Operation Manual
Naslag 125
Not
f
or Comm
e
r
c
ia
l
Use
E
ricsson Mobile
Com
m
unic
a
t
i
ons A
B
Gebruikte terminologie op het display
De handset en het basisstation geven in sommige situaties hoorbare en
zichtbare signalen, zoals hieronder beschreven.
Handset
De handset geeft ook hoorbare belsignalen, alarmsignalen,
waarschuwingstonen en toetsklikken.
Toets Aan: toetsen geblokkeerd
Haak Aan: handset is “van de haak”.
Knippert: belsignaal van handset klinkt of een
verbinding wordt gemaakt.
Bericht Aan: antwoordapparaat aan.
Knippert: berichten op het antwoordapparaat.
Knippert snel: nieuw bericht ontvangen op het
antwoordapparaat of in de voicemailbox.
Gespreksinfo Aan: nieuw onbeantwoord gegeven in de lijst van
bellers.
Batterij Aan: batterij opgeladen; blokjes geven het
batterijniveau aan.
Flitsen: batterij bijna leeg.
Knippert snel: de blokjes knipperen opeenvolgend;
de batterij wordt opgeladen. De stilstaande blokjes
geven het batterijniveau aan.
Term Betekenis
AC Authenticatiecode.
DTMF Dubbel toon multifrequentie, voor het kiezen.
IPEI International portable part equipment identity,
unieke identiteit die door de fabrikant is toegewezen
aan uw handset.
PARI Primary acces rights identity, unieke identiteit die
door de fabrikant is toegewezen aan uw
basisstation.
PIN Persoonlijk identificatienummer voor veiligheid.
SIGNALEN
Signaal Betekenis
Rood
waarschuwingslampje
Inkomend gesprek.
Er wacht een bericht.
Batterij bijna leeg.
Handset buiten bereik of niet aangesloten.
Babyfoonverbinding onderbroken.
Symbolen Betekenis (vervolg)










