Operation Manual

61
Bijlage
Als u de externe video- of computermodus gebruikt
Als dit gebeurt Controleert u dit Zie pagina
Er verschijnt geen beeld Is de aangesloten apparatuur aangezet?
Schakel de aangesloten apparatuur in of start het afspelen. Dit is
afhankelijk van de aangesloten apparatuur.
sp. 42
Als u zowel op de ingangspoort S-Video als Video een signaal hebt
aangesloten, wordt alleen het signaal van de ingangspoort S-Video
ontvangen. Als u het signaal wilt gebruiken dat afkomstig is van de
ingangspoort Video, dient u de kabel uit de ingangspoort S-Video te
verwijderen.
-
‘Signal not supported’
(Signaal niet ondersteund)
wordt weergegeven
Als externe videoapparatuur is aangesloten
Als het projecteren niet lukt als het videosignaal in het menu
Information (Informatie) opAuto’ (Automatisch) is gezet, kies dan
handmatig het juiste signaal voor de aangesloten apparatuur.
sp. 57
Wanneer een computer is aangesloten
Zijn de resolutie en vernieuwingsfrequentie voor het beeldsignaal
geschikt voor de projector?
Gebruik de handleiding van de computer en andere bronnen om de
resolutie en vernieuwingsfrequentie te controleren en te wijzigen
voor het beeldsignaal dat wordt uitgevoerd door de computer.
sp. 68
‘No signal’ (Geen signaal)
wordt weergegeven
Zijn de kabels goed aangesloten? sp. 39, 40
Is de aangesloten apparatuur aangezet?
Zet de aangesloten apparatuur aan. Druk op de knop voor afspelen op
de aangesloten videoapparatuur.
sp. 42
Is een laptop of een computer met ingebouwd LCD-scherm
aangesloten?
Wijzig de uitvoerbestemming van het beeldsignaal vanaf de computer.
sp. 42
Druk op om naar DVD over te schakelen.
sp. 42
Het signaal is vervormd Als u een verlengsnoer gebruikt, kan dat een negatieve invloed hebben
op het signaal. Gebruik speciale versterkingsapparatuur.
-
Is de resolutie van het beeldsignaal van de computer geschikt voor de
projector?
Gebruik de handleiding van de computer en andere bronnen om de
resolutie te controleren en te wijzigen voor het beeldsignaal dat wordt
uitgevoerd door de computer.
sp. 68
Druk op de knop op de afstandsbediening als het geprojecteerde
computerbeeld storing of flikkeringen vertoont. “Running Auto
Setup…” (Automatisch instellen wordt uitgevoerd) wordt
weergegeven en synchronisatie, tracking en positie worden
automatisch aangepast.
-
Beeld is afgekapt (groot) of
klein
De projector herkent en projecteert de beeldverhouding van het
ingevoerde signaal automatisch. Als de beeldverhouding niet juist
wordt geprojecteerd, drukt u op en selecteert u de geschikte
beeldverhouding voor het ingevoerde signaal.
sp. 36
Druk op de knop op de afstandsbediening als een deel van het
geprojecteerde computerbeeld niet wordt weergegeven. “Running
Auto Setup…” (Automatisch instellen wordt uitgevoerd) wordt
weergegeven en synchronisatie, tracking en positie worden
automatisch aangepast.
-
De beeldkleuren zijn niet
juist
Kies in het menu ‘Information’ (Informatie) het geschikte
signaalformaat voor de aangesloten apparatuur.
sp. 57
Bewegende beelden die
worden afgespeeld door de
computer worden zwart
Stel het beeldsignaal van de computer in op alleen externe uitvoer.
s Controleer de gebruikershandleiding bij de computer voor meer
informatie of vraag de fabrikant van de computer om informatie.
-