampjes men E zijn uitsluitend op de dieseluitvoeringen aanwezig. KA00161m fig.
Uitvoering met stuur rechts D A Toerenteller. B Brandstofmeter met waarschuwingslampje brandstofreserve. C Koelvloeistoftemperatuurmeter met waarschuwingslampje voor te hoge koelvloeistoftemperatuur. D Snelheidsmeter. E Digitaal display. De lampjes men E zijn uitsluitend op de dieseluitvoeringen aanwezig. E KA00163m fig. 11 – Uitvoering met multifunctioneel display KA00164m ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN fig.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 001-025 Ford KA NL:001-025 Ford KA NL 12 20-10-2010 14:08 Pagina 12 De achtergrondkleur en de vormgeving van de instrumenten kunnen per uitvoering verschillen. BRANDSTOFMETER SNELHEIDSMETER Het branden van het waarschuwingslampje geeft aan dat er nog ongeveer 5 liter brandstof aanwezig is. Geeft de snelheid van de auto aan.
DIGITAAL DISPLAY 14:08 E Pagina 13 D WEGWIJS IN UW AUTO 20-10-2010 GEAR SHIFT INDICATION Bij auto’s met handgeschakelde versnellingsbak verzoekt de indicator van het schakelsysteem op het instrumentenpaneel de bestuurder om te schakelen (opschakelen: “shift-up” of terugschakelen: “shift-down”).
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 001-025 Ford KA NL:001-025 Ford KA NL 14 20-10-2010 SETUP-MENU Het menu bestaat uit een aantal functies dat “cyclisch” wordt weergegeven. De functies kunnen met de knoppen + en – worden gekozen, waarna u keuzemogelijkheden kunt selecteren of instellingen (setup) kunt uitvoeren. Het setup-menu kan worden ingeschakeld door de knop MENU ESC kort in te drukken.
– druk kort op de knop MENU ESC om terug te keren naar het menuscherm of houd de knop even ingedrukt om terug te keren naar het beginscherm zonder op te slaan. Volumeregeling buzzer (Buzz) Met deze functie kan het volume van het geluidssignaal (buzzer) worden ingesteld, dat klinkt bij de melding van een storing/waarschuwing en bij het indrukken van de knoppen MENU ESC, + en –.
WEGWIJS IN UW AUTO 001-025 Ford KA NL:001-025 Ford KA NL 20-10-2010 Meeteenheid (Unit) instellen Met deze functie kan de meeteenheid worden ingesteld.
fig. 14 KA00166m GEAR SHIFT INDICATION fig. 15 BEDIENINGSKNOPPEN fig. 15 + Bij auto’s met handgeschakelde versnellingsbak verzoekt de indicator van het schakelsysteem op het instrumentenpaneel de bestuurder om te schakelen (opschakelen “shift-up” of terugschakelen “shift-down”). Dit schakeladvies wordt gegeven met het oog op het optimaliseren van het brandstofverbruik en de rijstijl.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 001-025 Ford KA NL:001-025 Ford KA NL 18 20-10-2010 De werking is vanaf dit punt afhankelijk van de gekozen menu-optie. Het menu bestaat uit de volgende functies: – MENU – ZOEMER SNELHEIDSLIMIET – GEGEVENS TRIP B – KLOK INSTELLEN – DATUM INSTELLEN – WEERGAVE RADIO – MEETEENHEDEN – TAAL – VOLUME BUZZER – VOL.
– druk op de knop + of – om de snelheidslimiet in te schakelen (On) of uit te schakelen (Off); – als de functie al was ingeschakeld (On), kan met de knop + of – de gewenste snelheidslimiet worden ingesteld en worden bevestigd door het indrukken van de knop MENU ESC . Opmerking Er kan een snelheid tussen 30 en 200 km/h of tussen 20 en 125 mph worden gekozen afhankelijk van de ingestelde eenheid; zie de paragraaf “Eenheid instellen” die hierna wordt beschreven.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 001-025 Ford KA NL:001-025 Ford KA NL 20 20-10-2010 – als het submenu “Formaat” is gekozen: druk kort op de knop MENU ESC, het display toont knipperend de manier van weergave; – druk op de knop + of – om de keuze (“24h” of “12h”) uit te voeren.
– druk op de knop + of – om te kiezen tussen de drie submenu’s; – druk, nadat het te wijzigen submenu is gekozen, kort op de knop MENU ESC; – als het submenu “Afstand” is gekozen: druk kort op de knop MENU ESC, op het display wordt “km” of “mi” aangegeven (afhankelijk van de eerdere instelling); – druk op de knop + of – om de keuze uit te voeren; – als het submenu “Verbruik” (indien aanwezig) is gekozen: druk kort op de knop MENU ESC, op het display wordt “km/l”, “l/100km” of “mpg” aangegeven (afhankelijk v
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 001-025 Ford KA NL:001-025 Ford KA NL 22 20-10-2010 Volume waarschuwingen (Instellen volume akoestische waarschuwings/storingsmeldingen) Het volume van het geluidssignaal (buzzer) dat klinkt voor het melden van een storing of waarschuwing, kan ingesteld worden op 8 niveaus.
– onderbreking na vergrendeling of commando via afstandsbediening – druk kort op de knop MENU ESC om terug te keren naar het menuscherm of houd de knop even ingedrukt om terug te keren naar het beginscherm zonder op te slaan. Druk kort op de knop MENU ESC om terug te keren naar het beginscherm zonder op te slaan. Als u de knop – indrukt, wordt teruggekeerd naar de eerste menuoptie (Beep Snelh.).
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 001-025 Ford KA NL:001-025 Ford KA NL 24 20-10-2010 14:08 Pagina 24 TRIPCOMPUTER “Trip B” geeft de volgende gegevens weer: Algemeen – Afstand B Met de “Tripcomputer” kan, als de contactsleutel in stand MAR staat, op het display informatie worden weergegeven over de werking van de auto.
Geeft de verstreken tijd aan vanaf het begin van een nieuwe rit. fig. 16 KA00017m Bedieningsknop TRIP fig. 16 Met de knop TRIP, op de rechter hendel, krijgt u, als de contactsleutel in stand MAR staat, toegang tot de hiervoor beschreven gegevens en kunnen de gegevens op nul worden gezet om een nieuwe rit te beginnen: – kort indrukken voor weergave van de verschillende gegevens; – even ingedrukt houden voor het op nul zetten (reset) en het beginnen van een nieuwe rit.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 026-046 Ford KA NL:026-046 Ford KA NL 26 20-10-2010 14:16 Pagina 26 ZITPLAATSEN ZITPLAATSEN VOOR C E ATTENTIE! Alle afstellingen mogen uitsluitend bij stilstaande auto worden uitgevoerd. A KA00006m fig. 17 KA00008m fig. 19 Verstellen in lengterichting fig. 17 2 Trek de hendel A omhoog en schuif de stoel naar voren of naar achteren.
ATTENTIE! Alle afstellingen mogen uitsluitend bij stilstaande auto worden uitgevoerd. fig. 21 KA00019m De vergrendelingsmethode is gekozen om de veiligheid van de inzittende te garanderen. Als bij aanwezigheid van een obstakel (bijvoorbeeld een tas), de stoel niet in de oorspronkelijke stand kan worden teruggezet, dan garandeert het mechanisme dat de stoel toch in de geleiders wordt vergrendeld, zodra de rugleuning wordt teruggeklapt. ZITPLAATSEN ACHTER fig.
026-046 Ford KA NL:026-046 Ford KA NL 20-10-2010 14:16 Pagina 28 WEGWIJS IN UW AUTO STUURWIEL KA00020m fig. 22 NOODGEVALLEN ONDERHOUD EN ZORG TECHNISCHE GEGEVENS ALFABETISCH REGISTER fig. 24 KA00185m Om de hoofdsteun te laten zakken, druk op B. De bijzondere constructie van de hoofdsteun verhindert dat de passagier op de achterbank goed tegen de rugleuning kan leunen; deze constructie is handig omdat het de passagier dwingt om de hoofdsteun voor gebruik omhoog in de juiste stand te trekken.
20-10-2010 14:16 Pagina 29 WEGWIJS IN UW AUTO SPIEGELS KA00186m fig. 26b LAMPJES EN BERICHTEN BUITENSPIEGELS Handmatig verstelbaar fig. 26a Gebruik hendel A in de auto om de spiegel te verstellen. 1 NOODGEVALLEN Elektrische verstelbaar fig. 26b 2 Ga als volgt te werk: ❒ kies met de schakelaar B welke spiegel u wilt verstellen; fig. 26a ❒ plaats voor het verstellen van de spiegel de joystick A in een van de vier richtingen. Buitenspiegels inklappen fig. 27 KA00187m Indien nodig (bijv.
20-10-2010 14:16 Pagina 30 KLIMAATREGELING LUCHTROOSTERS fig. 28 1. Luchtroosters voor ontdooien of ontwasemen voorruit 2. Verstel- en regelbare luchtroosters in het midden 3. Verstelbare en richtbare luchtroosters aan de zijkant 4. Vaste luchtroosters voor de zijruiten 5. Onderste luchtroosters ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 026-046 Ford KA NL:026-046 Ford KA NL 30 fig.
20-10-2010 14:16 Pagina 31 E Drukknop voor in-/uitschakelen achterruitverwarming. VEILIGHEID STARTEN EN RIJDEN F Drukknop voor in-/uitschakelen voorruitverwarming (alleen met draaiende motor). Als deze functie wordt ingeschakeld, gaat het lampje A op het instrumentenpaneel branden. De functie is voorzien van een tijdschakeling om de werking van de accu te waarborgen, waardoor de functie na ongeveer 20 minuten automatisch wordt uitgeschakeld.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 026-046 Ford KA NL:026-046 Ford KA NL 32 20-10-2010 14:16 Pagina 32 HANDMATIGE KLIMAATREGELING (indien aanwezig) BEDIENINGSKNOPPEN fig. 30 A Draaiknop voor luchttemperatuurregeling (rood-warm / blauw-koud) B Draaiknop voor aanjagersnelheid en in-/uitschakeling airconditioning.
❒ draai de knop B in stand 4 (maximale aanjagersnelheid). WAARSCHUWING de klimaatregeling is bijzonder nuttig voor het ontwasemen, omdat het de lucht ontvochtigt. Stel de bedieningsknoppen in zoals hiervoor beschreven en schakel de klimaatregeling in door de knop B in te drukken; het lampje op de knop gaat branden. Automatische klimaatregeling (indien aanwezig) De extra verwarming wordt automatisch geactiveerd op basis van de omgevingscondities en wanneer de motor is ingeschakeld.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 026-046 Ford KA NL:026-046 Ford KA NL 34 20-10-2010 14:16 Pagina 34 AUTOMATISCHE KLIMAATREGELING (indien aanwezig) De automatische klimaatregeling regelt de temperatuur automatisch afhankelijk van de instelling van de gebruiker: ❒ de temperatuur van de luchttoevoer naar het interieur; ❒ de aanjagersnelheid (traploze regeling); ❒ de luchtverdeling in het in
Knop OFF – C Uitschakelen van het systeem Als u op de knop OFF drukt, wordt het systeem uitgeschakeld. Als het systeem is uitgeschakeld: ❒ zijn alle lampjes gedoofd; ❒ is het temperatuurdisplay gedoofd; ❒ is de luchtrecirculatie uitgeschakeld; ❒ is de aircocompressor uitgeschakeld; ❒ is de aanjager uitgeschakeld. Onder deze omstandigheden kan de recirculatiefunctie worden in- of uitgeschakeld, terwijl het systeem niet is ingeschakeld. Lampje op de knop uit = recirculatie uitgeschakeld.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 026-046 Ford KA NL:026-046 Ford KA NL 36 20-10-2010 ∂ lucht uit de luchtroosters bij de beenruimte voor. Doordat warme lucht opstijgt, kan in een zo kort mogelijke tijd de lucht in het interieur worden verwarmd. Dit geeft snel een behaaglijk gevoel.
20-10-2010 14:16 Pagina 37 WEGWIJS IN UW AUTO BUITENVERLICHTING Draaiknop in stand O. GROOTLICHT fig. 32 DIMLICHTEN fig. 32 Druk de hendel naar voren in de richting van het dashboard (vergrendelde stand), als de draaiknop reeds in stand 2 staat. Op het instrumentenpaneel gaat het controlelampje 1 branden. Als vervolgens de hendel naar het stuurwiel wordt getrokken, gaat het grootlicht uit en het dimlicht aan. Draai de draaiknop in stand 2. GROOTLICHTSIGNAAL fig. 32 BUITENVERLICHTING fig.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 026-046 Ford KA NL:026-046 Ford KA NL 38 20-10-2010 14:16 Pagina 38 “FOLLOW ME HOME” RUITEN REINIGEN Met dit systeem kan de ruimte vóór de auto een bepaalde tijd worden verlicht. Met de rechter hendel fig. 34 kunt u de ruitenwissers/-sproeiers en achterruitwisser/-sproeier bedienen.
De werking stopt als de achteruitversnelling wordt uitgeschakeld. Als u de hendel in deze stand houdt, dan worden in één beweging de achterruitwisser/-sproeier ingeschakeld; de achterruitwisser schakelt automatisch in als u de hendel langer dan een halve seconde in deze stand houdt. De achterruitwisser blijft nog enkele slagen werken, nadat u de hendel heeft losgelaten; na enige seconden volgt nog een extra “reinigingsslag”.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 026-046 Ford KA NL:026-046 Ford KA NL 40 20-10-2010 14:16 Pagina 40 PLAFONDVERLICHTING Tijdregeling plafondlampje (lampenglas in middelste stand) PLAFONDVERLICHTING VOOR Het lampenglas kan in drie standen worden gezet: ❒ rechterzijde ingedrukt: verlichting altijd uitgeschakeld; ❒ linkerzijde ingedrukt: verlichting altijd ingeschakeld; ❒ middelste stand (
AUTO-START-STOP HANDMATIG IN- EN UITSCHAKELEN Raadpleeg om het Auto-Start-Stopsysteem B-fig. 35 handmatig in of uit te schakelen het hoofdstuk “Auto-StartStop-systeem” van dit instructieboekje. fig. 35 KA00167m Noodstop In geval van een noodstop gaan de alarmknipperlichten en de waarschuwingslampjes op het dashboard Î en ¥ automatisch branden. De functie wordt automatisch uitgeschakeld wanneer de remwerking niet meer het karakter van een noodstop heeft.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 026-046 Ford KA NL:026-046 Ford KA NL 42 20-10-2010 BRANDSTOFNOODSCHAKELING Schakelt in bij een botsing, waardoor: ❒ de toevoer van brandstof wordt gestopt en de motor afslaat; ❒ de portieren automatisch ontgrendelen; ❒ de interieurverlichting wordt ingeschakeld.
Pagina 43 WEGWIJS IN UW AUTO INTERIEURUITRUSTING KA00122m fig. 36 Op enkele uitvoeringen bevindt zich een opbergvak onder de passagiersstoel voor. ZONNEKLEPPEN Ze kunnen voor de voorruit of voor de zijruit worden gedraaid. Aan de achterzijde van de klep aan de bestuurderszijde bevindt zich een spiegeltje. KA00031m OPBERGVAK ONDER DE STOEL (waar voorzien) fig. 38 A De zonnekleppen zitten aan beide zijden naast de binnenspiegel. fig. 38 fig. 37 KA00040m DASHBOARDKASTJE PASSAGIERSZIJDE fig.
WEGWIJS IN UW AUTO 026-046 Ford KA NL:026-046 Ford KA NL 20-10-2010 ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID A 44 fig. 39 BEKERHOUDERS Op de tunnelconsole zijn beker/blikjeshouders voorzien. KA00032m 14:16 Pagina 44 STEKKERDOOS (waar voorzien) fig. 39 De stekkerdoos is in de tunnelconsole geplaatst en wordt gevoed met de contactsleutel in stand MAR.
Pagina 45 WEGWIJS IN UW AUTO PORTIEREN 1 Draai de sleutel in stand 1 en trek aan de handgreep. KA00033m Als u de sleutel draait met centrale vergrendeling (indien aanwezig), worden gelijktijdig alle portieren ontgrendeld. fig. 40 Met afstandsbediening (waar voorzien): druk op knop Ë om de portieren te openen. Draai bij goed gesloten portieren de sleutel in stand 2. ATTENTIE! Controleer, voordat u een portier opent of u dit op een veilige manier kunt doen.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 026-046 Ford KA NL:026-046 Ford KA NL 46 20-10-2010 Vergrendelen Bij centrale vergrendeling duw de hendel in de richting van de deur A. Als de deurhendel A aan de bestuurderszijde of passagierszijde wordt bediend, worden de portieren centraal vergrendeld.
20-10-2010 14:22 Pagina 47 WEGWIJS IN UW AUTO BAGAGERUIMTE De verlichting blijft bovendien ongeveer 15 minuten branden nadat de contactsleutel in stand STOP is gedraaid: als binnen deze 15 minuten een portier of de achterklep wordt geopend, gaat de tijdsperiode van 15 minuten opnieuw in. Met de sleutel met afstandsbediening (indien aanwezig) Druk twee keer op de drukknop R. Als de achterklep wordt geopend, knipperen de richtingaanwijzers twee keer. Elektrische druktoets (soft touch) fig.
047-068 Ford KA NL:047-068 Ford KA NL 20-10-2010 14:22 Pagina 48 ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO ❒ trek de hendels A of B-fig. 45 omhoog om respectievelijk het linker of het rechter deel van de rugleuning te ontgrendelen en plaats de rugleuning op de zitting.
Plaats de rugleuningen omhoog en druk de leuningen naar achteren, totdat beide borgmechanismen hoorbaar vastklikken. Openen fig. 46-47-48 Plaats de sluitingen van de veiligheidsgordels omhoog. ❒ trek de hendel A in de richting van de pijl; BELANGRIJK Als de rugleuning in de normale gebruiksstand wordt gezet, controleer dan of de rugleuning hoorbaar vergrendelt.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 047-068 Ford KA NL:047-068 Ford KA NL 50 20-10-2010 14:22 ATTENTIE! Controleer of de armen van de ruitenwissers tegen de ruit aanstaan voordat u de motorkap optilt. Sluiten fig. 48 E Ga als volgt te werk: C ATTENTIE! Wees voorzichtig als u werkzaamheden in de motorruimte moet verrichten en de motor nog warm is, om brandwonden te voorkomen.
Pagina 51 WEGWIJS IN UW AUTO KOPLAMPEN KOPLAMPEN AFSTELLEN Wendt u voor controle of afstelling tot het Ford Servicenetwerk. Controleer de afstelling van de koplampen telkens als het gewicht van de lading wijzigt. fig. 49 VEILIGHEID KA00040m KOPLAMPVERSTELLING fig. 49 De auto is uitgerust met een elektrische koplampverstelling die alleen functioneert met de contactsleutel in stand MAR en ingeschakeld dimlicht. Als de auto beladen is, helt hij achterover.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 047-068 Ford KA NL:047-068 Ford KA NL 52 20-10-2010 14:22 Pagina 52 Correcte standen op basis van de belading KOPLAMPAFSTELLING IN HET BUITENLAND MISTLAMPEN VOOR AFSTELLEN (indien aanwezig) Stand 0 – een of twee personen op de voorstoelen. De koplampen zijn afgesteld voor gebruik in het land waarin de auto is verkocht.
Het systeem wordt gecompleteerd met een elektronische remdrukverdeling EBD (Electronic Braking Force Distribution), die de remdruk verdeelt tussen de voor- en achterwielen. ATTENTIE! Als het ABS in werking treedt, merkt u dat aan een trilling in het rempedaal. Verlaag de remdruk niet maar houd het rempedaal juist goed ingetrapt; op deze manier hebt u de kortste remweg in relatie tot de conditie van het wegdek.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 047-068 Ford KA NL:047-068 Ford KA NL 54 20-10-2010 Storing in EBD Bij een storing branden de waarschuwingslampjes > en x op het instrumentenpaneel en verschijnt er een melding op het multifunctionele display, zie hoofdstuk “Lampjes en berichten”. In dit geval kunnen bij krachtig remmen de achterwielen vroegtijdig blokkeren waardoor de auto kan slippen.
ATTENTIE! De prestaties van het ESPsysteem mogen er niet toe leiden dat de bestuurder onnodige en onverantwoorde risico’s neemt. De rijstijl moet altijd zijn aangepast aan het wegdek, het zicht en het verkeer. De verantwoordelijkheid voor de verkeersveiligheid ligt altijd en overal bij de bestuurder. ❒ op een dalende helling: als de auto stilstaat op een helling van meer dan 2% met draaiende motor, ingetrapt rem- en koppelingspedaal en ingeschakelde achteruit.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 047-068 Ford KA NL:047-068 Ford KA NL 56 20-10-2010 14:22 Pagina 56 ASR (Antislip Regulation) (indien aanwezig) In-/uitschakeling van het ASR-systeem fig. 50 Het ASR-systeem is geïntegreerd in het ESP-systeem en grijpt automatisch in als een of beide aangedreven wielen dreigen te slippen, zodat de bestuurder de controle over de auto kan behouden.
❒ de werking van het systeem controleren; ❒ signaleren wanneer door een storing de emissies boven de wettelijk vastgestelde drempelwaarde uitkomen; ❒ signaleren wanneer het noodzakelijk is defecte componenten te vervangen. BELANGRIJK Na het verhelpen van de storing moet het Ford Servicenetwerk voor een complete controle van het systeem, tests uitvoeren op een testbank en, zonodig, een proefrit maken die eventueel een langere afstand kan omvatten.
20-10-2010 14:22 Pagina 58 PARKEERSENSOREN (indien aanwezig) Als de sensoren meerdere obstakels signaleren, dan reageren zij alleen op die obstakels die zich het dichtst bij de auto bevinden. Deze bevinden zich in de achterbumper van de auto fig. 51 en attenderen de bestuurder via een zich herhalend geluidssignaal op de aanwezigheid van obstakels achter de auto. ACTIVERING fig.
❒ Een verminderde gevoeligheid van de sensor en een vermindering van de prestaties van het parkeerhulpsysteem kunnen veroorzaakt worden door de aanwezigheid op de sensor van: ijs, sneeuw, modder, meerdere laklagen ❒ De sensor registreert een nietbestaand object (“echostoring”), dit wordt veroorzaakt door mechanische storingen, bijvoorbeeld: reiniging van de auto, regen (met veel wind), hagelbuien. ❒ De metingen van de sensor kunnen beïnvloed worden door ultrasone systemen (bijv.
20-10-2010 TECHNISCHE GEGEVENS NOODGEVALLEN Het Auto-Start-Stop-systeem schakelt automatisch de motor uit telkens als de auto tot stilstand wordt gebracht en start de motor weer als de bestuurder de rit voortzet. Hierdoor verbetert de efficiëntie van de auto door verlaging van het brandstofverbruik, vermindering van de hoeveelheid schadelijke uitlaatgassen en beperking van het geluid. Het systeem wordt ingeschakeld als de auto wordt gestart.
Opmerking Als het Auto-Start-Stopsysteem is ingeschakeld, kan de motor opnieuw worden gestart door het koppelingspedaal in te drukken of de versnellingsbak in de vrijstand te zetten als de motor per ongeluk is gestopt, bijvoorbeeld omdat het koppelingspedaal te snel is losgelaten met een versnelling ingeschakeld.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 047-068 Ford KA NL:047-068 Ford KA NL 62 20-10-2010 VEILIGHEIDSFUNCTIES Als de motor door het Auto-Start-Stopsysteem wordt uitgeschakeld, de bestuurder de eigen veiligheidsgordel afdoet en het bestuurders- of passagiersportier wordt geopend, kan de motor vervolgens alleen m.b.v. de sleutel opnieuw worden gestart. Dit wordt aangegeven m.b.v.
ATTENTIE! Wendt u voor het vervangen van de accu tot het Ford Servicenetwerk. De accu vervangen door een accu van hetzelfde type (HEAVY DUTY) en met dezelfde kenmerken. fig. 57 KA00176m NOODSTART fig. 56 Als een noodstart moet worden uitgevoerd met een hulpaccu, sluit dan nooit de minkabel (-) van de hulpaccu aan op de minpool (A-fig. 56) van de accu in de auto, maar uitsluitend op een massaaansluiting van de motor/versnellingsbak. VEILIGHEID STARTEN EN RIJDEN KA00180m LAMPJES EN BERICHTEN fig.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 047-068 Ford KA NL:047-068 Ford KA NL 64 20-10-2010 14:22 Pagina 64 AUTORADIO (indien aanwezig) INBOUWVOORBEREIDING (waar voorzien) AUTORADIO (indien aanwezig) Raadpleeg voor de werking van de autoradio met MP3/CD-speler (indien aanwezig) het supplement dat bij dit instructieboekje is geleverd.
De elektrische/elektronische systemen die na aankoop van de auto en binnen de aftersales-service worden gemonteerd, moeten voorzien zijn van het merkteken: Radiozendapparatuur (mobiele telefoons, 27 mc en soortgelijke apparatuur) mogen niet in de auto worden gebruikt, tenzij gebruik wordt gemaakt van een aparte antenne aan de buitenkant van de auto.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 047-068 Ford KA NL:047-068 Ford KA NL 66 20-10-2010 TANKEN BENZINEMOTOREN Tank uitsluitend loodvrije benzine met een octaangetal van ten minste 95 RON. WAARSCHUWING Een beschadigde katalysator laat schadelijke stoffen in het uitlaatgas achter, waardoor het milieu wordt vervuild.
KA00043m DOP BRANDSTOFTANK fig. 58 De tankdop B is voorzien van een koord C dat aan klepje A vastzit, om verlies van de dop te voorkomen. Draai met de contactsleutel de dop B linksom. Door de hermetische afsluiting van de tank kan de druk in de tank iets verhoogd zijn. Het is daarom normaal als u bij het losdraaien van de tankdop een sissend geluid hoort. Plaats tijdens het tanken de dop in de uitsparing op het tankklepje, zoals afgebeeld in de figuur.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 047-068 Ford KA NL:047-068 Ford KA NL 68 20-10-2010 DPF-ROETFILTER (DIESEL PARTICULATE FILTER) (voor uitvoeringen 1.3L Duratorq) Het DPF-roetfilter (Diesel Particulate Filter) is een mechanisch filter in het uitlaatsysteem dat de roetdeeltjes in het uitlaatgas van dieselmotoren opvangt.
70 GORDELSPANNERS .......................................................... 71 KINDEREN VEILIG VERVOEREN ................................... 73 UNIVERSEEL KINDERZITJE MONTEREN .................... 74 MONTAGEVOORBEREIDING VOOR “ISOFIX”-KINDERZITJE .................................................... 77 FRONTAIRBAGS ................................................................. 79 ZIJ-AIRBAGS (Sidebag – Headbag) .................................. 81 VEILIGHEID SBR-SYSTEEM ...................
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 069-084 Ford KA NL:069-084 Ford KA NL 70 20-10-2010 14:24 Pagina 70 VEILIGHEIDSGORDELS SBR-SYSTEEM GEBRUIK VAN DE VEILIGHEIDSGORDELS fig. 1 Ga goed rechtop zitten, steun tegen de rugleuning en doe dan de gordel om. Trek aan de gordel en maak de gordel vast door de gesp A in de sluiting B te drukken, totdat deze hoorbaar vergrendelt.
WAARSCHUWING Voor een maximale bescherming door de gordelspanner moet de veiligheidsgordel zo worden omgelegd dat hij goed aansluit op borst en bekken. Tijdens de werking van de gordelspanner kan er een beetje rook ontsnappen; deze rook is niet schadelijk en duidt niet op brand. De gordelspanner hoeft op geen enkele wijze te worden onderhouden of gesmeerd. Elke verandering van de oorspronkelijke staat zal de efficiëntie verminderen.
20-10-2010 14:24 Pagina 72 ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 069-084 Ford KA NL:069-084 Ford KA NL 72 fig. 2 KA00045m ATTENTIE! Voor maximale veiligheid moet u de rugleuning rechtop zetten, tegen de leuning aan gaan zitten en de gordel goed laten aansluiten op borst en bekken.
❒ u kunt de gordels met de hand reinigen met water en een neutrale zeep. Spoel ze uit en laat ze in de schaduw drogen. Gebruik geen bijtende, blekende of kleurende reinigingsmiddelen. Vermijd het gebruik van alle chemische producten die het weefsel van de gordel kunnen aantasten; ❒ de werking van de oprolautomaten is alleen gegarandeerd, als ze niet nat zijn geweest; ❒ vervang de gordels bij tekenen van slijtage of beschadigingen.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 069-084 Ford KA NL:069-084 Ford KA NL 74 20-10-2010 14:24 Pagina 74 Alle systemen moeten zijn voorzien van de typegoedkeuring en van een goed vastgehecht plaatje met het controlemerk, dat absoluut niet mag worden verwijderd.
fig. 8 KA00051m GROEP 2 GROEP 3 Kinderen met een gewicht tussen 15 en 25 kg kunnen direct door de veiligheidsgordels van de auto worden beschermd fig. 7. Bij kinderen met een gewicht tussen 22 en 36 kg is de borstomvang van dien aard dat de kinderen gewoon tegen de rugleuning kunnen steunen en niet meer in een kinderzitje hoeven te worden vervoerd. Kinderen moeten zo in de kinderzitjes worden geplaatst, dat het diagonale gordelgedeelte schuin over de borst en niet langs de nek loopt.
VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 069-084 Ford KA NL:069-084 Ford KA NL STARTEN EN RIJDEN LAMPJES EN BERICHTEN NOODGEVALLEN ONDERHOUD EN ZORG TECHNISCHE GEGEVENS ALFABETISCH REGISTER 14:25 Pagina 76 GESCHIKTHEID VAN DE ZITPLAATSEN VOOR HET GEBRUIK VAN UNIVERSELE KINDERZITJES De Ford voldoet aan de nieuwe Europese Richtlijn 2003/20/EG voor de montage van kinderzitjes op de verschillende plaatsen in de auto.
❒ Na een ongeval moet het zitje door een nieuw exemplaar worden vervangen. ATTENTIE! Als een passagiersairbag aanwezig is mogen geen kinderzitjes op de voorstoel worden geplaatst; bovendien mogen kinderen nooit op de voorstoelen worden vervoerd. Er kan ook een mengvorm worden gekozen, een traditioneel kinderzitje en een Isofix-kinderzitje. In fig. 9 wordt een voorbeeld getoond van het kinderzitje. Het isofix Universeelkinderzitje is er voor gewichtsgroep: 1.
069-084 Ford KA NL:069-084 Ford KA NL 20-10-2010 WEGWIJS IN UW AUTO STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID In de volgende tabel worden, conform de Europese wetgeving ECE 16, de mogelijkheden weergegeven van de montage van de Isofix Universeel-kinderzitjes op de zitplaatsen die zijn uitgerust met Isofix-beugels. A fig.
Als de airbags niet worden geactiveerd bij andere soorten botsingen (flank, van achter, over de kop slaan enz), betekent dit niet dat het systeem niet goed functioneert. Bij een frontale botsing zorgt een regeleenheid ervoor dat het kussen, indien nodig, wordt opgeblazen. Het kussen blaast onmiddellijk op, waardoor het lichaam van de inzittenden wordt opgevangen en de kans op letsel beperkt wordt. Direct daarna loopt het kussen weer leeg.
20-10-2010 14:25 Pagina 80 ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 069-084 Ford KA NL:069-084 Ford KA NL 80 fig. 12 KA00194m fig. 13 KA00195m FRONTAIRBAG AAN BESTUURDERSZIJDE fig. 12 FRONTAIRBAG AAN PASSAGIERSZIJDE fig. 13 Deze bestaat uit een opblaasbaar kussen dat in een daarvoor bestemde ruimte in het midden van het stuur is geplaatst.
BELANGRIJK Raadpleeg voor het handmatig uitschakelen van de frontairbag en zij-airbag (sidebag) (indien aanwezig) aan passagierszijde, de paragrafen “Digitaal display” en “Multifunctioneel display” in het hoofdstuk “Wegwijs in uw auto”. WEGWIJS IN UW AUTO VEILIGHEID De sidebag is een kussen dat zich snel opblaast en bevindt zich in de rugleuning van de voorstoel. De sidebag heeft tot doel het bovenlichaam en het bekken van de inzittenden te beschermen bij middelzware en zware zijdelingse aanrijdingen.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 069-084 Ford KA NL:069-084 Ford KA NL 82 20-10-2010 BELANGRIJK De inzittende wordt bij een flankbotsing optimaal door het systeem beschermd als hij/zij in de juiste positie in de stoel zit. Hierdoor kan de headbag op de juiste wijze worden opgeblazen.
ATTENTIE! Bedek de rugleuning van de zitplaatsen voor en achter niet met hoezen of kleden die niet zijn voorbereid op het gebruik met Side-bags. ATTENTIE! Als de contactsleutel in stand MAR staat, kan, ook bij uitgezette motor, de airbag inschakelen als de auto stilstaat en de auto wordt aangereden door een andere rijdende auto. Daarom mogen, ook als de auto stilstaat, absoluut geen kinderen op de passagiersstoel voor worden geplaatst.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 069-084 Ford KA NL:069-084 Ford KA NL 84 20-10-2010 ATTENTIE! Als u de contactsleutel in stand MAR draait, gaat het lampje “ enkele seconden branden om aan te geven dat de airbag aan passagierszijde bij een ongeval wordt geactiveerd. Hierna moet het lampje doven.
88 GEBRUIK VAN DE HANDGESCHAKELDE VERSNELLINGSBAK ........................................................... 89 BRANDSTOFBESPARING ................................................ 90 WINTERBANDEN .............................................................. 92 SNEEUWKETTINGEN ....................................................... 93 AUTO LANGERE TIJD STALLEN ................................... 93 VEILIGHEID HANDREM ............................................................................
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 085-094 Ford KA NL:085-094 Ford KA NL 86 20-10-2010 MOTOR STARTEN De auto is uitgerust met een elektronische startblokkering: zie bij startproblemen de paragraaf “FordCODE” in het hoofdstuk “Wegwijs in uw auto”. Direct na het starten van de motor, vooral als de auto langere tijd niet is gebruikt, kan de motor iets meer geluid produceren.
❒ wacht tot het lampjes m gedoofd is. Hoe warmer de motor, hoe sneller het lampje dooft; Als de motor nog niet aanslaat, wendt u dan tot het Ford Servicenetwerk. ❒ trap het koppelingspedaal geheel in, zonder het gaspedaal in te trappen; ❒ draai de contactsleutel in stand AVV direct nadat het lampje m gedoofd is. Als u te lang wacht, zijn de voorgloeibougies weer afgekoeld. Laat de sleutel los zodra de motor is aangeslagen.
20-10-2010 MOTOR UITZETTEN Draai de contactsleutel in stand STOP terwijl de motor stationair draait. WAARSCHUWING Laat de motor na een zware rit even “tot rust” komen. Schakel de motor niet onmiddellijk uit, maar laat de motor even stationair draaien. Hierdoor kan de temperatuur in de motorruimte dalen. Pagina 88 HANDREM De handrem bevindt zich tussen de voorstoelen. Om de handrem in te schakelen, moet u de hendel omhoog trekken totdat de auto blokkeert.
fig. 2 KA00060m WAARSCHUWING Gebruik het koppelingspedaal alleen bij het schakelen. Laat tijdens het rijden de voet nooit – zelfs niet licht – op het koppelingspedaal rusten. Bij uitvoeringen / markten waar voorzien, kan de elektronische regeleenheid van het koppelingspedaal de verkeerde rijstijl waarnemen als een defect.
STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 085-094 Ford KA NL:085-094 Ford KA NL 20-10-2010 BRANDSTOF BESPARING Hierna volgen enkele nuttige tips, waardoor het brandstofverbruik zo laag mogelijk blijft en de uitstoot van schadelijke uitlaatgassen, zowel CO2 als andere schadelijke stoffen (stikstofoxiden, onverbrande koolwaterstoffen, fijn stof (PM) enz.) zoveel mogelijk beperkt blijft.
Stilstaan in het verkeer Als de auto langere tijd stilstaat (bijv. spoorwegovergangen), is het raadzaam de motor uit te zetten. WEGWIJS IN UW AUTO Op een drukke weg, bijvoorbeeld bij filerijden, waarbij overwegend lage versnellingen worden gebruikt, of in de stad waar veel verkeerslichten zijn, zal het brandstofverbruik aanzienlijk hoger zijn. Bochtige trajecten, bergwegen en een slecht wegdek verhogen eveneens het brandstofverbruik.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 085-094 Ford KA NL:085-094 Ford KA NL 92 20-10-2010 WINTERBANDEN Gebruik winterbanden die dezelfde maat hebben als de standaard geleverde banden. Het Ford Servicenetwerk kan u adviseren welke band het meest geschikt is voor het doel waarvoor u deze wilt gebruiken.
De sneeuwkettingen mogen alleen op de voorwielen gemonteerd worden (aangedreven wielen). Controleer na enkele tientallen meters rijden of de kettingen nog goed gespannen zijn.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 085-094 Ford KA NL:085-094 Ford KA NL 94 20-10-2010 ❒ reinig en conserveer de glimmende metalen delen met daarvoor geschikte middelen; ❒ smeer de wisserrubbers van de ruitenwissers en achterruitwisser in met talkpoeder en laat ze los van de ruit staan; ❒ zet de ruiten een klein stukje open; ❒ dek de auto af met een stoffen of een ademende kunststof hoes.
97 98 98 98 98 98 99 99 99 99 100 100 100 100 101 101 101 101 101 102 102 102 102 102 102 102 102 103 103 103 103 103 103 103 103 104 104 104 104 VEILIGHEID MISTACHTERLICHT .......................................................... ALGEMENE STORINGSMELDING ................................. STORING MOTOROLIEDRUKSENSOR ...................... UITSCHAKELING AUTO-START-STOP-SYSTEEM .... INERTIESCHAKELAAR BRANDSTOFNOODSCHAKELING/ BRANDSTOFNOODSCHAKELAAR NIET BESCHIKBAAR .......................................
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 095-104 Ford KA NL:095-104 Ford KA NL 96 20-10-2010 LAMPJES EN BERICHTEN ALGEMENE OPMERKINGEN Als het lampje gaat branden, verschijnt ook een bericht en/of klinkt een geluidssignaal als het instrumentenpaneel de beschikking heeft over deze mogelijkheden.
ATTENTIE! Het lampje “ geeft bovendien eventuele storingen van het lampje ¬ aan. Dit wordt aangegeven doordat het lampje “ langer dan de normale 4 seconden knippert. In dit geval kan het lampje ¬ geen storingen in de airbag-/gordelspannersystemen aangeven. Voordat u verder rijdt, dient u contact op te nemen met het Ford Servicenetwerk om het systeem direct te laten controleren. Het lampje gaat branden als de motor te warm is.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 095-104 Ford KA NL:095-104 Ford KA NL 98 20-10-2010 ❒ Als de auto zwaar wordt belast (bijvoorbeeld als de auto volledig geladen is): verlaag de snelheid en, indien het lampje blijft branden, zet de auto stil. Stop 2 of 3 minuten met draaiende motor en geef iets gas voor een snellere circulatie van de koelvloeistof. Zet vervolgens de motor uit.
Als het lampje blijft branden, werkt de elektrische stuurbekrachtiging niet meer en is meer kracht nodig voor het draaien van het stuur: wendt u tot het Ford Servicenetwerk. Op enkele uitvoeringen verschijnt het betreffende bericht op het display. G NIET GOED GESLOTEN PORTIEREN (rood) Het lampje gaat branden als een of meer portieren of de bagageruimte niet goed zijn gesloten. Op enkele uitvoeringen verschijnt de betreffende melding op het display.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 095-104 Ford KA NL:095-104 Ford KA NL 100 20-10-2010 Alleen benzinemotoren Een knipperend lampje duidt op een mogelijke beschadiging van de katalysator.
Op enkele uitvoeringen verschijnt het betreffende bericht op het display. Water in het brandstofsysteem kan het inspuitsysteem ernstig beschadigen en de motor kan onregelmatig gaan draaien. Als het lampje E gaat branden (bij bepaalde uitvoeringen gaat het lampje è branden en verschijnt er een melding op het display), wendt u dan zo snel mogelijk tot het Ford Servicenetwerk om het systeem te laten aftappen.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 095-104 Ford KA NL:095-104 Ford KA NL 102 20-10-2010 Inertieschakelaar brandstofnoodschakeling/brandstof noodschakelaar niet beschikbaar Het lampje gaat branden als de brandstofnoodschakelaar inschakelt of als de brandstofnoodschakelaar niet beschikbaar is. Op het display verschijnt het betreffende bericht.
D RICHTINGAANWIJZER RECHTS (groen – knipperend) Het lampje gaat branden als de richtingaanwijzerhendel omhoog wordt gezet of, tegelijkertijd met het lampje van de linker richtingaanwijzer, als de drukknop voor de alarmknipperlichten wordt ingedrukt. BEPERKTE ACTIERADIUS (uitvoeringen met multifunctioneel display) Als de buitentemperatuur 4°C of lager bedraagt, gaat de temperatuuraanduiding knipperen om de kans op gladheid aan te geven.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 095-104 Ford KA NL:095-104 Ford KA NL 104 d 20-10-2010 VERSLETEN REMBLOKKEN (geel) Het lampje op het instrumentenpaneel gaat branden (er verschijnt ook een bericht op het display) als de voorste remblokken zijn versleten; laat deze in dat geval zo snel mogelijk vervangen.
108 SNELLE BANDENREPARATIESET FIX&GO AUTOMATIC ..................................................... 114 LAMP VERVANGEN ........................................................... 118 LAMP BUITENVERLICHTING VERVANGEN ............. 121 LAMP INTERIEURVERLICHTING VERVANGEN ....... 124 ZEKERINGEN VERVANGEN ........................................... 126 ACCU OPLADEN ............................................................... 130 OPKRIKKEN VAN DE AUTO .........................................
VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 105-132 Ford KA NL 20-10-2010 14:30 Pagina 106 MOTOR STARTEN A A Als het lampje Y op het instrumentenpaneel constant blijft branden, wendt u dan onmiddellijk tot het Ford Servicenetwerk. Als de accu leeg is, kan de motor worden gestart met een hulpaccu, die minimaal dezelfde capaciteit moet hebben als de lege accu.
❒ start de motor; ❒ neem, als de motor draait, de kabels in omgekeerde volgorde los. Op die wijze kan er onverbrande brandstof in de katalysator terechtkomen en deze onherstelbaar beschadigen. WAARSCHUWING Houd er rekening mee dat de rem- en stuurbekrachtiging (indien aanwezig) niet werken zolang de motor niet is aangeslagen, waardoor meer kracht nodig is voor de bediening van het rempedaal en het stuur.
20-10-2010 14:30 Pagina 108 WIEL VERWISSELEN ALGEMENE AANWIJZINGEN Bovendien is bij sommige uitvoeringen/uitrustingsniveaus de auto voorzien van 4 antidiefstalbouten (één per wiel). Voor het los-/vastschroeven van de bouten is een speciale adapter A-fig. 2 nodig die wordt bijgeleverd, en die tussen de bevestigingsbout en de bijgeleverde sleutel moet worden aangesloten, zoals wordt getoond in fig. 2.
De krik die bij de auto wordt geleverd, mag alleen worden gebruikt voor het vervangen van het reservewiel in noodgevallen. KRIK VEILIGHEID STARTEN EN RIJDEN ATTENTIE! Door een verkeerde montage kan het wieldeksel tijdens het rijden loslaten. Maak het ventiel absoluut niet open. Plaats geen enkel stuk gereedschap tussen velg en band. Controleer regelmatig de spanning van de banden en van het noodreservewiel en houdt u daarbij aan de waarden die beschreven staan in het hoofdstuk “Technische gegevens”.
20-10-2010 14:30 Pagina 110 WEGWIJS IN UW AUTO 105-132 Ford KA NL ❒ zet de auto stil op een plaats waar het verkeer niet in gevaar wordt gebracht en waar in alle veiligheid het wiel kan worden verwisseld. Zet de auto zo mogelijk op een vlakke en stevige ondergrond; ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN STARTEN EN RIJDEN KA00062m fig. 3 LAMPJES EN BERICHTEN VEILIGHEID A 110 fig.
20-10-2010 14:30 Pagina 111 170 mm (6,7 inches) ❒ controleer of de groef F-fig. 6 van de krik goed om de rand G van de chassisbalk valt; ❒ plaats de slinger H in de krik I en zet de auto omhoog, totdat het wiel enkele centimeters loskomt van de grond. Als u de slinger draait, moet u zorgen voor voldoende werkruimte, zodat u geen schaafwonden aan uw hand oploopt door contact met de grond.
WEGWIJS IN UW AUTO 105-132 Ford KA NL 14:30 Pagina 112 ❒ monteer het geklemde wieldeksel, waarbij de inkeping (op het wieldeksel) moet samenvallen met het ventiel; 1 O N VEILIGHEID STARTEN EN RIJDEN LAMPJES EN BERICHTEN NOODGEVALLEN ONDERHOUD EN ZORG TECHNISCHE GEGEVENS ALFABETISCH REGISTER 112 20-10-2010 O ❒ laat de auto zakken en verwijder de krik; 3 4 O N O fig. 7 2 KA00066m ❒ monteer het noodreservewiel, waarbij de centreerpen N-fig.
❒ berg het gebruikte gereedschap op in de gereedschaphouder; ❒ plaats de gereedschaphouder in het reservewiel en draai het blokkeermechanisme B vast; ❒ breng de bekleding op de juiste wijze opnieuw aan op de vloer van de bagageruimte. Het is raadzaam de vervangen wielbouten en het vervangen reservewiel te bewaren voor als u in de toekomst het originele velgtype weer wilt monteren.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 105-132 Ford KA NL 114 20-10-2010 14:30 Pagina 114 BANDENREPARATIESET Het kan zijn dat de auto geen reservewiel heeft. In dat geval kan, om de band zonder krik te repareren, de noodreparatieset worden gebruikt. De reparatieset bevindt zich in de ruimte voor het reservewiel.
❒ Laat de motor alleen draaien als de auto zich niet in een afgesloten of slecht geventileerde ruimte bevindt (bijvoorbeeld, in een gebouw) terwijl u de set gebruikt. In dat geval moet de aircocompressor worden ingeschakeld terwijl de motor uit is. ❒ Vervang de flacon met afdichtingsmiddel door een nieuwe voordat de vervaldatum is verstreken (zie de dop van de flacon).
105-132 Ford KA NL 20-10-2010 14:30 Pagina 116 WEGWIJS IN UW AUTO VEILIGHEID I STARTEN EN RIJDEN H C B 6. Verwijder het dopje van het ventiel van de beschadigde band. 7. Schroef het slangetje van de flacon met afdichtingsmiddel C stevig op het ventiel van de beschadigde band. D G 8. Zorg ervoor dat de schakelaar van de compressor G in de stand 0 staat. E 9. Steek de voedingsstekker F in het aanstekercontact of in een extra voedingscontact.
ATTENTIE! Als u tijdens het rijden sterke trillingen, een onregelmatig stuurgedrag of lawaai waarneemt, verlaag dan de snelheid en rijd voorzichtig naar een veilige plaats waar de auto kan worden stilgezet. Controleer de band en de bandenspanning opnieuw. Als de bandenspanning lager is dan 1 bar (14.7 psi) of als er sprake is van scheuren, bobbels of zichtbare soortgelijke schade, rijd dan niet verder met de band.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 105-132 Ford KA NL 118 20-10-2010 14:30 Pagina 118 EEN LAMP VERVANGEN ALGEMENE AANWIJZINGEN ❒ Controleer voordat u een lamp vervangt of de contacten niet zijn geoxideerd; ❒ vervang een defecte lamp door een exemplaar van hetzelfde type en vermogen; ❒ als u een gloeilamp in de koplamp hebt vervangen, controleer dan om veiligheidsredenen altijd of de afstell
A Glasfittinglampen: met klemfitting. Om ze te verwijderen moet u ze eruit trekken. B Lampen met bajonetfitting: om de lamp uit te houder te verwijderen hem iets indrukken en linksom draaien. WAARSCHUWING De binnenzijde van de koplamp kan enigszins beslagen zijn: dit duidt niet op een defect, maar is een natuurlijk verschijnsel dat veroorzaakt wordt door een lage temperatuur en de luchtvochtigheidsgraad; en verdwijnt snel als de koplampen worden ingeschakeld.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 105-132 Ford KA NL 120 20-10-2010 14:30 Pagina 120 Lamp Type Wattage Figuur Grootlicht H4 55W D Dimlicht H4 55W D Buitenverlichting voor/dagverlichting W5W 5W A Richtingaanwijzers voor PY21W 21W B Richtingaanwijzers op flanken W5W 5W A Richtingaanwijzers achter PY21W 21W B Achterlichten P21/5 21/5W B Remlichten P21/5 21/5W
Pagina 121 WEGWIJS IN UW AUTO LAMP BUITENVERLICHTING VERVANGEN C KA00085m fig. 11 KA00117m fig. 13 In de koplampunits zijn de lampen voor de buitenverlichting, het dimlicht, het grootlicht en de richtingaanwijzers opgenomen. I De lampen zijn op de volgende wijze in de lichtunit geplaatst fig. 11: H B dimlicht/grootlicht (duplolamp) F C richtingaanwijzers E NOODGEVALLEN A buitenverlichting Verwijder vanuit de motorruimte de rubber dop D-fig.
20-10-2010 14:30 Pagina 122 WEGWIJS IN UW AUTO 105-132 Ford KA NL STARTEN EN RIJDEN Voor ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN fig. 15 LAMPJES EN BERICHTEN VEILIGHEID 1 122 KA00087m fig. 16a KA00153m Flankrichtingaanwijzers LET OP Neem alle noodzakelijke voorzorgsmaatregelen om ervoor te zorgen dat er geen schade aan de carrosserie ontstaat (we raden u aan een kunststof kaartje te gebruiken dat stijf en dik genoeg is).
fig. 18 KA00090m KA00104m fig. 19 BUITENVERLICHTING B Om de lamp te vervangen, gaat u als volgt te werk: B ❒ verwijder de geklemde lamp en vervang hem; fig. 20 ❒ monteer de lamphouder A, draai de lamphouder rechtsom en controleer of de houder goed vastzit; MISTLAMPEN VOOR (indien aanwezig) ❒ bevestig de rubber dop. KA00106m ACHTERLICHTUNITS B ❒ verwijder de rubber dop, zoals hiervoor beschreven is; ❒ draai de lamphouder A-fig. 18 linksom en verwijder de lamphouder; fig.
20-10-2010 14:30 Pagina 124 WEGWIJS IN UW AUTO 105-132 Ford KA NL B ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID A 124 C A fig. 22 LAMP INTERIEURVERLICHTING VERVANGEN Zie voor het type lamp en het bijbehorende wattage de paragraaf “Lamp vervangen”. KA00091m KA00092m fig. 23 INTERIEURVERLICHTING Om de lamp te vervangen, gaat u als volgt te werk: DERDE REMLICHT fig. 22-23 ❒ maak m.b.v.
20-10-2010 14:30 Pagina 125 KA00098m ❒ open de bescherming B-fig. 29 en vervang de geklemde lamp C; ❒ sluit de bescherming B op het lampenglas; A fig. 26 KA00095m fig. 28 KA00097m ❒ open het dekseltje B-fig. 26 zoals aangegeven; BAGAGERUIMTEVERLICHTING (indien aanwezig) ❒ maak de lamp C-fig.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 105-132 Ford KA NL 126 20-10-2010 14:30 Pagina 126 ZEKERINGEN VERVANGEN ATTENTIE! Als een hoofdzekering (MEGA-FUSE, MIDI-FUSE, MAXI-FUSE) doorbrandt, wendt u dan tot het Ford Servicenetwerk. ALGEMEEN fig. 30 Het elektrische systeem wordt door zekeringen beveiligd: de zekering brandt door bij een storing of bij oneigenlijk gebruik van het systeem.
Zekeringen op het dashboard Uitvoeringen met stuur links De zekeringen zijn bereikbaar nadat de geklemde kap E is verwijderd. De 5A-zekering voor de verwarming van de buitenspiegels bevindt zich bij de diagnosestekker, zoals afgebeeld in fig. 31. Aan de onderzijde naast de pedalen bevindt zich de zekeringenkast die is afgebeeld in fig. 32. Uitvoering met stuur rechts Om toegang te krijgen tot de zekeringen in de zekeringenkast die wordt getoond in fig.
105-132 Ford KA NL 20-10-2010 14:30 Pagina 128 WEGWIJS IN UW AUTO Zekeringenkast in de motorruimte fig. 34 en 35 fig. 34 KA00101m LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID Een tweede zekeringenkast bevindt zich rechts in de motorruimte, naast de accu. Om deze te bereiken, moet u op de borging I drukken, de lippen M losmaken en het deksel L verwijderen.
Zekeringen- en relaiskast in motorruimte fig.
STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 105-132 Ford KA NL 20-10-2010 14:30 Pagina 130 ACCU OPLADEN ATTENTIE! Probeer een bevroren accu niet op te laden: eerst moet de accu ontdooid worden, anders loopt u het risico dat de accu ontploft. Als de accu bevroren is geweest, moet door deskundig personeel worden gecontroleerd of de cellen niet beschadigd zijn en of de bak geen scheuren vertoont, waardoor de giftige en corrosieve vloeistof kan weglekken..
SLEEPOOG BEVESTIGEN fig. 37 A B VEILIGHEID Bij de auto is een sleepoog geleverd. Het sleepoog bevindt zich in de gereedschaphouder onder de bekleding in de bagageruimte. fig. 37 KA00076m Ga als volgt te werk: ❒ verwijder de dop A; ❒ neem het sleepoog B uit de zitting in de gereedschaphouder; ❒ draai het sleepoog geheel op de schroefdraadpen voor. ATTENTIE! Draai voor het slepen de sleutel in stand MAR en vervolgens in STOP zonder de contactsleutel uit het slot te verwijderen.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 105-132 Ford KA NL 132 20-10-2010 14:30 Pagina 132 ATTENTIE! Houd er rekening mee dat de rembekrachtiging en de elektrische stuurbekrachtiging niet werken zolang de motor niet is aangeslagen, waardoor meer kracht nodig is voor de bediening van het rempedaal en het stuur. Gebruik voor het slepen geen elastische kabels en rijd zo gelijkmatig mogelijk.
138 POLLENFILTER .................................................................... 138 BRANDSTOFFILTER............................................................ 138 ACCU ..................................................................................... 138 WIELEN EN BANDEN ....................................................... 140 RUBBER SLANGEN ............................................................ 141 RUITENWISSERS VOOR/ACHTER ................................ 142 CARROSSERIE ..
133-146 Ford KA NL:133-146 Ford KA NL 20-10-2010 15:03 Pagina 134 WEGWIJS IN UW AUTO NIVEAUS CONTROLEREN VEILIGHEID Uitvoeringen met stuur links A. Motorolievulopening B. Motoroliepeilstok D. Ruitensproeiervloeistof E. Remvloeistof + koppelingsvloeistof (alleen voor benzineuitvoeringen met stuur rechts) F. Accu fig. 1 – Uitvoering 1.3L Duratorq KA00197m ATTENTIE! Rook nooit tijdens werkzaamheden in de motorruimte: er kunnen ontvlambare dampen of gas aanwezig zijn waardoor er brandgevaar bestaat.
Het oliepeil moet altijd tussen het MINen MAX-merkteken op de oliepeilstok B staan. De motor van een nieuwe auto moet nog worden ingereden. Dit betekent dat het motorolieverbruik pas na de eerste 5000 ÷ 6000 km stabiliseert. Het verschil tussen het MIN- en MAXmerkteken komt overeen met ongeveer 1 liter olie. WAARSCHUWING Het motorolieverbruik hangt af van de rijstijl en de gebruiksomstandigheden van de auto.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 133-146 Ford KA NL:133-146 Ford KA NL 136 20-10-2010 MOTORKOELVLOEISTOF fig. 1-2 Het niveau van de koelvloeistof moet gecontroleerd worden bij een koude motor en moet tussen het MIN- en MAX-merkteken op het expansiereservoir staan.
Opmerking Maak de dop van het reservoir E en het omringende oppervlak zorgvuldig schoon. Wees bij het openen van de dop bijzonder voorzichtig zodat er geen vuil in het reservoir komt. Gebruik voor het bijvullen altijd een trechter met een ingebouwde filterzeef van maximaal 0,12 mm. WAARSCHUWING De remvloeistof is hygroscopisch (trekt water aan).
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 133-146 Ford KA NL:133-146 Ford KA NL 138 20-10-2010 LUCHTFILTER/ POLLENFILTER 15:03 Pagina 138 ACCU Laat het luchtfilter of het pollenfilter vervangen door het Ford Servicenetwerk. De accu van de auto is “onderhoudsvrij”: onder normale gebruiksomstandigheden is het niet nodig gedestilleerd water bij te vullen.
ATTENTIE! Als u de auto langere tijd stalt in extreem koude omstandigheden moet, om bevriezing te voorkomen, de accu worden verwijderd en op een verwarmde plaats worden bewaard. Om het snel ontladen van de accu te voorkomen en de levensduur te verlengen, dient u de volgende aanwijzingen nauwkeurig op te volgen: ❒ wanneer u de auto parkeert, controleer dan of de portieren, de motorkap en de achterklep goed gesloten zijn.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 133-146 Ford KA NL:133-146 Ford KA NL 140 20-10-2010 WIELEN EN BANDEN De spanning van de banden, inclusief het noodreservewiel, moet regelmatig, om de twee weken en voor een lange rit, worden gecontroleerd: de bandenspanning moet bij koude banden worden gecontroleerd.
❒ om een gelijke slijtage van de banden op de vooras en de achteras te verkrijgen, is het raadzaam de banden om de 10.000/15.000 km van as te verwisselen. Hierbij moeten de banden aan dezelfde zijde van de auto gemonteerd blijven, zodat een omkering van de draairichting wordt voorkomen. ATTENTIE! Bedenk dat ook de wegligging afhankelijk is van een juiste bandenspanning. ATTENTIE! Voer bij lichtmetalen velgen geen spuitwerkzaamheden uit die een temperatuur vereisen boven 150°C.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 133-146 Ford KA NL:133-146 Ford KA NL 142 20-10-2010 RUITENWISSERS VOOR/ACHTER WISSERBLADEN Reinig regelmatig de rubber delen m.b.v. geschikte producten. Vervang de wisserbladen als het rubber vervormd of versleten is. Het verdient aanbeveling ten minste één maal per jaar de wisserbladen te vervangen.
20-10-2010 15:03 Pagina 143 KA00080m Wisserblad achterruit vervangen fig. 7 RUITENSPROEIERS Achterruit (achterruitsproeier) fig. 9 Ga als volgt te werk: Voorruit (ruitensproeiers) fig. 8 Als de ruitensproeiers niet werken, controleer dan eerst het niveau in het ruitensproeierreservoir (zie de paragraaf “Niveaus controleren” in dit hoofdstuk). Controleer vervolgens of de ruitensproeiermonden niet verstopt zijn. Deze kunnen zo nodig met een speld worden doorgeprikt.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 133-146 Ford KA NL:133-146 Ford KA NL 144 20-10-2010 CARROSSERIE BESCHERMING TEGEN ATMOSFERISCHE INVLOEDEN De belangrijkste oorzaken van roest zijn: ❒ luchtverontreiniging; ❒ zoutgehalte in de lucht en luchtvochtigheid (zeegebieden, warm en vochtig klimaat); ❒ omgevings-/seizoensinvloeden.
❒ spoel de auto eerst met een waterstraal onder lage druk af; ❒ was de auto met een zachte spons met een oplossing van neutrale zeep; spoel daarbij de spons regelmatig uit; ❒ spoel de auto af met schoon water en droog de auto met warme lucht of een schone, zachte zeem. De minder zichtbare delen zoals de randen van de portieren, achterklep, motorkap en de koplampranden moeten tijdens het drogen niet vergeten worden, omdat daar water kan blijven staan.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 133-146 Ford KA NL:133-146 Ford KA NL 146 20-10-2010 Motorruimte Laat de motorruimte na het winterseizoen zorgvuldig uitspuiten. Hierbij mag de waterstraal niet direct op de elektronische regeleenheden en de relais en zekeringen links in de motorruimte (in rijrichting) worden gericht. Laat deze werkzaamheden uitvoeren door een gespecialiseerd bedrijf.
150 MOTOR ................................................................................. 151 BRANDSTOFSYSTEEM ...................................................... 152 TRANSMISSIE ....................................................................... 152 REMMEN ................................................................................ 153 WIELOPHANGING ............................................................ 153 STUURINRICHTING ......................................................
VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 147-164 Ford KA NL:147-164 Ford KA NL 20-10-2010 14:35 Pagina 148 IDENTIFICATIEGEGEVENS C2 Bruto massa met aanhanger C3 Toegestane maximum massa voor de vooras Wij raden u aan om kennis te nemen van de identificatiegegevens. De identificatiegegevens zijn op de volgende typeplaatjes ingeslagen fig. 1: C4 Toegestane maximum massa voor de achteras M Emissiewaarde (alleen diesel) 1 Bandenspanningsplaatje 3 Chassisnummer (VIN).
20-10-2010 14:35 Pagina 149 MOTORCODE ❒ Productielocatie ❒ Model ❒ Productiedatum: jaar/maand ❒ Volgnummer auto; LAMPJES EN BERICHTEN ❒ Carrosserie-uitvoering NOODGEVALLEN ❒ Fabrikantcodering ONDERHOUD EN ZORG Het bevat de volgende informatie: TECHNISCHE GEGEVENS CHASSISNUMMER fig. 3 KA00126m ALFABETISCH REGISTER fig. 3 STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID De motorcode is in het cilinderblok geslagen en bestaat uit het motortype en een oplopend productienummer.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 147-164 Ford KA NL:147-164 Ford KA NL 150 20-10-2010 14:35 Pagina 150 MOTORCODES – CARROSSERIE-UITVOERINGEN Uitvoeringen Typecode motor Code carrosserie-uitvoering. 1.2L Duratec 169A4000 RU8ABAA1U 1.
169A4000 169A5000 Acht Diesel 4 in lijn 4 in lijn 70,8 x 78,86 69,6 x 82 1242 1248 11,1 ± 0,2 16,8:1 kW pk t/min 51 69 5500 55 75 4000 Nm kgm t/min 102 10,4 3000 145 14,8 1500 NGK ZKR7A-10 – Loodvrije benzine 95 R.O.N.
Brandstofsysteem NOODGEVALLEN TECHNISCHE GEGEVENS Versnellingsbak ALFABETISCH REGISTER 14:35 Pagina 152 1.2L Duratec 1.
Pagina 153 REMMEN 1.2L Duratec – 1.3L Duratorq Voetrem: – voor schijfremmen – achter trommelremmen met zelfcentrerende remschoenen en één wielremcilinder per wiel Handrem bediend met remhendel, die op de achterwielen werkt LAMPJES EN BERICHTEN WAARSCHUWING Water, ijs en strooizout op het wegdek kan zich op de remschijven afzetten, waardoor de gewenste remvertraging bij de eerste keer remmen iets later wordt bereikt.
20-10-2010 WIELEN Voor de rijveiligheid is het noodzakelijk dat alle wielen zijn voorzien van banden van hetzelfde merk en hetzelfde type. ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN STARTEN EN RIJDEN Geperst stalen of lichtmetalen velgen. Tubeless radiaalbanden. Op de typegoedkeuring zijn bovendien alle goedgekeurde banden aangegeven.
WEGWIJS IN UW AUTO VERKLARING VAN DE CODERING OP DE VELGEN fig. 4 J = velgbedprofiel (deel aan de zijkanten waarop de band steunt) 2. 15 = montagediameter in inch (komt overeen met die van de band die gemonteerd moet worden) 3 = Ø. H2 = vorm en aantal “humps” (vorm van de velgrand die de wang van de tubeless band op zijn plaats houdt). fig. 4a F0T0000m RIM PROTECTOR BANDEN fig.
ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 147-164 Ford KA NL:147-164 Ford KA NL Uitvoeringen TECHNISCHE GEGEVENS ALFABETISCH REGISTER 14:35 Pagina 156 Velgen Banden standaard Banden winterbanden 1.2L Duratec 5.5Jx14 H2 ET 35 5.5Jx14 H2 ET 35 6Jx15 H2 ET 40 6.5Jx16 H2 ET 40 165/65 R14 79T 175/65 R14 82T 195/50 R15 82T 195/45 R16 84T 165/65 R14 79Q 175/65 R14 82Q 195/50 R15 82Q 195/45 R16 84Q 5Bx14 H ET 31.5 165/65 R14 79T 1.
14:35 Pagina 157 AFMETINGEN De afmetingen zijn aangegeven in mm en hebben betrekking op een auto die is uitgerust met standaard banden. E De hoogte heeft betrekking op een onbelaste auto D F G STARTEN EN RIJDEN C A NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN B WEGWIJS IN UW AUTO 20-10-2010 VEILIGHEID 147-164 Ford KA NL:147-164 Ford KA NL I fig. 5 B C D E F G I 1.2L Duratec 3620 758 2300 562 1506(*) 1399÷1409 (*) 1658 1387÷1397(*) 1.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 147-164 Ford KA NL:147-164 Ford KA NL 158 20-10-2010 14:35 Pagina 158 PRESTATIES Maximale snelheid na de inrijperiode in km/h. 1.2L Duratec 159 1.
Leeggewicht (met alle vloeistoffen, 90% gevulde brandstoftank en geen optionals) 865 980 Nuttig laadvermogen (*) inclusief de bestuurder: 455 435 Max. toelaatbaar gewicht (**) – vooras: – achteras: – totaal: 770 640 1320 830 640 1415 50 50 Max. dakbelasting: (*) Als er speciale accessoires zijn gemonteerd (zoals een trekhaak), stijgt het leeggewicht, waardoor het totale laadvermogen met hetzelfde gewicht daalt. (**) Maximumwaarden die niet overschreden mogen worden.
LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 147-164 Ford KA NL:147-164 Ford KA NL 20-10-2010 14:35 Pagina 160 VULLINGSTABEL Brandstoftank: inclusief een reserve van: liter liter 1.2L Duratec 1.3L Duratorq 35 5 35 (▲) 5 (▲) NOODGEVALLEN ONDERHOUD EN ZORG TECHNISCHE GEGEVENS ALFABETISCH REGISTER Loodvrije benzine met octaangetal van ten minste 95 R.O.
Pagina 161 Vervangingsinterval SAE 5W-40 motorolie (WSS-M2C917-A) Volgens het Geprogrammeerde Onderhoudsschema Als bij dieselmotoren in geval van nood geen originele producten beschikbaar zijn, moeten de smeermiddelen minimaal voldoen aan de specificaties ACEA C3; in dit geval zijn de optimale prestaties van de motor niet gegarandeerd en is het raadzaam de olie zo snel mogelijk bij het Ford Servicenetwerk te laten vervangen door het voorgeschreven smeermiddel.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 147-164 Ford KA NL:147-164 Ford KA NL 162 Gebruik 20-10-2010 14:36 Pagina 162 Specificaties van de vloeistoffen en smeermiddelen voor een correct functioneren van de auto Vloeistoffen en smeermiddelen vloeistoffen Toepassing Smeermiddelen en vetten voor krachtoverbrengingen Synthetisch smeermiddel SAE 75W- 85 TUTELA CAR TECHNYX Handgeschakelde versn
WEGWIJS IN UW AUTO VEILIGHEID ❒ gecombineerd verbruik: hierbij telt de waarde van de stadsrit mee voor 37% en de waarde van de testrit op buitenwegen 63%. WAARSCHUWING Het soort wegdek, verkeerssituatie, atmosferische omstandigheden, rijstijl, algemene conditie van de auto, uitrustingsniveau, gebruik van de airconditioning, lading van de auto, imperiaal op het dak en andere situaties die de aerodynamica kunnen beïnvloeden, leveren een ander brandstofverbruik op dan hier vermeld.
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 147-164 Ford KA NL:147-164 Ford KA NL 164 20-10-2010 14:36 Pagina 164 CO2-EMISSIE De CO2-emissie, vermeld in de volgende tabel, is gemeten op een gecombineerd traject. Uitvoeringen CO2-emissie volgens de geldende richtlijn (g/km) 1.2L Duratec 115 1.
Bagageruimte vergroten .................. Bagageruimte ........................................ – openen ............................................ – sluiten .............................................. – vergroten ....................................... Bagageruimteverlichting .................... – lamp vervangen ............................. Banden .................................................. – bandenspanning ............................. – onderhoud .....................................
LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 165-172 Ford KA NL:165-172 Ford KA NL 20-10-2010 Dashboardkastje ................................. Derde remlicht ................................... Digitaal display ..................................... Dimlichten ............................................ – bediening ........................................ – lamp vervangen ............................. Dop van brandstoftank ......................
136 Niveau ruitensproeiervloeistof ........ 136 Niveaus ................................................. 134 Niveaus controleren .......................... 134 Onderhoud en zorg .......................... 133 – klimaatregeling .......................... 32-34 Opbergvak onder de stoel ............... 43 Opkrikken van de auto ..................... 131 Parkeersensoren ............................... Parkeren ............................................... Plafondlampjes ...................................
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 165-172 Ford KA NL:165-172 Ford KA NL 168 Uitstoot van CO2 20-10-2010 ............................. 164 Veiligheid ............................................. Veiligheidsgordels ............................... – algemene opmerkingen ............... – gebruik ............................................ – gordelspanners ..............................
NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO OPMERKING ONDERHOUD EN ZORG 14:41 TECHNISCHE GEGEVENS 20-10-2010 ALFABETISCH REGISTER 165-172 Ford KA NL:165-172 Ford KA NL Pagina 169
ALFABETISCH REGISTER TECHNISCHE GEGEVENS ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 165-172 Ford KA NL:165-172 Ford KA NL 20-10-2010 14:41 Pagina 170
ONDERHOUD EN ZORG NOODGEVALLEN LAMPJES EN BERICHTEN STARTEN EN RIJDEN VEILIGHEID WEGWIJS IN UW AUTO 14:41 TECHNISCHE GEGEVENS 20-10-2010 ALFABETISCH REGISTER 165-172 Ford KA NL:165-172 Ford KA NL Pagina 171
WEGWIJS IN UW AUTO 165-172 Ford KA NL:165-172 Ford KA NL VEILIGHEID STARTEN EN RIJDEN LAMPJES EN BERICHTEN NOODGEVALLEN ONDERHOUD EN ZORG TECHNISCHE GEGEVENS 14:41 Pagina 172 BANDENSPANNING IN KOUDE TOESTAND (bar) Bij warme banden moet de bandenspanning 0,3 bar hoger zijn dan de voorgeschreven waarde. Controleer de bandenspanning nogmaals als de banden koud zijn.