Operation Manual
De projector op een netwerk gebruiken
73
d
Selecteer Basis en stel daarna indien nodig het volgende in.
•
Onder project.Naam kunt u een naam invoeren van maximaal 16 alfanumerieke tekens om de projector te
identificeren via het netwerk.
•
Wachtwoord PJLink: Stel een wachtwoord in om te gebruiken wanneer u de projector met compatibele
PJLink-software aanstuurt. U kunt maximaal 32 enkelbyte alfanumerieke tekens invoeren.
•
Wachtwoord Remote: Stel een wachtwoord in om te gebruiken wanneer u de projector vanaf een smartphone
of een tablet bedient. U kunt maximaal 8 alfanumerieke single-byte tekens invoeren.
•
LAN-info weergeven: Stel het weergaveformaat in voor de netwerkinformatie van de projector.
c
Gebruik het weergegeven toetsenbord voor het invoeren van de naam, de wachtwoorden en
het trefwoord. Druk op de
knoppen op de afstandsbediening om tekens
te markeren en druk vervolgens op de
knop om ze in te voeren.
e
Selecteer Draadloos LAN en druk vervolgens op de knop .
f
Selecteer de instelling Aansluitmodus.
•
Snel: Laat u snel verbinding maken met een smartphone, tablet of computer. Ga naar stap 10 wanneer u
Snel selecteert.
•
Geavanceerd: Biedt u de mogelijkheid meerdere smartphones, tablets of computers te verbinden via het
toegangspunt van een draadloos netwerk. Ga naar stap 7 wanneer u Geavanceerd selecteert.
g
Selecteer Netwerkconfiguratie - Draadloos LAN - Toegangspunt zoeken om het
toegangspunt waarmee u verbinding wilt maken te selecteren.
c
Als u de SSID handmatig moet toewijzen, selecteert u SSID om de SSID in te voeren.