Installation Instructions

GebruikershandleidingZijwaartse sectionale deur
Bedieningsinstructies 9
4. Bedieningsinstructies
4.1 Eerste gebruik
4.1.1 Functietest
Voer eerst een functietest uit. Controleer of de deur probleemloos open- en dichtgaat.
4.1.2 Openen / sluiten
Controleer de instellingen en wijzig ze indien nodig.
De hendel mag geen speling hebben. Trek de kabel onder de afdekking van het binnenslot zo nodig aan.
4.2 Bediening
Het niet in acht nemen van de passende voorzorgsmaatregelen bij het bedienen van de zijwaartse
sectionale deur kan leiden tot personenletsels of materiële schade.
4.2.1 Neem de basisveiligheidsregels in acht
Bij het bedienen van de deur moet het gehele deurbereik vrij zijn.
Houd kinderen uit de buurt van de deur!
Maak altijd gebruik van de hendels bij het handmatig bedienen van de deur.
Bij het openen van de deur moet het deurblad zover mogelijk verplaatst worden en moet u wachten tot de deur
tot stilstand is gekomen.
Bij het sluiten van de deur moet de vergrendeling compleet inrasten.
Bedien de zijwaartse sectionale deur niet wanneer één van de veiligheidsvoorzieningen ontbreekt of defect is.
4.2.2 Vergrendeling
Ontgrendel de deur altijd voordat u hem opent.
Ontgrendel de deur door de buitenknop tegen de klok in of de binnenvergrendeling naar rechts te draaien. Het is
mogelijk de deur continu ontgrendeld te laten.
Vergrendel de deur door de buitenknop met de klok mee of de binnenvergrendeling naar links te draaien.
4.3 Onderhoud
Wanneer de deur traag wordt, moet u controleren of de bodemrunners vuil zijn en de vergrendeling goed
functioneert.
Reinig en smeer de bewegende onderdelen.
Bedien de deur alleen als alle onderdelen goed functioneren. Herstel een eventueel defect onmiddellijk of neem
contact op met uw servicepartner of dealer.
4.4 Probleemoplossing
Controleer om de zes maanden of alle deurbevestigingen stevig vastzitten en vervang ze indien nodig.
Smeer de cilinder van het slot elke zes maanden uitsluitend met grafietpoeder.
Reinig de bodemrunners regelmatig.
Maak de deursecties regelmatig schoon. Maak geen gebruik van agressieve, verdunnende of bijtende
schoonmaakmiddelen.
Reinig en smeer bewegende onderdelen om de zes maanden.
Zorg dat de bewegende oppervlakken van de wieltjes beschermd zijn tegen vuil, vet en vreemde voorwerpen.
Vreemde voorwerpen of vetten mogen niet in het slot binnendringen.
Reinig alle afdichtingen om de zes maanden en behandel ze met een daartoe bestemd verzorgingsproduct.