Operation Manual

NL
>> het kiezen en instellen van de programmas >> 261
instelt, slaat de computer het instellen van trainingsafstand automatisch over.
Wanneer u geen trainingstijd instelt, kunt u de trainingsafstand instellen.
• Draait u aan het keuzewiel tot het scherm de gewenste trainingstijd toont.
Bevestig de instelling door op het keuzewiel te drukken.
Calorieën (CAL):
heeft u de trainingstijd of de trainingsafstand ingesteld, dan
k
nippert de caloriewaarde (CAL).
• Draait u aan het keuzewiel tot het scherm het aantal calorieën toont dat u
wilt v
erbruiken. Bevestig de instelling door op het keuzewiel te drukken.
Leeftijd (AGE): heeft u het aantal calorieën ingesteld, dan knippert de
leef
tijdswaarde (AGE).
• Draait u aan het keuzewiel tot uw leeftijd wordt getoond. Bevestig de instel
-
ling door op het k
euzewiel te drukken.
Het intensiteitsproel – de tijd-/weerstandssegmenten (1 – 10): Wan-
neer u uw leeftijd heeft ingesteld, toont het scherm de tijd-/weerstandsseg-
ment
en. Het eerste weerstandssegment knippert.
• Draait u aan het keuzewiel tot het gewenste intensiteitsniveau is bereikt.
Bevestig de instelling door op het keuzewiel te drukken.
• Het scherm toont het volgende tijdssegment. Herhaal dezelfde procedure
voor alle tijdssegmenten.
Start de training
Wanneer u klaar bent met instellen, knippert op het scherm het programma.
Door op de functieknop ST/SP te drukken start het trainingsprogramma en
k
unt u met de training beginnen.
Het trainingsprogramma start met het weerstandsniveau 6 bij alle tijdsseg-
ment
en.
U kunt de weerstand 5 treden verlagen en 10 treden verhogen.
Gebruikersprogramma (P 13)
Eigenschappen van het programma
• Met het gebruikersprogramma kunt u uw eigen trainingsprogramma met
int
ensiteitsprofiel samenstellen. Voor alle 10 de tijdssegmenten kan de
intensiteit worden ingesteld.
• U kunt de trainingstijd, de trainingsafstand en het aantal calorieën instellen.
• De computer berekent aan de hand van de opgegeven leeftijd de voor u
optimale doelhar
tslag en toont deze voortdurend op het scherm. Houd uw
hartslag op peil door de intensiteit van de training aan te passen.
• De intensiteit van de training kunt u instellen door de weerstand te verho-
gen/v
erlagen of door de trapfrequentie te verhogen.
Selectie
Draait u aan het k
euzewiel tot PROGRAM 13 wordt getoond. Bevestig de
selectie door op het keuzewiel te drukken.
Instellingen
T
rainingstijd (TIME)/trainingsafstand (DIST): wanneer u PROGRAM 13
selec
teert, knippert op het scherm de trainingstijd (TIME). Nu kunt u de
trainingstijd of de trainingsafstand (DIST) instellen. Wanneer u de trainingstijd
S T O P PROGRAM
L E V E L
T I M E S P E E D
K P H A G E
D I S T C A L H E A R T R A T E