Operation Manual

brandspiritus behandelen. Behandel evt.
achtergebleven sporen met bleekmiddel.
Rode wijn: laten inweken in water en was-
middel, uitspoelen en behandelen met azijn-
zuur of citroenzuur, vervolgens uitspoelen.
Behandel evt. achtergebleven sporen met
bleekmiddel.
Inkt: bevochtig de stof afhankelijk van het
type inkt eerst met aceton
1)
en dan met
azijnzuur; behandel evt. achtergebleven spo-
ren op wit textiel met bleekmiddel; daarna
grondig uitspoelen.
Teervlekken: eerst behandelen met vlek-
kenverwijderaar, brandspiritus of wasbenzi-
ne, vervolgens inwrijven met reinigingspasta.
Wasmiddelen en
nabehandelingsmiddelen
Een goed wasresultaat is ook afhankelijk van
de keuze van het wasmiddel en het gebruik
van de juiste hoeveelheden om verspilling te
voorkomen en het milieu te sparen.
Ofschoon zij biologisch afbreekbaar zijn be-
vatten wasmiddelen stoffen die - in grote
hoeveelheden - de broze balans van de na-
tuur kunnen verstoren.
De keuze van het wasmiddel hangt af van het
type stof (fijne was, wol, katoen, enz.), de
kleur, wastemperatuur en de mate van ver-
vuiling.
Alle in de handel verkrijgbare machinewas-
middelen kunnen in deze machine worden
gebruikt:
waspoeder voor alle soorten weefsels
waspoeder voor tere weefsels (60°C max)
en wol
vloeibare wasmiddelen, bij voorkeur voor
wasprogramma's op lage temperatuur
(60°C max) voor alle soorten weefsels, of
speciaal voor alleen wol.
De wasmiddelen en nabehandelingsmidde-
len moeten in het juiste vakje van de was-
middellade worden gedaan voordat het was-
programma wordt gestart.
Als gebruik wordt gemaakt van vloeibaar
wasmiddel, dient een programma zonder
voorwas te worden gekozen.
De wasautomaat is uitgerust met een recir-
culatiesysteem dat een optimaal gebruik van
geconcentreerd wasmiddel mogelijk maakt.
Volg de aanbevelingen van de fabrikant op
voor wat betreft de te gebruiken hoeveelhe-
den en overschrijd het "MAX" teken in de
wasmiddellade niet .
Graden van waterhardheid
De hardheid van water wordt geclassificeerd
in zogenaamde hardheidsgraden. Informatie
over de hardheid van het water in uw omge-
ving kan worden verkregen bij het desbetref-
fende waterleidingbedrijf.
Een waterontharder moet worden toe-
gevoegd als het water een gemiddeld-
hoge hardheidsgraad heeft (vanaf hard-
heidsgraad II). Volg de instructies van de
fabrikant op. De hoeveelheid wasmiddel
kan altijd worden aangepast aan de
hardheidsgraad I (=zacht).
Niveau Kenmerk
Graden van water-
hardheid
Duits °dH Frans
°T.H
1 zacht 0-7 0-15
2 gemiddel-
de
8-14 16-25
3 hard 15-21 26-37
4 erg hard > 21 > 37
Tips voor het drogen
De droogcyclus voorbereiden
De droger werkt op het principe van con-
densatie.
Daarom moet de waterkraan open staan
en moet de afvoerslang, ook gedurende
de droogcyclus, in een gootsteen of een
afvoerpijp geplaatst zijn.
Belangrijk!
Voordat u het droogprogramma start, moet
u de hoeveelheid gewassen artikelen vermin-
deren, teneinde goede resultaten te verkrij-
gen.
Wasgoed dat niet geschikt is voor de
droger
Bijzonder tere artikelen zoals synthetische
gordijnen, wol en zijde, kleding met meta-
len onderdelen, nylon kousen, omvangrij-
ke kledingstukken zoals anoraks, spreien,
gewatteerde dekens, slaapzakken en dek-
electrolux 15