Certifications 2

Datum herziening: 23-8-2018 Herziening: 1
Ultrasolve
Advies inzake algemene
beroepsmatige hygiëne
Was onmiddellijk als de huid wordt besmet. Verontreinigde kleding uittrekken. Verontreinigde
kleding wassen alvorens deze opnieuw te gebruiken. Niet eten, drinken of roken tijdens het
gebruik van dit product. Was aan het einde van iedere werkperiode en voor eten, roken en
toiletgebruik. Wissel werkkleding dagelijks voor het verlaten van de werkplek.
7.2. Voorwaarden voor een veilige opslag, met inbegrip van incompatibele producten
Opslag voorzorgsmaatregelen Gescheiden opslaan van stoffen waarmee contact vermeden dient te worden (zie Sectie 10).
In overeenstemming met lokale regelgeving bewaren. Verwijderd houden van oxiderende
materialen, hitte en vlammen. Uitsluitend in de oorspronkelijke verpakking bewaren. Gesloten
verpakking op een koele en goed geventileerde plaats bewaren. Houd verpakkingen rechtop.
Bescherm verpakkingen tegen beschadiging. Tegen zonlicht beschermen. Niet opslaan in de
buurt van warmtebronnen of blootstellen aan hoge temperaturen. Niet blootstellen aan
temperaturen boven 50°C/122°F. Omwal (bund) opslagfaciliteiten om bodem- en
waterverontreiniging in geval van lekkage te voorkomen. De vloer van het opslag gebied moet
lekdicht, voegloos en niet absorberend zijn.
Opslag klasse Gemengde gevaarlijke stoffen opslag.
7.3. Specifiek eindgebruik
Specifiek eindgebruik De geïdentificeerde toepassingen voor dit product worden beschreven in paragraaf 1.2.
RUBRIEK 8: Maatregelen ter beheersing van blootstelling/persoonlijke bescherming
8.1. Controleparameters
Grenswaarden voor beroepsmatige blootstelling
Cyclohexaan
Langdurige blootstelling (8 uur TGG): 700 mg/m³
Kortdurende blootstelling (15 minuten): 1400 mg/m³
1-Methoxypropaan-2-ol
Langdurige blootstelling (8 uur TGG): 375 mg/m³
Kortdurende blootstelling (15 minuten): 563 mg/m³
H
Carbon Dioxide
Langdurige blootstelling (8 uur TGG): 9000 mg/m³
H = Huidopname.
8.2. Maatregelen ter beheersing van blootstelling
Beschermde uitrusting
Passende technische
maatregelen
Zorg voor adequate ventilatie. Persoonsgebonden, werkomgeving of biologische monitoring
kan vereist zijn om de effectiviteit van de ventilatie of van andere controlemaatregelen en/of
de noodzaak van het gebruik van ademhalingsbeschermingsmiddelen te bepalen. Gebruik
gesloten installaties, lokale afzuiging of andere technische controlemiddelen als het
belangrijkste middel zijn om medewerker blootstelling te minimaliseren. Persoonlijke
beschermingsmiddelen mogen alleen worden gebruikt indien blootstelling van de werknemer
niet afdoende kan worden gecontroleerd door technische controlemaatregelen. Stel zeker dat
controlemaatregelen regelmatig geïnspecteerd en onderhouden worden. Stel zeker dat
operators zijn getraind om blootstelling te minimaliseren.
6/
18