User Manual

NLNL
- 45 -
ven om, monteer de gewenste aanbouwset en
stel het apparaat in al naargelang uw behoeften.
In- / Uitschakelen
Inschakelen
•
Kettingzaag met beide handen aan de grepen
vasthouden (duim onder het extra handvat).
•
Beveiliging tegen onbedoeld inschakelen (fig.
3, pos. 4) naar voor schuiven en vasthouden.
•
Apparaat met de Aan/Uit-schakelaar (fig. 3,
pos. 3) inschakelen. Nu kan de inschakelbe-
veiliging weer worden losgelaten.
Uitschakelen
Aan/Uit-schakelaar (g. 3, pos. 3) loslaten.
7. Werken met de aanbouwset voor
de heggenschaar
•
Controleer de werking van de snoeimessen.
De aan weerskanten snijdende messen zijn
contraroterend en garanderen daardoor een
hoog snoeivermogen en een rustige loop.
•
Zorg ervoor dat u stevig staat en houd het
apparaat met beide handen en op afstand
van het eigen lichaam goed vast. Controleer
alvorens het in te schakelen of het apparaat
geen voorwerpen raakt.
Werkinstructies
•
Behalve voor heggen kan een heggenschaar
ook voor het snoeien van struiken en hees-
ters worden ingezet.
•
Het beste snijvermogen wordt bereikt als u de
heggenschaar zo leidt, dat de tanden van de
messen in een hoek van ca. 15° naar de heg
zijn gericht (zie fig. 17).
•
De aan weerskanten snijdende, contrarote-
rende messen maken het snoeien in beide
richtingen mogelijk (zie fig. 18).
•
Om de haag gelijkmatig hoog te snoeien valt
het aan te raden om een draad als richtsnoer
langs de rand van de haag te spannen. De
uitstekende takken worden afgesneden (zie
fig. 19/20).
•
De zijvlakken van een haag worden gesnoeid
met boogvormige bewegingen van beneden
naar boven (zie fig. 21).
8. Reiniging, onderhoud en
bestellen van wisselstukken
Gevaar!
Verwijder vóór alle schoonmaak- en onderhouds-
werkzaamheden de accupack.
8.1 Reiniging
•
Maak het spanmechanisme regelmatig door
uitblazen met perslucht of met een borstel
schoon. Gebruik voor het schoonmaken geen
gereedschappen.
•
Hou de handgrepen vrij van olie zodat u altijd
een veilige houvast hebt.
•
Dompel het apparaat om het schoon te
maken in geen geval in water of andere vlo-
eistoffen.
•
Verwijder afzettingen aan de beschermafdek-
kingen met een borstel.
•
Hou de veiligheidsinrichtingen, de ventila-
tiespleten en het motorhuis zo veel mogelijk
vrij van stof en vuil. Wrijf het toestel met een
schone doek af of blaas het met perslucht bij
lage druk schoon.
•
Het is aan te bevelen het toestel direct na elk
gebruik te reinigen.
•
Reinig het toestel regelmatig met een vochti-
ge doek en wat zachte zeep. Gebruik geen
reinigings- of oplosmiddelen; die zouden de
kunststofcomponenten van het toestel kun-
nen aantasten. Let er goed op dat geen water
in het toestel terechtkomt. Door binnendrin-
gen van water in een elektrische apparatuur
verhoogt het risico van een elektrische schok.
8.2 Onderhoud
De messen moeten regelmatig worden schoon-
gemaakt en gesmeerd om steeds het beste
snoei-eect te bereiken. Verwijder de afzettingen
met een borstel en breng een dunne olielm aan
(g. 22).
8.3 Bestellen van wisselstukken:
Gelieve bij het bestellen van wisselstukken vol-
gende gegevens te vermelden:
•
Type van het toestel
•
Artikelnummer van het toestel
•
Ident-nummer van het toestel
•
Wisselstuknummer van het benodigd stuk
Actuele prijzen en info vindt u terug onder
www.Einhell-Service.com
Voor een deskundige verzending verzoeken
wij u contact op te nemen met onze klan-
tendienst of het verkooppunt waar u het ap-
paraat heeft aangekocht.
Zorg er bij de verzending of verwerking van
accu’s resp. het accu apparaat voor dat deze
afzonderlijk worden verpakt in plastic zakken,
om kortsluitingen en brand te vermijden!
In het belang van een lange levensduur van de
accupack is het raadzaam om op tijd voor het
herladen van de accupack te zorgen. Dit is in elk
geval noodzakelijk, wanneer u vaststelt dat het
vermogen van het apparaat afneemt. Ontlaad de
accupack nooit helemaal. Dat leidt tot een defect
van de accupack!
5.11 Accu-capaciteitsindicatie (afb. 16a)
Druk op de schakelaar voor accu-capaciteitsindi-
catie (A). De accu-capaciteitsindicatie (B) signa-
leert de laadtoestand van de accu aan de hand
van 3 LEDs.
Alle 3 LEDs branden:
De accu is vol geladen.
2 of 1 LED(s) branden:
De accu beschikt over voldoende restlading.
1 LED knippert:
De accu is leeg, laad de accu op.
Alle LEDs knipperen:
De temperatuur van de accu is te laag. Verwijder
de accu van het apparaat en laat de accu één
dag liggen bij ruimtetemperatuur. Als de fout
opnieuw optreedt, dan werd hij diep ontladen en
is hij defect. Neem de accu van het apparaat. Een
defecte accu mag niet meer gebruikt resp. gela-
den worden.
6. Bedrijf
Gelieve de wettelijke bepalingen inzake de veror-
dening voor de bestrijding van lawaaioverlast na
te leven, die plaatselijk kunnen verschillen.
Voorzichtig! Draag altijd een schouderriem bij
het werken. Schakel het apparaat altijd uit voordat
u de schouderriem losmaakt. Er bestaat verwon-
dingsgevaar.
Doe de schouderriem zoals hierboven beschre-
Anl_GE_HH_18_Li_T_SPK2.indb 45Anl_GE_HH_18_Li_T_SPK2.indb 45 19.02.2021 06:18:5319.02.2021 06:18:53










