Operation Manual

Table Of Contents
1.
Tik op het startscherm op
.
2. Selecteer Wi - Fi ( a a n b e v ol en ).
Als de printer al is verbonden via Ethernet, selecteert u Router.
3. Tik op Start de instelling.
Als de netwerkverbinding al is ingesteld, worden de verbindingsdetails weergegeven. Tik op Instellingen
wijzigen om de instellingen te wijzigen.
Als de printer al is verbonden via Ethernet, tikt u op Wij z i g n a a r Wi - F i - ve r b in d i n g . en selecteert u vervolgens
Ja nadat u het bericht hebt gecontroleerd.
4. Selecteer Instellen met drukknop (WPS).
5. Houd de [WPS]-knop ingedrukt op de draadloze router tot het beveiligingslampje knippert.
Als u niet weet waar de [WPS]-knop zit, of als de draadloze router geen knoppen
hee,
raadpleeg dan de
documentatie van de draadloze router voor meer informatie.
6. Tik op Start installatie op de printer.
7. Sluit het scherm.
Het scherm sluit automatisch na een vastgestelde tijd.
Opmerking:
Als de verbinding mislukt, start dan de draadloze router opnieuw, zet deze dichter bij de printer en probeer het nog een
keer. Als het nog steeds niet werkt, druk dan een netwerkverbindingsrapport af en controleer de oplossing.
8. Sluit het scherm Netwerkverb.inst..
Gerelateerde informatie
& De status van de netwerkverbinding controleren” op pagina 41
& Wanneer u de netwerkinstellingen niet kunt congureren” op pagina 215
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
37