Operation Manual
Verbinding met een netwerk voorbereiden
Informatie over de verbindingsinstelling verzamelen
Voor elke netwerkverbinding moet u een IP-adres, gatewayadres, enz. hebben. Controleer vooraf het volgende.
Divisies Items Opmerking
Apparaatverbindingsm
ethode
❏ Ethernet
❏ Wi-Fi
Gebruik een STP-kabel (Shielded Twisted Pair) van categorie 5e of
hoger voor Ethernet-verbindingen.
Informatie over LAN-
verbinding
❏ IP-adres
❏ Subnetmasker
❏ Standaardgateway
Als u het IP-adres automatisch instelt met de DHCP-functie van de
router, is dit niet vereist.
Informatie over Wi-Fi-
verbinding
❏ SSID
❏ Wachtwoord
De volgende worden ondersteund:
❏ Compatibel met: 802.11b/g/n
❏ Wi-Fi-beveiliging: WEP (64/128 bit), WPA-2PSK (AES), WPA2-
Enterprise
DNS-serverinformatie ❏ IP-adres voor
primaire DNS
❏ IP-adres voor
secondaire DNS
In elk van de volgende gevallen congureert u de DNS-server.
❏ U gebruikt een statisch IP-adres.
❏ Het is niet mogelijk de DNS-server automatisch toe te wijzen
omdat het IP-adres automatisch wordt toegewezen met de DHCP-
functie.
Proxyserverinformatie ❏ Proxyservernaam
❏ Poortnummer
Congureer wanneer u een proxyserver gebruikt voor de
internetverbinding en wanneer u de Epson Connect-service of de
automatische updatefunctie van de rmware gebruikt.
Printer specicaties
De specicatie die de printer standaard ondersteunt of de verbindingsmodus, zie de Gebruikershandleiding.
Poortnummer gebruiken
Zie "Bijlage" voor het poortnummer dat de printer gebruikt.
Gerelateerde informatie
& “Poort voor de printer gebruiken” op pagina 85
Type IP-adrestoewijzing
Er zijn twee typen voor het toewijzen van een IP-adres aan de printer.
Beheerdershandleiding
Voorbereiding
14










