Installation Instructions
42
Thermostaatfuncties (E 3 - 7)
STH2
Keuze van de sensoringang (TH2) voor
de tweede thermostaatfunctie.
No 5
STH2 (numerieke waarde) instelbaar
van 0 .. 10; voorinstelling STH2 = 0.
0 = De tweede thermostaatfunctie is
niet geactiveerd.
De instelling van de waarden RTH2,
ETH2, ATH2 en de schakeltijd-
invoerwaarde voor het Schakelklok-
kanaal CH5 worden onderdrukt.
1 .. 10 = sensor S1
S2 .. S10 als meetingang gekozen.
Het nummer van een nog vrij
beschikbare sensor wordt door
knipperende onderstreping gemarkeerd,
hier bijv. sensor S2:
Is de uitgekozen sensor reeds met een
andere functie verbonden, dan krijgt het
betreffende aangegeven nummer
haken, bijv. sensor S1:
RTH2
Keuze van de relaisuitgang voor de
tweede thermostaatfunctie.
No 6
RTH2 (numerieke waarde)
instelbaar van 1 .. 6;
Voorinstelling: RTH2 = 0
(bijv. als RTH1 = 6 werkt de eerste
thermostaatfunctie op de relaisuitgang
K6)
ETH2
Inschakeltemperatuur voor de tweede
thermostaatfunctie.
No 7
ETH2 instelbaar van 10 .. 127°C;
Voorinstelling: 40°C.
ATH2
Uitschakeltemperatuur voor de tweede
thermostaatfunctie.
No 8
ATH2 instelbaar van 10 .. 127°C;
Voorinstelling: 45°C.
Relaisuitgang AAN:
(TH2 >= ETH2) en CH5
Relaisuitgang UIT:
(TH2 <= ATH2) of CH5
De tweede thermostaatfunctie is
toegewezen aan Schakelklok-kanaal
CH5. Is geen schakeltijd
geprogrammeerd, dan geldt contact
CH5 als gesloten (dwz. dat de functie
24 uur per dag beschikbaar is).