Operation Manual
5. Gebruik uw computer om de pincode (acht cijfers) die op het bedieningspaneel van de printer wordt
weergegeven in te voeren in de draadloze router. U hebt hier twee minuten de tijd voor.
Opmerking:
Raadpleeg de documentatie van de draadloze router voor meer informatie over het invoeren van een pincode.
6. Tik op Start installatie.
7. Sluit het scherm.
Het scherm sluit automatisch na een vastgestelde tijd als u niet Sluiten selecteert.
Opmerking:
Als de verbinding mislukt, start dan de draadloze router opnieuw, zet deze dichter bij de printer en probeer het nog een
keer. Als het nog steeds niet werkt, druk dan een verbindingsrapport af en controleer de oplossing.
8. Sluit het scherm met instellingen voor de netwerkverbinding.
Gerelateerde informatie
& “De status van de netwerkverbinding controleren” op pagina 118
& “Wanneer u de netwerkinstellingen niet kunt
congureren
” op pagina 273
Geavanceerde netwerkinstellingen maken
U kunt de naam van het netwerkapparaat, TCP/IP-instellingen, de proxyserver enzovoort aanpassen.Controleer de
netwerkomgeving voordat u wijzigingen aanbrengt.
1.
Selecteer Instel. op het startscherm.
2. Selecteer Algemene instellingen > Netwerkinstellingen > Geavanceerd.
3. Selecteer het menu-item dat u wilt congureren en selecteer vervolgens de waarden of geef deze op.
Gerelateerde informatie
& “Items voor Geavanceerde netwerkinstellingen congureren” op pagina 116
Items voor Geavanceerde netwerkinstellingen congureren
Selecteer het menu-item dat u wilt congureren en selecteer vervolgens de waarden of geef deze op.
❏ Apparaatnaam
U kunt de volgende tekens gebruiken.
❏ Tekenlimiet: 2 t/m 15 (u moet minstens 2 tekens invoeren)
❏ Toegestane tekens: A t/m Z, a t/m z, 0 t/m 9, -.
❏ Tekens die u niet bovenaan kunt gebruiken: 0 t/m 9.
❏ Tekens die u niet onderaan kunt gebruiken: -
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
116










