Introductie Voor uw veiligheid bij het gebruik van de CD5425E zijn er waarschuwingssignalen in deze gebruiksaanwijzing en op de CD5425E gedrukt, zoals hieronder afgebeeld. Zij tonen hoe veilig en correct met het product dient te worden omgegaan om persoonlijk letsel en materiële schade te voorkomen. Alvorens het handboek door te lezen wordt u verzocht de belangrijke informatie in dit gedeelte goed door te lezen en eigen te maken.
Voor uw veiligheid bij het gebruik van de CD5425E WAARSCHUWING ● Gebruik het toestel niet als het defect is (display blijft donker of geen geluid). Dit kan brand of elektrische schokken veroorzaken. ● Vervang zekeringen altijd door nieuwe zekeringen met dezelfde capaciteit en kenmerken. Gebruik nooit een zekering met een hogere capaciteit. Een verkeerd type zekering kan brand of ernstige schade veroorzaken.
Introductie LET OP! ● Berg de afstandsbediening op waar hij niet aan direct zonlicht, hoge temperaturen en vochtigheid is blootgesteld. De behuizing kan vervormen en de batterijen kunnen openbarsten en lekken. ● Monteer deze apparatuur alleen in voertuigen. Montage op andere plaatsen kan letsel of elektrische schokken tot gevolg hebben. ● Let op de instelling van de volumeknop als u de "ON" knop bedient. Er kan gehoorbeschadiging ontstaan als de unit zeer hard staat wanneer hij wordt aangezet.
Inhoudsopgave Voor uw veiligheid bij het gebruik van de CD5425E .......................... 318 I Voorzorgsmaatregelen ............................................................. 326 II Benaming van bedieningstoetsen en onderdelen ................. 327 III Bediening van de CD-speler .................................................... 331 IV Bediening van de MP3-speler .................................................. 336 V Bediening van de tuner .................................................
Inhoudsopgave Voor uw veiligheid bij het gebruik van de CD5425E....................... 318 Voorzorgsmaatregelen ...................................................................... 326 Tips voor de bediening ............................................................................................... 326 Benaming van bedieningstoetsen en onderdelen .......................... 327 De voeding aan- en uitzetten......................................................................................
Inhoudsopgave Naar MP3-bestanden luisteren................................................................................... 339 Naar de volgende track (bestand) of terug naar het begin van de track (bestand) die speelt .................................................................................................................. 339 Naar de volgende of vorige map springen.................................................................. 340 Fast Forward/Rewind ..........................................
Inhoudsopgave CD's afspelen ............................................................................................................. 352 Diskmodussen wisselen....................................................................................... 352 Vooruit naar de volgende track (bestand) of terug naar het begin van de track (bestand) die speelt................................................................................... 352 Naar de volgende of vorige disk springen...............................
Inhoudsopgave Het displaycontrast instellen ............................................................ 367 Instellingen wijzigen met de Function modus................................. 368 De systeemgeluiden afzetten (bij bediening met de knoppen)................................... 368 Klok display aan/uit..................................................................................................... 369 Tijd instellen...................................................................................
Introductie Voorzorgsmaatregelen Tips voor de bediening • Zet voor een veilig gebruik de volumeknop op een zodanige stand, dat u geluiden van buitenaf nog horen kunt • Wij adviseren u bij deze speler CD's te gebruiken met het logo naar links. TEXT • U kunt voor deze speler alle typen CD's (CD-R/CD-RW) gebruiken. Verzeker u ervan goed gebrande CD's te gebruiken.
Benaming van bedieningstoetsen en onderdelen Benaming van bedieningstoetsen en onderdelen Front 1 2 34 5 6 78 9 II III ? F E Nr. Knop D C Naam/functie BA Nr. Knop 9 Naam/functie [Release] knop [CD (OPEN / EJECT)] knop Om het rechter gedeelte van het frontpaneel van de unit te verwijderen. Opent/sluit het frontpaneel en werpt de CD uit. [AUDIO CONTROL] knop [ Volumeregeling en andere functies. / ] knop Automatische radioontvangst of snel vooruit-/ terugspoelen.
Introductie Nr. Knop Naam/functie Nr. Knop Naam/functie [FM AM] knop In radiomodus schakelen en van zender wisselen. Knoppen [1] tot [6] [PWR] knop Voorkeuzetoetsen en diskmodus functies. Deck voeding ON/OFF (aan/ uit). [MUTE] knop Mute aan- of uitzetten. G Nr. Naam/functie CD gleuf Voor Compact Discs. LET OP! Plaats geen voorwerpen op het opengeklapte front en leun er niet op.
Benaming van bedieningstoetsen en onderdelen De voeding aan- en uitzetten ATTENTIE! Als de voeding (power) wordt aangezet, start de unit weer in dezelfde toestand als voor het uitzetten, wat betreft de radiozender of het afspelen van de cd bijvoorbeeld. Als de auto geen ACC positie in het contactslot heeft, let dan op bij het uitschakelen van de unit. Volg stap 2 of 3 voor het uitschakelen van de voeding. 1 Als de voeding uit staat, druk dan op de [PWR] knop. De voeding is nu aan (ON).
Introductie Afstandsbediening (optioneel) 1 7 2 8 3 9 4 ? 5 6 Nr. Knop A Naam/functie Nr. [PWR] knop Knop Naam/functie [MODE] knop Deck voeding ON/OFF (aan/ uit). Wisselt in de afspeelmodus. [TU] knop [DISC] knop Wisselt in de tunermodus. Wisselt in de diskmodus. [BAND] knop [AUX] knop Wisselt tussen de radiomodus en de diskmodus. Wisselt in de AUX-modus. [ [ ] knop ] knop Het volume verhogen. Het volume verlagen.
Bediening van de CD-speler Bediening van de CD-speler Over compact discs • De cd wordt door een laserstraaltje gelezen; het CD-oppervlak komt dus met niets in aanraking. Krassen op de cd of een kromme cd veroorzaken een slechte geluidskwaliteit of hebben tot gevolg dat de cd niet goed afgespeeld kan worden. Neem de volgende richtlijnen in acht om een goede geluidsweergave te waarborgen: III • Laat een uitgeworpen cd niet te lang in de opening zitten; hij kan kromtrekken.
Bediening Over CD accessoires • Gebruik geen accessoires (stabilisatoren, beschermende coatings, laserlenscleaners) of andere zgn. “geluidsverbeterende middelen” voor uw cd’s. Deze middelen veroorzaken een onregelmatig oppervlak op uw CD’s waardoor er afspeelproblemen kunnen ontstaan. • Plak geen ringvormige beschermingen of ander accessoires op uw cd’s. Deze accessoires zijn sinds enige tijd verkrijgbaar en heten de cd te kunnen beschermen en de geluidskwaliteit te kunnen verbeteren (antivibratie-effect).
Bediening van de CD-speler In de CD-afspeelmodus wisselen Druk eerst kort op de [DISC]-knop om in de diskmodus te wisselen. Er wordt verondersteld dat er al een CD in de unit zit. Naar CD luisteren 1 1 2 Druk op de [CD ] knop. Druk kort op de [DISC MS]-knop om naar de CD-spelermodus te wisselen. Het frontpaneel gaat open. De CD wordt afgespeeld. Als er al een disk in de speler zit, druk dan de [CD ]-knop om de CD uit te werpen.
Bediening Fast Forward/Rewind Snel afspelen of terugspoelen van de song die speelt. 1 Houd knop [ [ ] knop: Fast forward. [ ] knop: Rewind. ] of [ 1 ] ingedrukt. Druk op de [4 SCAN] knop. Met een druk op de knop speelt de unit de volgende track 10 seconden lang, gaat naar de daaropvolgende track van dezelfde CD, speelt die 10 seconden enzovoorts, totdat er opnieuw op de knop wordt gedrukt. ATTENTIE! • Druk opnieuw op de knop om het scannen te stoppen en een bepaald bestand af te spelen.
Bediening van de CD-speler CD tekst weergeven De CD uitwerpen CD TEXT wordt alleen ondersteund door de ingebouwde unit. Het kan niet worden weergegeven met de optionele CD-wisselaar. Als de CD het onderstaande logo heeft, werd hij opgenomen met een disktitel en tracktitels. Deze informatie zal tijdens weergave op het display verschijnen. 1 Druk langer dan een seconde op de [CD ] knop. Het frontpaneel gaat open en de CD wordt uitgeworpen. 2 Verwijder de CD en druk op de [CD ] knop.
Bediening Bediening van de MP3-speler Over MP3 ATTENTIE! MP3 bestanden die zijn opgenomen van bronnen zoals uitzendingen, platen, bandopnames, video's en live optredens zonder toestemming van de copyrighthouder, zijn verboden voor doeleinden die persoonlijk gebruik te boven gaan. Wat is MP3? MP3 (MPEG Audio Layer III) is een standaardformaat voor audiocompressie. Met behulp van MP3 kan een bestand tot een tiende van de normale grootte worden gecomprimeerd.
Bediening van de MP3-speler Formaat van CD's Het formaat van de CD's moet ISO9660 Level 1 of Level 2 zijn. De kenmerken van deze standaard zijn: • Maximum aantal directory layers: 8 lagen • Maximum aantal tekens voor map- en bestandsnamen: 32 (inclusief "." en de 3 letters van de extensie) • Toegestane tekens voor map- en bestandsnamen:A~Z, 0 - 9, _ (onderstreep) • Maximum aantal bestanden/mappen op één CD: 999 [Configuratievoorbeeld van een CD die MP3 ondersteunt] Hoofddirectory (F1) F2 Map 2 001.
Bediening Afspelen van MP3's Als er een CD met opgenomen MP3-bestanden wordt afgespeeld, controleert het deck eerst alle bestanden op de CD. Zolang het deck met deze controle bezig is, geeft hij geen geluid weer. Wij raden u aan geen andere bestanden dan MP3-bestanden en geen onnodige mappen op de CD te branden zodat het deck de bestanden sneller kan 'checken'. MP3-afspeeltijdweergave Afhankelijk van de kwaliteit van het MP3-bestand kan de afspeeltijd eventueel niet kloppen.
Bediening van de MP3-speler Naar de volgende track (bestand) of terug naar het begin van de track (bestand) die speelt Naar MP3-bestanden luisteren 1 1 In de CD-afspeelmodus wisselen. LET OP! • Er kunnen onderbrekingen bij het afspelen optreden als er krassen of vuil op de CD zitten. • Er kunnen maar twee CD-wisselaars worden aangesloten. ● Let op! ● • Als er normale muziekbestanden (CD-DA) en MP3muziekbestanden op dezelfde CD staan, worden de normale bestanden afgespeeld.
Bediening Naar de volgende of vorige map springen 1 Druk op knop [1 ] of [2 Het begin van de bestanden afspelen (SCAN) 1 ] Druk kort op de knop om de eerste 10 seconden van iedere song in de layer van de map die wordt afgespeeld te horen. Knop [1 ]: Kies de vorige map Knop [2 ]: Kies de volgende map. Als u de knop ingedrukt houdt totdat er [FOLDER SCAN] wordt weergegeven, speelt de unit de eerst 10 seconden van de eerste song van elke map.
Bediening van de MP3-speler Bestanden in toevallige volgorde afspelen (RANDOM) 1 Titelweergave 1 Druk op de [6 RAND] knop. Druk kort op de knop om alle bestanden willekeurig af te spelen die zich in dezelfde layer bevinden als de map die wordt afgespeeld. Als u de knop 2 seconden ingedrukt houdt en [ALL RANDOM] verschijnt, worden alle bestanden in alle mappen willekeurig afgespeeld. Druk om af te breken, nogmaals op de [6 RAND] knop.
Bediening Bediening van de tuner FM ontvangstkenmerken Over het algemeen biedt FM een veel betere klankkwaliteit dan AM. FM en FM stereo hebben met andere karakteristieke problemen te kampen die AM niet kent. FM is moeilijker te ontvangen dan AM in een bewegend voertuig. Het volgende geeft uitleg over wat er van FM ontvangst kan worden verwacht en hoe er bevredigende resultaten mee kunnen worden bereikt.
Bediening van de tuner Het ontvangstgebied van FM zenders Zendmast 100 meter hoog effectief stralingsvermogen 1 kW FM stereo autoradio 20 km FM mono autoradio 50 km Een ontvanger in een woning kan ook zwakke FM stereo-signalen ontvangen m.b.v. een hoge richtingsantenne of een ultragevoelige antenne. In een bewegend voertuig is het gebied waarin een goede ontvangst mogelijk is, beperkt.
Bediening ATTENTIE! Het is soms moeilijk de optimale ontvangst te handhaven omdat de antenne aan uw auto continu in beweging is (in verhouding tot de zendmast) en het ontvangen signaal dus voortdurend varieert. Andere factoren die de ontvangst beïnvloeden, worden veroorzaakt door natuurlijke obstakels, verkeersborden, enz. Afstemmen op een zender Druk eerst op de [FM AM] knop om de tuner te gebruiken. Er zijn automatische en handmatige methodes om zenders in het geheugen op te slaan.
Bediening van de tuner ATTENTIE! 3 • Door op de voorkeuzetoetsen ([1] tot [6]) te drukken kunt u direct naar een zender springen. De frequentie van de gekozen zender wordt weergegeven. • Als er een nieuwe zender in het geheugen wordt opgeslagen, wordt de vorige zender gewist. • Als er minder dan zes zenders worden ontvangen, blijven de vorige zenders opgeslagen. De afgestemde zender is nu aan de voorkeuzetoets toegewezen.
Bediening De ontvangstgevoeligheid van het automatisch scannen U kunt de ontvangstgevoeligheid van het automatisch scannen naar zenders aanpassen. De twee gevoeligheidsmodussen van het deck zijn de AUTO modus en de DX modus. AUTO modus Tijdens het automatisch scannen wordt er automatisch voor een van de twee ontvangstgevoeligheidsmodussen gekozen. De ontvangstgevoeligheid staat eerst op het lage niveau, zodat alleen sterke zenders worden ontvangen.
Bediening van de tuner Als zowel TP als TA op ON (aan) staan: Verkeersinformatie ontvangen Als er een zender met verkeersinformatie wordt ontvangen, licht de [TA]-indicatie op. Het TP (traffic program verkeersprogramma)/TA (traffic announcement - verkeersbericht) instellen 1 Als de verkeersinformatie niet meer kan worden ontvangen, begint de [TA] indicatie te knipperen. Draai aan de [TA] knop en kies een item.
Bediening PTY (programmatype) instellen ATTENTIE! • Als de TP-functie aan staat (ON), zoekt de unit alleen naar zenders met verkeersinformatie. Als er verkeerinformatie wordt ontvangen maar het signaal een bepaalde tijd lang zwak blijft, begint de [TP] of [TA] indicatie te knipperen. Als u op de [ ] of [ ]-knop drukt terwijl de unit in FM-modus staat, verschijnt er [TP SEEK] op het display en de unit begint verkeersinformatie te zoeken.
Bediening van de tuner PTY SEEK instellen 1 Druk langer dan een seconde op de [PTY]-knop terwijl het RDSzendergenre wordt weergegeven. Door vaker op de [FUNC]-knop te drukken, kunt u uit de volgende opties kiezen: NEWS ➔ SPORTS ➔ TALK ➔ POP ➔ CLASSICS ➔ NEWSwww ATTENTIE! Als er een PTY31-signaal wordt ontvangen, verschijnt er [ALARM] op het display en de nooduitzending wordt weergegeven.
Bediening Gebruik van de optionele afstandsbediening Voorzorgsmaatregelen voor het gebruik van de afstandsbediening • Wees voorzichtig met de afstandsbediening, hij is licht en klein. Als hij valt kan hij kapot gaan, de batterij kan leeglopen of een storing veroorzaken. • Vermijd contact met vochtigheid, stof en water. Stel de afstandsbediening niet bloot aan schokken. • Berg de afstandsbediening niet in de buurt van hittebronnen op, zoals op het dashboard of dichtbij de verwarming.
Gebruik van de optionele afstandsbediening De voeding aan- en uitzetten Afspeelmodussen wisselen Als de voeding (power) wordt aangezet, speelt de unit hetzelfde af als voor het uitzetten (radio of cd bijvoorbeeld). 1 1 Druk op de [MODE] knop. Druk op de knop om de afspeelmodus te wisselen in deze volgorde: Druk op de [PWR] knop. Als er op de knop wordt gedrukt gaat de voeding (power) aan of uit.
Bediening Een station kiezen (handmatig of automatisch) 2 Als er een of twee CD-wisselaars zijn aangesloten, druk dan op de [BAND] of [DISC] knop om de modus te wisselen van CD-speler ➔ CD-wisselaar 1 ➔ CD-wisselaar 2. Als één van de afspelers niet geladen is, wordt hij overgeslagen. Met een korte druk op de knop kunt u de zenders handmatig instellen. Als u de knop meer dan een seconde ingedrukt houdt, begint de automatische afstemming. 1 Druk op de [ knop.
Gebruik van de optionele afstandsbediening Vooruit naar de volgende track (bestand) of terug naar het begin van de track (bestand) die speelt MP3's afspelen Diskmodussen wisselen 1 1 Druk op de [DISC] knop. De diskmodus is geactiveerd. 2 Druk op de [BAND] of [DISC] knop. Als er een of twee CD-wisselaars zijn aangesloten, druk dan op de [BAND] of [DISC] knop om de modus te wisselen van CD-speler ➔ CD-wisselaar 1 ➔ CD-wisselaar 2. Als één van de afspelers niet geladen is, wordt hij overgeslagen.
Bediening De batterij vervangen LET OP! • Neem batterijen nooit in de mond. WAARSCHUWING Berg batterijen buiten bereik van kinderen op om ongevallen te voorkomen. Als een kind toch een batterij heeft ingeslikt, direct medische hulp opzoeken. Gebruik twee AAA batterijen. 1 Verwijder het deksel van de afstandsbediening door er behoedzaam op te drukken en in de richting van de pijl te schuiven. 2 Stop de twee batterijen in hun vakje zoals in het vakje aangeduidt.
ESN bedieningsprocedure beveiliging ESN bedieningsprocedure beveiliging ATTENTIE! • Als een CD reeds ingevoerd is, verschijnt er een [SEC] melding, het frontpaneel gaat open en de CD wordt uitgeworpen. Over ESN Dit deck omvat ESN (Eclipse Security Network). ESN is een beveiligingssysteem dat alle functies van het deck blokkeert als de voeding aan een gestolen deck wordt aangesloten.
Verscheidene instellingen Hoe de Key-CD te wissen ATTENTIE! 1 Controleer of de unit standby staat. 2 Houd de [FUNC] knop ingedrukt, druk dan op [6], en houd beide knoppen meer dan een seconde vast. • Deze procedure heft de beveiliging van het ESN deck op. • Als de voeding van het ESN deck eraf gaat en vervolgens weer wordt aangesloten, hoeft de Key CD er niet opnieuw in om de unit normaal te doen werken. • Een andere CD dan de Key CD in de speler doen, heft de beveiliging niet op.
ESN bedieningsprocedure beveiliging Hoe terug te gaan naar normale bediening (ESN beveiliging uit) Wat gebeurt er als er een verkeerde CD ingebracht is? Als de voeding eraf gaat wanneer de ESNbeveiliging actief is (een Key CD is geprogrammeerd), is bediening niet mogelijk totdat de voeding weer is aangesloten en de unit ontgrendeld. Volg deze procedure om terug te gaan naar normale bediening.
Verscheidene instellingen ● Let op! ● Als na 5 pogingen de juiste Key CD niet ingevoerd is, laat het display [CALL] zien; de unit moet dan terug naar Eclipse om te worden gereset. Neem in dat geval contact op met uw Eclipse-dealer voor assistentie. De Key CD wordt makkelijk vergeten. Maak daarom een notitie van de albumnaam (Zie pagina 380).
Frontpaneel verwijderen Frontpaneel verwijderen Het frontpaneel bevestigen Frontpaneel verwijderen Het frontpaneel van de unit kan verwijderd worden. 1 Het linker gedeelte van het frontpaneel dient vast te haken aan de unit. Als u het frontpaneel meeneemt als u de auto verlaat, voorkomt u diefstal van de unit. Het frontpaneel verwijderen 2 1 Schaken de voeding (power) uit. 2 Druk op de [Release] knop. Het rechter gedeelte frontpaneel komt los.
Verscheidene instellingen Bediening van de AUDIO CONTROL Tussen audio-regelmodussen wisselen Verschillende audio-regelmodussen kunnen fijner worden afgestemd via deze procedure. 1 Druk korter dan een seconde op de [AUDIO CONTROL] knop om het item te kiezen dat u wilt aanpassen.
Bediening van de AUDIO CONTROL Modus Function [AUDIO CONTROL]-knop Naar rechts draaien Naar links draaien NON-F (NON-FADER) Past het non-fader niveau aan (voor aangesloten subwoofer, enz.) Verhoogt het niveau. Verlaagt het niveau. SVC (Source Volume Control) U kunt volumeniveaus voor elke audiomodus instellen. Als de SVC is ingesteld, kan het volumeniveau veranderen zoals in de voorbeeldinstellingen in de tabel hieronder getoond. SVC niveau verhogen. SVC niveau verlagen.
Verscheidene instellingen Equalizer met opgeslagen waardes De ingestelde equalizerwaardes audiocontrolmodus kunnen opgeslagen. Instellingen wijzigen met de equalizermodus Met behulp van de EQ (equalizer) kunt u de frequentie aan het muziekgenre of de muziekinstrumenten waar u naar luistert aanpassen. De opgeslagen waardes kunnen worden opgeroepen door de equalizermodus in CUSTOM te zetten. Deze unit heeft drie equalizermodussen.
Bediening van de klankaanpassingsmodus Bediening van de klankaanpassingsmodus Over de klankaanpassingsmodus De unit is uitgerust met verscheidene functies om de akoestische kenmerken van de auto te compenseren. U kunt in de geluidsaanpassingsmodus de volgende aanpassingen uitvoeren. • Crossover (FRONT/REAR/NON-FADER) • In de non-fader-fase schakelen. Crossover Het frequentiebereik van audio media, zoals CD's, is tamelijk breed, nl.
Verscheidene instellingen • De crossoverfunctie is een filter dat bepaalde frequentiebereiken toewijst. • Een hoogdoorlaatfilter (HPF) is een filter dat de frequenties blokkeert die lager zijn dan de bepaalde frequentie (basbereik) en dat hogere frequenties (hogetonenbereik) doorlaat. • Een laagdoorlaatfilter (HPF) is een filter dat de frequenties blokkeert die hoger zijn dan de bepaalde frequentie (hogetonenbereik) en dat lager frequenties (basbereik) doorlaat.
Bediening van de klankaanpassingsmodus Crossover-aanpassing (X-Over F/R) Het HPF (hoogdoorlaatfilter) van de front- en rear- (achter) speakers kan worden aan- en uitgezet. Instellingen wijzigen met de geluidsaanpassingsmodus 1 Draai aan de [SEL]-knop om te kiezen. X-Over F/R. Druk op de [SEL] knop. 1 Druk langer dan een seconde op de [SOUND]-knop. De geluidsaanpassingsmodus verschijnt. 2 2 Draai aan de [SEL]-knop en kies een instelling.
Verscheidene instellingen Crossover-aanpassing (X-Over NF) Non-fader fasekeuze (Non-F fase) Het LPF (laagdoorlaatfilter) van de subwoofer kan worden aan- en uitgezet. Het samensmelten van het geluid van de speakers voor- en achterin en de woofer kan worden verbeterd door de fase in te stellen. Stel een fase in die de speakers laat harmoniëren. 1 Draai aan de [SEL]-knop om te nkiezen. X-Over NF. 2 Druk op de [SEL] knop. De modus wisselt nu naar de crossover-nf-instelmodus.
Het displaycontrast instellen Het displaycontrast instellen U kunt het displaycontrast instellen om aan de kijkhoek aan te passen. 1 Druk op de [DISP]-knop. De contrastaanpassingsmodus verschijnt. 2 Draai aan de [SEL]-knop en pas het CONTRAST aan. Het contrast kan op een scala van -5 tot +5 worden ingesteld. Naar rechts draaien: Verhoogt het niveau. Naar links draaien: Verlaagt het niveau. 3 4 Druk op de [SEL] knop. XI De gekozen instelling is in werking gesteld.
Verscheidene instellingen Instellingen wijzigen met de Function modus De systeemgeluiden afzetten (bij bediening met de knoppen) Verscheidene aangepast. 1 instellingen kunnen worden Druk kort op de [FUNC] knop. Af fabriek is de receiver geprogrammeerd met systeempiepjes als er op de knoppen wordt gedrukt. Dit kenmerk kan worden afgezet op de volgende manier: De Function modus is geactiveerd.
Instellingen wijzigen met de Function modus Klok display aan/uit Tijd instellen Schakelt de klok in de display ON (aan)/ OFF(uit). 1 Draai aan de [SEL]-knop en kies Clock. 2 Druk op de [SEL] knop. Deze receiver gebruikt de 12-uurs weergave. 1 Draai aan de [SEL]-knop en kies Clock Adjust. 2 Druk op de [SEL] knop. De klokaanpassingsmodus geactiveerd. De displayklok ON/OFF-modus is geactiveerd. 3 Draai aan de [SEL] knop en kies ON of OFF. 4 Druk op de [SEL] knop.
Over de optionele unit Bediening van de receiver als er een optionele CD-wisselaar is aangesloten Fast Forward/Rewind Snel afspelen of terugspoelen van de song die speelt. Dit hoofdstuk gaat over de bediening van een optionele CD-wisselaar die op de receiver kan worden aangesloten. Druk minder dan een seconde op de [DISC]knop om naar een andere modus te wisselen. Druk minder dan een seconde op de [DISC]-knop.
Bediening van de receiver als er een optionele CD-wisselaar is aangesloten Dezelfde track herhalen (REPEAT) 1 ATTENTIE! • Druk, tijdens willekeurige weergave op de [5 RPT] knop, om de track die speelt opnieuw te horen. Druk om de herhaalfunctie af te breken (en naar willekeurige weergave terug te gaan), opnieuw op de [5 RPT] knop. Tijdens het afspelen van een bepaalde track: Deze track wordt voortdurend herhaald. Tijdens het zoeken: De volgende track wordt voortdurend herhaald.
Over de optionele unit Een bepaalde CD selecteren U kunt direct een gewenste CD selecteren. 1 Druk minder dan een seconde op de [SEL]-knop. 2 Druk op een van de knoppen [1] tot [6]. Knoppen 1 2 3 4 5 6 CD 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 Druk langer op de gewenste knop om een CD uit de serie 7 t/m 12 uit te kiezen.
Andere Andere Draagbare audiospelers aan de AUX contactbus aansluiten Gebruik een normaal verkrijgbare kabel. M.b.v. een kabel met een passende plug voor de AUX-bus (apart verkrijgbaar) kunt u draagbare audiospelers en andere externe apparaten aansluiten. • Het volumeniveau van de apparaten die op deze manier kunnen worden aangesloten is verschillend. Pas het volume behoedzaam aan de aangesloten speler aan.
Over de optionele unit De gevoeligheid van de aux-ingang aanpassen De gevoeligheid van de aux-modus kan worden aangepast. 1 Druk kort op de [FUNC] knop. De Function modus is geactiveerd. 2 Draai aan de [SEL] knop en kies AUX Sensitivity. 3 Druk op de [SEL] knop. De AUX sensitivity geactiveerd. 4 modus is Telefoonmute-functie Als er een telefoongesprek binnenkomt, wordt het volume van de audiofunctie op nul gezet. Deze functie werkt indien de telefoon met een kabel met de unit is verbonden.
Bij vragen: Bij vragen: [RESET] knop Controleer eerst het volgende alvorens u probeert storingen te verhelpen. LET OP! Als er problemen optreden, bijvoorbeeld als de unit niet op het drukken op de knoppen reageert of het display functioneert niet meer, druk dan op de [RESET] knop met een paperclip of iets dergelijks. Een druk op de [RESET] knop wist alle ingevoerde gegevens uit het geheugen. De instellingen worden weer op de fabrieksinstellingen teruggezet.
Verdere informatie Informatie over meldingen op het display (om storingen te verhelpen) De informatie in de onderstaande tabel geeft de status weer van de CD-speler en de CD-wisselaar. Inhoud informatie Uitleg en oplossing INFO 2 NO DISC LOADED IN THE MAGAZINE Er is geen CD in het magazijn of in de speler. Voer een CD in het magazijn. (Voer een muziekCD in.) INFO 3 DISCS ARE DIRTY OR DAMAGED De Cd in de speler is verontreinigd of ondersteboven. Controleer de CD en reinig hem indien nodig.
Bij vragen: Modus Probleem Geen geluid/zwak geluid De voeding schakelt niet aan. Gebruikelijk Frequenties en titels zijn uit het geheugen gewist. Er zijn geen systeemgeluiden meer. De afstandsbediening functioneert niet. De CD kan niet worden ingevoerd. De CD wordt meteen weer uitgeworpen. Of de CD wordt niet meer uitgeworpen. De CD kan niet worden gewisseld. CD Er zitten sprongen in de weergave. Het geluid wordt stotterend weergegeven Het geluid klinkt slecht. De CD kan niet worden uitgeworpen.
Verdere informatie Modus Tuner Probleem Ontvangt geen zenders of alleen maar ruis. Oorzaken Oplossing die uit te voeren is Raadpleeg pagina Is de antenne ingetrokken? Schuif de antenne uit. Is de tuner goed afgestemd op een zender? Stem op een zender af. 344 Heeft u het gebied van de voorkeuzezenders verlaten? Stem op een lokale zender af. (Er kunnen eventueel geen lokale zenders zijn, in het gebied waar u rijdt.
Specificaties Specificaties Uitgangsvermogen Line out-niveau/impedantie Voeding Stroomsterkte Afmetingen (B × H × D) Klankregeling Loudness MOSFET 50 W × 4 5 V (0 dB)/55 14,4 V DC (11 - 16 V) 3A 178 × 50 × 155 mm BASS: ±12 dB bij 80 Hz MID: ±12 dB bij 630 Hz Treble: ±12 dB bij 10 kHz +10 dB bij 100 Hz/+ 6,5 dB bij 10 kHz Frequentiebereik Bruikbare gevoeligheid 50 dB Quieting Sensitivity Frequentiebereik Stereoscheiding 87,5 - 108,0 MHz (50 kHz stappen) 13 dBf 14 dBf 30 - 15000 Hz
BELANGRIJK BERG UW "KEY CD" H I E R O P. . . BERG UW "KEY CD" BIJ UW HANDBOEK O P.