User Manual

36
Rookmelder ST-630-DE met draadloze
W2-module:
Opmerking: In één enkel netwerk
kunnen tot 50 rookmelders van het type
ST-630-DE met draadloze W2-module
worden opgenomen.
WELKE BEPERKINGEN
GELDEN ER VOOR DE
ROOKMELDER?
De rookmelder van FireAngel is
ontworpen om u te waarschuwen met
een geluidssignaal als de melder rook
detecteert. Dit betekent ook dat de melder
de rook alleen kan detecteren en u alleen
kan waarschuwen als de rook de melder
ook daadwerkelijk bereikt! Als er brand
uitbreekt in een ruimte die ver van de
locatie van de rookmelder verwijderd is,
zoals een andere ruimte of verdieping, kan
het zijn dat de rook de rookmelder niet op
tijd of niet in een voldoende concentratie
bereikt om u te waarschuwen voor het
gevaar.
Wij raden u aan om in elke gang van
uw woning minstens één Thermoptek-
rookmelder te installeren. Voor een
uitgebreide dekking moet ook in elke kamer
een rookmelder worden geïnstalleerd.
Het is mogelijk dat deze rookmelder niet
op tijd reageert als hij niet in een optimale
positie is gemonteerd of als er zich tussen
de rookmelder en het vuur een groot
meubel of andere obstakels bevinden.
TE VERMIJDEN MONTAGELOCATIES
Wij adviseren om FireAngel-rookmelders
NIET op de volgende locaties te installeren:
Badkamers, douches en andere
bijzonder vochtige of stomende ruimten
waar vocht een ongewenste melding
kan veroorzaken.
Keukens. Keukenruimten moeten
worden beschermd met autonome
hittemelders. De verbrandingsdeeltjes
die tijdens het koken ontstaan, kunnen
immers een rookmelder doen afgaan en
tot permanente verontreiniging van de
rookmeldersensor leiden.
Gebieden waar de sensorkamer kan
worden verontreinigd door overmatig
stof of vuil, waardoor het toestel
overgevoelig kan reageren of het
binnendringen van rook kan worden
belemmerd.
Gebieden waar de
omgevingstemperatuur niet wordt
geregeld en onder 4 °C kan dalen
of boven 38 °C kan stijgen, zoals in
onverwarmde gebouwen of open zolders.
Extreem vuile, stoffige of vette zones.
Zeer tochtige zones, zoals in de buurt
van plafondventilatoren of verse-
luchtopeningen. De tocht kan de
rook immers wegblazen, weg van de
rookmelders.
Zones die worden geteisterd door
insecten. Insecten kunnen de openingen
van de sensorkamer blokkeren en zo
voorkomen dat er rook binnenkomt, of
kunnen een rookmelder doen afgaan.