Operation Manual
Het beeld bijstellen
34
Absolute kleuraanpassingen
De tint, verzadiging en helderheid aanpassen
U kunt de tint, verzadiging en helderheid aanpassen voor elk van de kleuren R (rood), G (groen), B (blauw), C
(cyaan), M (magenta) en Y (geel) afzonderlijk.
Tint
Hiermee wijzigt u de algehele kleur van het beeld (blauw, groen of rood).
Verzadiging
Hiermee wijzigt u de algehele levendigheid van het beeld.
Helderheid
Hiermee wijzigt u de algehele helderheid van de kleuren van het beeld.
a
Druk op de knop .
c
U kunt instellingen opgeven in het
configuratiemenu.
s
Beeld -
Geavanceerd -
RGBCMY pag.48
b
Druk op de knoppen om
de kleur te selecteren die u wilt
aanpassen en druk vervolgens op de
knop
om de selectie te bevestigen.
c
Druk op de knoppen om
Tint, Verzadiging of Helderheid te
selecteren.
d
Breng wijzigingen aan met de
knoppen
.
Druk op de knop als u nog een kleur wilt
wijzigen.
Druk op de knop
om de instellingen
terug te zetten op de standaardwaarden.
e
Druk op de knop om het menu af
te sluiten.
RGB aanpassen (Verschuiving/Versterking)
U kunt de helderheid van het beeld meer specifiek aanpassen door de donkere delen (Verschuiving) en de
lichte delen (Versterking) aan te passen voor de specifieke kleuren R (rood), G (groen) en B (blauw). Naar
rechts (positief) is helderder en naar links (negatief) is donkerder.
Verschuiving
Wanneer u het beeld lichter maakt, komen meer details tot uiting in de donkere delen. Wan‐
neer u het beeld donkerder maakt, komt het beeld voller over. Details in de donkere delen
zijn echter moeilijker zichtbaar.
Versterking
Wanneer u het beeld lichter maakt, worden de lichte delen witter en gaan details verloren.
Wanneer u het beeld donkerder maakt, komen meer details tot uiting in de lichte delen.