Operation Manual

Menü: Solar
43
Impuls/1Liter*
10
10
l
Impuls/2Liter*
10
20
l
Impuls/5,0Liter*
10
5
l
Sensorcorrectie
Hier kan men de beide sensoren van de
opbrengstmeting (B63 en B64) op el-
kaar afstemmen.
Regelnr. Bedieningsregel Fabrieksinstelling
3896 Correctie aanv.opn. zonnep. 0 °C
3897 Correctie ret.opn. zonnep. 0 °C
Regelnr. Bedieningsregel Fabrieksinstelling
3880
Antivriesmiddel
Geen
Ethyleen glycool
Propyleen glykool
Ethyl en propyl glyc
Geen
(Propylenglykol bei Antifrogen SOL
HT)
3881 Antivries concentratie 30%
(71% bei Antifrogen SOL HT)
Regelnr. Bedieningsregel Fabrieksinstelling
3884 Pomp capaciteit 200 l/h
Voorbeelden:
Impulswaarde opbrengst
Met de beide parameters
(bedieningsregels 3888 en 3889) kan
men de waarde van een impuls als een
breuk invoeren.
B63 Zonne-heengsensor
B64 Zonne-retoursensor
Imp doorstroommeter (impulsgever)
Regelnr. Bedieningsregel Fabrieksinstelling
3887 Puls eenheid opbrengst
Geen
kWh
Liter
Geen
3888 Puls wrde opbrengst teller 10
3889 Puls wrde opbrengst noemer 10
Regelnr. Bedieningsregel Fabrieksinstelling
3886 Puls teller opbrengst Geen
Regelnr. Bedieningsregel Fabrieksinstelling
3891 Debietmeting opbrengst Geen
Opbrengstmeting
De zonneregelaar is voorzien van een
functie voor de meting van de energieop-
brengst. Met behulp van de gemeten
temperaturen en deinstallatiedoorstroom
(gemeten ofparametriseerd) wordt de
dag- entotaalopbrengst van de zonnein-
stallatie berekend. Deze wordt in de
bedieningsregel 8526 en 8527 of in het
infomenu aangegeven.
Antivorstmiddel
Omdat de mengverhouding van de
collectorvloeistof de warmteoverdracht
beinvloedt, moeten voor de
opbrengstmeting het gebruik van het
betr. antivorstmiddel en de concentratie
daarvan worden ingevoerd.
Voor de opbrengstmeting zijn er
twee procedures beschikbaar:
1. Met vaste pompdoorstroming
In bedieningsregel 3884 kan een
eerder gemeten pompdoorstroming
(liter/uur) worden ingevoerd. De
doorstroming wordt met deze waarde
en de pomplooptijd berekend
Hierbij mag de toerentalsturing van de
collectorpomp niet geactiveerd zijn.
2. Met doorstroommeter
Aan de ingang H1 van de
zonneregelaar kan een
doorstroommeter met potentiaalvrije
impulsgever worden aangesloten.
Impulseenheid opbrengst
Legt de eenheid per impuls
vast:Geen: De impulsmeting isge-
disactiveerd.
kWh: De impulsen worden direct
alsenergieopbrengst opgeteld.
Hier isgeen sensor voor nodig.
Liter: De impulsen komen overe-
enmet de installatiedoorstroom in
liters.Deze wordt met de geme-
tenheengaande/
retourtemperaturen vande re-
gelaar omgerekend en bij deener-
gieopbrengst geteld.
Debietmeting opbrengst
In plaats van de puls te tellen kan de
stroom te meten met een aangesloten op
Hx flowsensor (0-10V).
3887*
3889
3888
* BZ
BZ
BZ
eenheid
noemer
teller