Operation Manual

22
MXC
NL
6 Inwerkingstelling
6.1 Accupack laden [1]
Laad alleen accupacks op die voor het op-
laadapparaat bestemd zijn (zie Technische
gegevens)!
De LED
[1-3]
van het oplaadapparaat geeft de be-
treffende bedrijfstoestand van het oplaadapparaat
weer.
LED geel - continulicht
Oplaadapparaat is gebruiksklaar.
LED groen - snel knipperen
Accupack wordt met maximale stroom geladen.
LED groen - langzaam knipperen
Accupack is voor 80 % geladen en wordt met gere-
duceerde stroom verder geladen.
LED groen - continulicht
Accupack is opgeladen.
LED rood - continulicht
Accutemperatuur ligt buiten de toelaatbare grens-
waarden (0 °C tot +4C).
LED rood - knipperen
Algemene foutindicatie, bijv. geen volledig contact,
kortsluiting, accupack defect, etc.
6.2 Wandbevestiging oplaadapparaat
Het oplaadapparaat MXCbeschikt aan de achterzij-
de over twee langgaten. Het kan met behulp van
twee schroeven (bijv. halfronde of vlakkopschroe-
ven met schachtdiameter 5 mm) aan een wand
worden opgehangen (zie afb.
[1]
).
7 Onderhoud en verzorging
Neem de volgende aanwijzingen in acht:
Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen van het
elektrisch gereedschap en het oplaadapparaat
schoon blijven, zodat de koeling gegarandeerd is.
Zorg ervoor dat de aansluitcontacten van het
elektrisch gereedschap, oplaadapparaat en ac-
cupack schoon blijven.
8 Accessoires
Maak uitsluitend gebruik van de voor deze machine
bestemde originele Festool-accessoires en het
Festool-verbruiksmateriaal, omdat deze systeem-
componenten optimaal op elkaar zijn afgestemd.
Bij het gebruik van accessoires en verbruiksmate-
riaal van andere leveranciers is een kwalitatieve
beïnvloeding van de werkresultaten en een beper-
king van de garantieaanspraken waarschijnlijk. Al
naar gelang de toepassing kan de slijtage van de
machine of de persoonlijke belasting van uzelf toe-
nemen. Bescherm daarom uzelf, uw machine en
uw garantieaanspraken door uitsluitend gebruik te
maken van originele Festool-accessoires en
Festool-verbruiksmateriaal!
De bestelnummers voor accessoires en gereed-
schap vindt u in uw Festool-catalogus of op het in-
ternet op www.festool.com.
9 Afvoer
Geef het apparaat niet met het huisvuil mee!
Voer
de apparaten, accessoires en verpakkingen op mi-
lieuvriendelijke wijze af! Neem de geldende natio-
nale voorschriften in acht.
Alleen EU:
Volgens de Europese richtlijn 2002/96/
EG dienen oude elektrische apparaten gescheiden
te worden ingezameld en op milieuvriendelijke wij-
ze te worden afgevoerd.
10 Garantie
Voor onze toestellen verlenen we op materiaal- of
productiefouten garantie conform de landspecifie-
ke wettelijke bepalingen, minstens echter 12
maanden. Binnen de lidstaten van de EU bedraagt
de garantietermijn 24 maanden (bewijs door reke-
ning of afleveringsbewijs). Schade door natuurlijke
slijtage, overbelasting, ondeskundige behandeling
of schade veroorzaakt door de gebruiker of door
gebruik ingaande tegen de aanwijzingen in de ge-
bruiksaanwijzing of schade die bij de aankoop be-
kend was, blijft uitgesloten van de garantie. Ook
schade die is terug te voeren op het gebruik van
niet-originele accessoires en verbruiksmaterialen
(bijv. schuurschijven) wordt niet in aanmerking ge-
nomen.
WAARSCHUWING
Ontoelaatbare spanning of frequentie!
Gevaar voor ongevallen
De netspanning en de frequentie van de stroom-
bron dienen met de gegevens op het typeplaatje
overeen te stemmen.
In Noord-Amerika mogen alleen Festool-machi-
nes met een spanningsopgave van 120 V/60 Hz
worden ingezet.